Feature

The Daily Indie neemt je mee op reis, volgende stop: Thailand


4 augustus 2020

The Daily Indie neemt je mee op reis vanuit je luie stoel en het is alweer tijd voor onze volgende bestemming. Het is inmiddels alweer ruim een maand geleden dat we Azië aan hebben gedaan, iets waar we deze week verandering in brengen met een muzikaal bezoek aan Thailand!

Benieuwd naar onze vorige bestemmingen? klik op de volgende linkjes voor de specials over AustraliëJapanSpanjeZwedenWalesCanadaMexicoArgentiniëZuid-AfrikaZuid-KoreaTsjechiëPortugalNoorwegen, Brazilië en Marokko.

Na Japan en Zuid-Korea is het deze week met Thailand tijd voor onze derde Aziatische bestemming. Met een kleine zeventig miljoen inwoners is er ook in dit stukje Zuidoost-Azië weer genoeg te ontdekken. In onze wekelijkse zoektocht naar muziek om je muzikale horizon te verbreden hebben we wederom, zoals je inmiddels van ons gewend bent, vier acts voor je uitgezocht.


Gym and Swim
Na een paar bloedhete dagen en met een ware hittegolf op komst, is er geen beter moment om kennis te maken met de tropische indiepop van het Thaise vijftal Gym and Swim. De bandleden komen van verschillende muzikale achtergronden en spelen ook in andere, in eigen land relatief bekende indiebands. Zo is vocalist en toetsenist Chalerm ook actief in Seal Pillow, gitaristen Pokpong en Terk in Plastic Plastic en The Leprosy, drummer Mudmee in Merry Go Round en bassist Hob in Details.

Met Gym en Swim hebben deze artiesten een groep gevormd waarmee ze naar hartelust zomerse deuntjes kunnen spelen. Dat het meer is dan een side-project voor de leuk, bewees de band toen debuutsingle Ironman binnen een week naar #7 klom in de Fat Radio Top 40. Gesterkt door dit succes bracht de band in 2016 debuutplaat SeaSick uit, elf tracks vol catchy riffs en zomerse synths voor liefhebbers van MGMT en Foster The People.

Aangezien de zomer ieder jaar terugkomt, is er ook ieder jaar vraag naar nieuwe zomerse tracks. Vorig jaar werd deze vraag door de band beantwoord met het volgende hoofdstuk in zijn discografie: de EP Amazing PingPong Show, met een vijftal heerlijk zomerse indietracks.


Foto: Brookstryder

Safeplanet
Van het tropische vijftal Gym and Swim, trekken we naar het indierock-trio van Safeplanet. Net als de vorige band verscheen ook Safeplanet in 2016 ten tonele met zijn eerste materiaal. Hier betreft het alleen geen volledig album, maar een bescheiden debuutsingle, die later dat jaar nog gevolgd werd door drie andere single-releases. Na een aantal singles uit te brengen in de periode tussen 2016 en 2018, ging de muzikale motor van dit trio in 2019 op volle toeren lopen. Single na single verscheen, met als kers op de taart debuutplaat Safeboys.

Dat de band op de juiste weg is met zijn over het algemeen rustige, licht trippy muziek, is een gegeven. Met 340.000 maandelijkse luisteraars op Spotify, waarvan driekwart uit thuishaven Bangkok, lijkt het thuispubliek verkocht. Maar ook voor de wereld buiten Bangkok is het een aanrader om eens in je playlist te gooien. Het kost hier en daar wat tijd om te wennen aan de Thaise vocalen, maar als je daar overheen bent merk je hoe rijk de melodieën van deze band zijn. Zo ook de nieuwste single van de band, The Maze, die dit jaar verscheen. Het nummer begint lekker funky en gaat langzaam over in prettige indierock, check hem hieronder vooral zelf!


Folk9
We blijven in Bangkok en begeven ons in meer dromerige sferen met de dreampop van Folk9. Een band die vijf jaar geleden voor het eerst van zich liet horen met debuutplaat My Pop Dog en fans van Connan Mockasin en Kakkmaddafakka binnen wist te slepen. Sindsdien heeft dit viertal niet stilgezeten en verscheen er in 2016 de EP Better Days Are Coming en in 2017 het tweede album Morning Day. Het meest recente werk van de groep stamt ondertussen alweer uit 2018, met de release van de derde langspeler: Chinese Banquet.

Waar het bij Safeplanet hier en daar wat wennen was met de Thaise vocalen, is dat bij Folk9 precies het tegenovergestelde. De dromerige en zachte vocals vervlechten zich met de ietwat mysterieuze instrumentatie tot een kloppend geheel. Maar om te zorgen dat je echt niet anders kunt dan aandachtig luisteren, zijn niet alle vocalen in het Thais. Het sterke accent maakt het dan wel alsnog lastig om de Engelse stukken te verstaan, maar het werkt als een lokroep. Je concentreert je om duidelijk te krijgen in welke taal en wat er gezongen wordt en voor je het weet zit je ingesloten in een zee van strelende gitaren en kun je niets anders dan blijven luisteren.


JINTA
We sluiten onze reis deze week af met het experimentele vijftal van JINTA. De band maakt van nature een unieke mix van emotionele folk en postrock, die soms wat tijd nodig heeft om volledig doorgrond te worden. De noise-achtige facetten gooien zich als wilde golven tegen de rotsen, terwijl de klaagzang van frontman Nuttee Witchukriengkrai je aan de grond genageld doet staan. Het nummer ฝิ่นหนาว (vrij vertaald naar Winter Opium), is hier een perfect voorbeeld van.

Naast deze door merg een been scheurende mix van stijlen, kwam de band begin maart van dit jaar met een compleet andere sound op de proppen met het album Co2. Het verontrustende, duistere karakter van de vorige plaat is compleet vervangen door een mengeling van rock en drum-‘n-bass. De plaat bevat 29 tracks waarvan slechts een aantal de twee minuten aan weet te raken. Elektronische drops worden moeiteloos afgewisseld met schreeuwende gitaarsolo’s, en vice versa. Het resultaat is een gewaagd album dat verrassend soepel luistert, als staat het muzikaal haaks op de folky postrock waar de band toch bekend om staat.