Het is bijna geen 2017 meer. De laatste twee weken van het jaar rondt The Daily Indie 2017 af met een serie features over de onderwerpen die onze redacteurs bezig hielden de afgelopen maanden. In de laatste feature op onze adventskalender herinnert Dirk Baart zich hoe Harry Styles in mei terecht kwam in The Daily Indie Playlist en hoe dat symbool staat voor een grotere verandering.
Tekst Dirk Baart
Coverafbeelding Kevin Smink
Ergens midden mei moet het zijn geweest, dat er een berichtje opdook in het groepsgesprek van onze webredactie. Hoofdredacteur Ricardo Jupijn was zo onder de indruk van de nieuwe solosingle van de frontman van Peace dat hij het nummer meteen maar in The Daily Indie Playlist had gezet. De oplettende kijker ontdekte echter al snel dat niet de naam van Harry Koisser, maar die van Harry Styles als auteur achter songtitel Sign Of The Times prijkte. Ongelukje op de werkvloer, maar vooral een voorval dat steeds meer symbool begon te staan voor een nieuw streven in ons vaandel.
De gebeurtenis legde de voedingsbodem voor de nodige grappen en grollen, maar de grootste grap moest nog volgen. Althans, zo bleek toen het voormalige lid van One Direction later die maand zijn volledige debuutalbum uitbracht en het niet eens slecht was. Sterker nog, Styles bracht een van de beste popplaten van het jaar uit. De bubbel van onze hoofdredacteur werd gedecideerd doorgeprikt, terwijl Styles een interessante vraag opriep. Waarom zouden we hem waarschijnlijk wél een lovende recensie gegeven hebben als z’n achternaam Koisser was, maar niet nu z’n achternaam Styles is?
Natuurlijk wisten we al langer dat indie een rekbaar begrip is, als het überhaupt al iets betekent. Maar dit jaar werd eens te meer duidelijk dat de grenzen tussen genres voorgoed aan het vervagen zijn. Daarmee willen we niet zeggen dat we ons voortaan voornamelijk richten op voormalige leden van boybands en andere popsterren, maar wel dat we open willen staan voor alle verschillende soorten muziek. De geest die de afgelopen decennia het handelsmerk van ‘gitaarmuziek’ was, lijkt vandaag de dag vooral terug te vinden in andere genres. De hiphop van nu is het neefje van de punk van toen. Dat is terug te zien aan de succesvolle releases van Run The Jewels, Vince Staples en Tyler, The Creator, maar ook aan de opmars van meer controversiële figuren als Future, Migos en Lil Uzi Vert.
Wij spraken er dit jaar onder meer over met het Londense talent Loyle Carner. Zoals het een Brit betaamt liggen zijn wortels in grime, het brutale Britse broertje van Amerikaanse hiphop. Aan de hand van Skepta en Stormzy reikte dat subgenre de afgelopen jaren tot grote hoogten. Zelfs Drake pikte het op. Reden genoeg voor ons om deze zomer wat onderzoek te verrichten naar de in Nederland nog grotendeels ondergesneeuwde stroming (al bracht viralhit Man’s Not Hot daar dit jaar verandering in). Wat in ons land wél gebeurde op het gebied van hiphop? Dat doet vooral terugdenken aan de taboedoorbrekende queerhiphop of het Friese festival Welcome To The Village.
En dan hebben we het nog niet eens gehad over jazzscenes als de Londense, waar aan de lopende band interessante innovaties gedaan worden. Ook in Nederland worden die rimpelingen in het water steeds ruwer. In Rotterdam bijvoorbeeld, waar we dit jaar uitgebreid verslag deden van REC. Ook in Utrecht komt steeds vaker de hele wereld samen, met name als in november het steeds meer ideologisch ingeslagen Le Guess Who? de stad vult met alle muziek waarvan je nog nooit hebt gehoord maar die je wel móet horen. Perfume Genius en Protomartyr, die kenden we al wel, maar ook de vooruitstrevende constellaties van Shabazz Palaces bleken perfect te passen in het immer uitweidende universum van The Daily Indie.
Dat universum beslaat sinds dit jaar ook heuse talkshows, waarin verschillende programmeurs ter ere van Le Guess Who? hun avontuurlijke plannen uitspraken. Kurt Overbergh, programmeur van de Brusselse Ancienne Belgique, sloeg er keer op keer de spijker op zijn kop. Hij vertelde dat trends er niet alleen zijn om te vatten, maar ook om te sturen. Ter ere van de honderdste verjaardag van de eerste jazzplaat en de maatschappelijke relevantie van hiphop besloot hij zelfs de programmering van het Belgische podium flink aan te passen.
Natuurlijk hoeft in de waardering van muziek geen keuze gemaakt te worden: er is geen sprake van een of/of-kwestie. De ontzuiling van de muziekwereld biedt eenieder juist de mogelijkheid een volledig individueel palet aan voorkeuren samen te stellen dat geen rekening meer hoeft te houden met ongeschreven regels over wat wel en geen goede muziek is. Er is simpelweg goede en slechte muziek in ieder genre.
Godzijdank houdt dat ook in dat er te allen tijde nog goede gitaarmuziek is, al bevindt zich die anno 2017 misschien meer in de marge dan de mainstream. Het eerdergenoemde Protomartyr is daarvan een uitstekend voorbeeld, net als ‘nieuwkomers’ van Alvvays en Jay Som tot Iguana Death Cult en The Homesick. Daarnaast maakten indie-iconen als LCD Soundsystem, Slowdive en Grizzly Bear indruk met lang- of onverwachte comebacks. De laatstgenoemde spraken we uitgebreid over de volledig veranderde muziekwereld waarin de geslaagde albums American Dream, Slowdive en Painted Ruins uitkwamen.
Ongegrond pessimisme ten opzichte van populaire muziek is, kortom, niet meer van deze tijd. Wie dat in 2017 misschien wel meer bewees dan wie dan ook was de nog altijd pas 21-jarige Lorde, die met Melodrama haar debuut overtrof en uitgroeide tot een ster die serieus genomen dient te worden. Niet tegen de verhoudingen, maar wél tegen de verwachtingen in belandde haar album dit jaar plots op nummer twee in onze eindlijst. Natuurlijk zijn zowel wij als de wereld om ons heen veranderd, maar zoiets was zeven jaar geleden bij de oprichting van The Daily Indie vast en zeker nog niet mogelijk geweest.
Toch toont ieder jaar ook opnieuw aan dat doorgeslagen poptimisme net zo onwenselijk is als verouderde vooroordelen. Dat komt mede omdat de trend niet altijd even tweezijdig lijkt te zijn. Hoeveel Lorde-liefhebbers werden dit jaar fan van haar mannelijke tegenhanger, Alex Cameron? Vast minder dan andersom. Daar komt bij dat niet ieder nummer goed is ómdat een bekende popster het uitbracht. Grizzly Bear-frontman Ed Droste drukte het in een interview met Fleet Foxes’ Robin Pecknold als volgt uit: “Why is this Top 40 artist with this random song that’s fine being championed as the best thing ever right now?”
In 2017 werd het, vooral met het oog op seksueel misbruik in de muziekindustrie, soms onwenselijk of zelfs onmogelijk een muzikant los te zien van zijn muziek. Toch lijkt het in sommige gevallen juist wél wenselijk om dat eens te proberen. Het geeft je de kans om nummers te beoordelen op hoe ze klinken, niet op wie ze gemaakt heeft. Dan ontdek je pas dat er simpelweg goede en slechte popmuziek is, onafhankelijk van genre of populariteit. De tijd van gitaarpuristen en pophaters (of andersom natuurlijk) is voorgoed voorbij. Voor wie dat nog niet weten wil, heeft Harry Styles nog wel een wijsheidje liggen: ‘Just stop your crying / It’s a sign of the times.’
Lees ook vooral onze andere artikels in deze serie features nog eens terug! Klik hier voor all-female bands, The War on Drugs, filmmuziek, #metoo, en anti-Trump-songs.