Welcome to The Village
18 t/m 21 juli 2019


Een paar weken geleden verscheen alweer het vierde album van Flamingods: Levitation. Deze zomer staat de band, die zijn roots heeft in de kleine eilandstaat Bahrein, op Welcome to The Village in Leeuwarden. We belden met frontman Kamal Rasool die momenteel in het Verenigd Koninkrijk woont en ons met veel liefde vertelde over de bijzondere weg van zijn band. Alsof dat nog niet genoeg goed nieuws is, mogen we maar liefst vijf (!) albums weggeven.

Voor het eerst sinds debuutplaat Sun, zaten de leden van Flamingods weer samen in de repetitieruimte. Een jaar lang werd er vooral gejamd, riffjes en motieven werden uitgewisseld. Die interactie is terug te horen op Levitation. “Het resultaat is een natuurlijkere en meer organische sound. Vooraf bestond het songwriten vooral uit ideeën doorsturen, heel gefragmenteerd. Nu konden we echt op bepaalde geluiden werken en was er veel meer tijd om samen te werken aan dingen die nooit gelukt zouden zijn als we niet in dezelfde ruimte zaten.”

Het vorige album was heel erg geïnspireerd door de exotica waar heel wat bands naar teruggrijpen. Op Levitation horen we een euforisch geluid, waarbij ook disco en funk in de mix gegooid werden. Daarover weet Rasool het volgende te zeggen: “We wilden vooral de euforische gedachte van ‘loslaten’ vertalen en vangen in onze muziek. We hebben andere genres in de blender gegooid met psychedelica en ik hoop dat dat ook resoneert bij onze fans.”

“Er zitten heel wat thema’s in deze plaat verwerkt, maar de grote rode draad is dealing with life. Er gebeurde heel wat in ons leven terwijl we aan de plaat werkten, zo overleed KP’s (bandlid Karthik Poduval, red.) vader. Dat soort gebeurtenissen hebben een stempel gedrukt, maar we wilden dat ook overstijgen en positiviteit in het album verwerken.”

“Wij denken niet echt na over onze culturele diversiteit, mensen zouden dat wat minder moeten doen”

De trend van exotische, wereldse invloeden in Westerse muziek kan niemand ontgaan zijn, met in Nederland bands als Altın Gün en YĪN YĪN. Ook Flamingods kan als muzikaal exportproduct van de Verenigde Arabische Emiraten plaatsnemen in dat rijtje. “We hebben een achtergrond van high school-bands met drums, gitaren en bas. Op een bepaald moment wilden we experimenteren en dat was het punt waarop we terugkeerden naar onze roots. We hebben iemand uit Jamaica, India… Die rijke culturele achtergrond komt samen op het podium. Wij denken daar ook niet echt over na, mensen zouden dat wat minder moeten doen.”

Daar kunnen we ons alleen maar bij aansluiten: het traditionele witte, westerse beeld bij psychedelische muziek ruimt steeds meer baan voor diversiteit. Een realistischere representatie van de samenleving anno 2019. “De diversiteit die je nu zien in psychedelische muziek en rock in het algemeen, is er een waar bands voor ons voor gevochten hebben. Het is zo mooi en bijzonder om te zien dat dat nu eindelijk aan het gebeuren is.”

Ook Bahrein blijkt een broeihaard voor culturele diversiteit te zijn, als we Rasool mogen geloven. “Mensen realiseren zich vaak niet dat Bahrein echt een multicultureel eiland is, naast de Arabische populatie, is er ook een behoorlijke westerse invloed met een Amerikaanse basis en Britse scholen. Verder is er ook een Aziatische en West-Afrikaanse gemeenschap. We groeiden op tussen al deze verschillende culturen en hadden niet de luxe om elke week naar concerten te gaan. Dat bestond gewoon niet echt. Toen we achttien waren en in het Verenigd Koninkrijk woonden, raakten we opeens heel geïnformeerd over cultuur rond ons, zagen we dingen op tv en in magazines. Dat gegeven heeft voor ons wel een verschil gemaakt denk ik en het heeft er ongetwijfeld voor gezorgd dat we onze eigen manier bedacht hebben om muziek te maken.”

“Ik heb een soort rekenkundige formule bedacht om de flow van Koray te vatten”

Even terug naar Levitation, die nieuwe plaat die je meeneemt op een ongelofelijk mooie trip: “Het was een lastig album en we kwamen bij heel onverwachte oplossingen voor de problemen waar we tegenaan botsten. Een mooi voorbeeld daarvan is het nummer Koray. Het lukte me maar niet om de flow te vatten en toen heb ik een soort rekenkundige formule bedacht. Ik dacht dat ik gek werd, maar toen ik het nummer zong met deze formule in m’n hoofd, lukte het om een of andere gekke reden wel. Whatever works, toch?”

Ook het artwork van die laatste plaat is een streling voor het oog. De band ging in zee met de Indonesische artiest Ardneks en daar ontstond iets heel moois uit. “We hadden iets vrij specifiek in gedachten, dus we stuurden hem de nummers, teksten en het idee van wat we wilden overbrengen. Hij creëerde vervolgens een geheel nieuwe wereld en bracht het album tot leven. Dat artwork is een soort omarming van alle thema’s die erin verwerkt zijn. Sommige details verwijzen naar lyrics, een belangrijk deel van de plaat.”

Het is onmogelijk om het niet even over de toekomst te hebben. Van Flamingods, maar ook van exotica in muziek. “Het zijn golven, soms zijn mensen gewoon heel open, maar dat tij kan zomaar keren en dan zijn we weer bij grunge-bands uit de jaren negentig die allemaal hetzelfde klinken. Je weet nooit wat resoneert bij mensen. In dat opzicht kan je wel zeggen dat muziek een soort cyclus doormaakt langs verschillende genres. Als je geluk hebt, kan je ook met iets heel anders komen waar mensen dan plots toch naar gaan luisteren. In Nederland zijn daar mooie voorbeelden van, zoals The Mauskovic Dance Band en Altin Gun.”

“Psychedelische muziek is belangrijk in tijden als deze, waarin alles zo politiek is. Mensen hebben een natuurlijke drang van escapisme en dat zien we ook in muziek. Toeval of niet, maar het is telkens in tijden waarin de politiek geen stabiele factor is, dat psychedelische muziek weer zijn opmars maakt. De openheid voor en appreciatie van andere culturen, dat kan gewoon nooit slecht zijn, lijkt me.”

“Met Levitation hebben we onze grenzen opgezocht en die willen we nu verder overschrijven

Mocht je nou denken dat de band gaat rusten nu die nieuwe plaat eindelijk uit is, dan heb je het mis. “Het duurde zo lang voor Levitation klaar was en dan hebben we het nog niet eens over de druk van een label in die fase. Ik heb mijn huis zes maanden niet verlaten, maar deze keer pakken we het anders aan. Daarom zijn we van plan deze zomer te gaan schrijven aan het volgende album. Met Levitation hebben we echt onze grenzen opgezocht en die willen we nu verder overschrijden.”


Deze zomer, op 21 juli, staat de band op Welcome to The Village in Leeuwarden. Wil je je helemaal voorbereiden, dan hebben we goed nieuws. Wij mogen maar liefst vijf albums weggeven. Wil je daar een goede kans op maken, stuur dan voor 1 juli een mailtje naar ricardo@thedailyindie.nl met daarin een leuk verhaaltje over een van de nummers op Levitation.

WEBSITE WELCOME TO THE VILLAGE | FACEBOOK-EVENT | TICKETS


Welcome to The Village
18 t/m 21 juli 2019


Ja-ja, dames en heren: het festivalseizoen van 2019 is achter de schermen alweer lang begonnen. Zo komt Welcome to The Village vandaag met de eerste namen voor zijn festival in juli. En wát voor namen: goedemorgen!

Het festival viert komend jaar zijn zevende editie en wij hebben sinds 2013 nog geen enkele editie overgeslagen op het gebied van voorbereiding, verslaggeving, interviews en bovenal: lekker vooraan staan bij al die mooie shows die er op het festival altijd te zien zijn en alles wat daaromheen gebeurt.

Welcome to The Village staat namelijk voor veel meer dan muziek, zo is er van alles te beleven in het bosrijke gebied op alle vlakken van theater, dans, kunst, design en een uitgebreid innovatie- en voedselprogramma. Zo spraken wij het festival al vaker over de programmering, maar bijvoorbeeld ook al eens over de Snackbar van de Toekomst en het ponyvlees dat tijdens Welcome to The Village op de kaart stond. 

Eerste namen
De Earliest Birds-tickets gaan vanaf komende vrijdag in de verkoop (nog met het BTW-tarief van zes procent dat volgende jaar naar negen gaat), maar eerst zoomen we in op de namen die nu al op het affiche staan. Zo wordt Thomas Azier een van de hoofdacts tijdens het festival, de Friese trots die net zijn gloednieuwe en derde album Stray uitbracht en waarover we de muzikant onlangs nog uitgebreid spraken

Een van de makers van de meest catchy liedjes van de laatste tijd is Husky Loops met Love You Wrong, de Britse band die de laatste jaren al behoorlijk furore aan het maken is in Nederland, zo gingen festivals als Sniester, Motel Mozaique, London Calling en Eurosonic al plat. Wij schreven eerder: ‘Schaar het onder altrock of onder arty farty rock-‘n-roll, het maakt allemaal niet uit. Deze band laat serieus veel interessante ideeën horen.’

Een van onze favoriete bands in de bescheiden geschiedenis van The Daily Indie is zonder twijfel The Soft Moon. Een band die we in 2013 al interviewden, maar ook in 2015 en talloze andere keren dat we over de duistere industrie-band schreven. Er is geen show van deze Amerikanen die je ongeroerd achter zal laten. Hieronder hoor je weer eens hoe dat voelt.

En dan hebben we RAKETKANON nog niet eens gehad: de alles op zijn pad verwoestende band uit België. Als kernwoorden als ‘rauwe sludge’, ‘Steve Albini’ en ‘psychedelische hardcore’ je wel kunnen bekoren, dan weet je waar je moet zijn komende zomer. Krijg hieronder nog een lekkere muzikale klap voor je muil. 



WEBSITE WELCOME TO THE VILLAGE | FACEBOOK-EVENT  

Welcome to The Village
19 t/m 22 juli 2018

Onze tips voor Welcome to The Village las je hier al, vandaag duiken we samen met twee programmeurs nog veel dieper de programmering in. De zesde editie van het festival staat weer bol van nieuwe acts die uit alle windhoeken naar Leeuwarden komen. Hoog tijd om eens met een vergrootglas over het altijd innovatieve festival te gaan. 

Toegegeven, tijdens Welcome to The Village is er altijd veel meer te doen dan alleen een diepgaand theater– en muziekprogramma, zo is er bijvoorbeeld altijd veel aandacht rondom innovatie en bewust eten. Waar de voor het festival geslachte koe Janneke een paar jaar geleden nog de landelijke media haalde en het vorig jaar over ponyvlees ging, gaat het dit jaar over de Snackbar van de Toekomst. Daarnaast is er ook een innovatielab in de vorm van DORP en worden er vluchtelingen bij het festival betrokken met het programma New Faces.

Maar laten we voor nu eens even lekker over het muzikale programma kletsen met festivalprogrammeurs Peter Reen en Peter Dijkstra!

Zo, heren: hoe gingen jullie voor deze editie het programmeren in? 
Reen: “We hebben altijd een bepaald programmaprofiel voor ogen, waarin wereldmuziek al jaren een rol speelt. Ondertussen weet je welke combinaties en wat voor soort acts goed passen bij het festival, dus is het iets meer een kwestie van finetunen, kijken waar je je programma kunt uitdiepen en zaken kunt toevoegen waar je nog meer nadruk op wilt leggen.”
Dijkstra: “Dit jaar hebben we, meer dan gebruikelijk, gekozen voor samenwerkingen met curatoren en gastprogrammeurs die bepaalde kennis hebben over een regio of een scene. Ik ben erg blij met de verdiepingsslag die we daarmee gemaakt hebben dit jaar, op zo’n korte termijn hadden we die acts anders nooit gevonden denk ik. En dat is natuurlijk wat je hoopt als je die mensen aan je festival verbindt.”

Kwam dat op jullie pad of wilden jullie zoiets al langer doen?
Dijkstra: “Met een aantal van hen werkten we al samen, zoals met Arnold de Boer (onder meer The Ex, red.) die precies weet wat er allemaal speelt in Ghana. En dit jaar ben ik naar MENT geweest in Slovenië en wij waren ontzettend onder de indruk wat er allemaal gebeurde in Oost-Europa. Vanuit daar hebben we Koen ter Heegde (van Roodkapje en Subroutine Records, red.) zijn hulp ingeschakeld, want hij weet ontzettend veel van wat er daar allemaal gebeurt. Daar komen dan bijvoorbeeld bands als Shortparis en Repetitor uit waar we erg blij mee zijn, die voegen echt iets speciaals toe aan het programma.”

Jantina Talsma

Dit wordt de zesde editie van WtTV en jullie zijn precies opgekomen in de hele golf aan nieuwe festivals. Hoe zien jullie Welcome to The Village tussen alle andere festivals? Wat maakt het net even anders volgens jullie?
Dijkstra: “De belevenis is naar mijn gevoel erg prettig, want onze capaciteit is niet gigantisch, maar het terrein is breed opgezet en je hebt alle ruimte als bezoeker. Op die manier kun je op een ontspannen manier kennismaken met nieuwe muziek. En ik denk dat je bij ons artiesten ziet die op de rand staan van de grotere festivals, en vaak zie je die acts een jaar later ook doorstromen. Maar het is niet zo dat alle acts op ons programma op die manier door hoeven te groeien, voor de rest zijn we op zoek naar acts die uniek zijn in wat zij muzikaal doen. We hebben een paar jaar geleden bijvoorbeeld flink ingezet op wereldmuziek en dat zag je in het poplandschap weinig gebeuren. Nu zie je dat, gelukkig, steeds meer en zo proberen we continu stromingen op het podium te brengen die nog onderbelicht zijn.”

Dat is natuurlijk tof, maar tegelijkertijd ook weer wat lastiger te promoten, niet?
Reen: “Ja, daar zit tegelijkertijd inderdaad de uitdaging in. Want je wilt een afgewogen programma maken waarin je Mark Lanegan bijvoorbeeld aan de bovenkant van je programma zet en aan de onderkant acts waar het publiek echt voor op ontdekking moeten gaan. Wij merken dat ons publiek dat altijd erg waardeert, ik hoor vaak van mensen dat ze voor een bepaalde hoofdact uitkeken, maar het hoogtepunt van het weekend hebben beleefd bij een band die ze tot dan toe eigenlijk nog niet kenden. Dat is natuurlijk te gek, want dat is uiteindelijk wat je graag wilt bereiken.”

Los van de line-up, die mij overigens ook elk jaar weer weet te verrassen, is het niet alleen de muziek waar ik aan denk bij Welcome to The Village. Aangezien er ook veel aandacht is theater, maar ook voor innovatie met DORP en zich uitstrekt tot bewust eten.
Reen: “Absoluut, ook bij het theater is er dit jaar een verdiepingsslag gemaakt in het food-programma en het theater. Zo is in samenwerking met WORM dit jaar de The Performance Bar bij het festival betrokken. In Rotterdam is wel bekend wat daar gebeurt, maar in het noorden natuurlijk niet of minder. Daardoor komen er telkens smaakjes bij en gaat zo’n programma continu meer de diepte in. Volgens mij zijn dit soort samenwerkingen echt dé manier om die slag te maken in je programma. Want ja, we weten een hoop, maar het is een utopische gedachte om te denken dat je alles al weet.”

Zo hebben jullie Jacco Gardner dit jaar bij het festival betrokken als curator, hoe kwam die samenwerking zo tot stand met hem?
Dijkstra: “Nou, ik heb hem gevraagd”, lacht de programmeur. “Ik vind hem een van de meest interessante muzikanten in het Nederlandse muzieklandschap en we kennen hem onder meer doordat hij een paar jaar geleden bij ons op Welcome to The Village speelde. Hij is altijd met verschillende projecten bezig, verzamelt acts om zich heen en is altijd op zoek naar nieuwe muziek. Hij is zeer kritisch, inhoudelijk sluit zijn smaak goed aan bij het programma en zijn expertise bestrijkt een groot gebied aan nieuwe geluiden die ik graag zou horen op ons festival. Dus toen zijn we gaan praten en hij voelde die connectie ook. Hij wilde graag zelf spelen met Bruxas en is gaan zoeken naar toffe muzikanten die hij graag wil laten zien op het festival.”

Jorah Terwisscha van Scheltinga

Hij heeft goed zijn best gedaan, want daar zitten mooie verrassingen bij met onder meer L’Éclair en Melange. Wat is voor jullie een act waar jullie naar uitkijken?
Dijkstra: “Voor mij is dat Mykki Blanco als ik er eentje mag noemen! Een paar jaar geleden heb ik hem gezien in België en ik was helemaal ondersteboven na die show. Sindsdien proberen we hem al naar het festival te halen, maar nu is het ook eindelijk gelukt. Niet alleen zijn muziek, maar ook die Vice-documentaire en zijn politieke agenda bewonder ik enorm. Hij is een soort beweging in zijn eentje.”

Zou ook een hele mooie curator kunnen zijn!
Dijkstra: “Zo, zeker! Maar hij zit vaak krap in zijn tijd, dus eerst maar eens even kennismaken dit jaar.”

En voor jou, andere Peter?
Reen: “Ik ga voor Tune-Yards, die band staat ook al een paar jaar op het lijstje van acts die ik graag naar The Village wil halen. Met name vanwege die eclectische benadering van de band zijn muziek. Alles loopt dwars door elkaar heen en wordt door een grote molen gehaald waardoor je dat unieke Tune-Yards-geluid krijgt. Het is een van de laatste acts op zondag en ik heb het idee dat het ontzettend goed werken.”


WEBSITE WELCOME TO THE VILLAGE | FACEBOOK-EVENT | TICKETS

Welcome to The Village
19 t/m 22 juli 2018

 

De line-up van Welcome to The Village 2018 blijft zich maar uitbreiden! Vandaag kondigde het festival aan dat het Jacco Gardner heeft uitgenodigd om drie niet te missen acts mee te nemen naar de editie van dit jaar. Zo brengt hij The Mauskovic Dance Band, Melange en L’Éclair  met zich mee en als kers op de taart treedt hij zelf ook nog eens op met zijn eigen band Bruxas.

In maart werden al Warhaus, Mark Lanegan Band, Thomas Azier, Ryley Walker, Torres, Shame, Tune-Yards, Joan As Police Woman, Häxxan, Tal National en Mykki Blanco aangekondigd door WtTV. Daar deed het festival laatst nog een schepje bovenop, met de aankondiging van Jungle By Night, De Likt, Akua Naru, Wende, The Mystery Lights, Martin Kohlstedt en Repetitor. 

Benieuwd naar het werk van de band van Garder en de acts die hem deze zomer gaan vergezellen in Leeuwarden? Check hieronder een voorproefje!

 

 

 


 

WEBSITE WELCOME TO THE VILLAGE | FACEBOOK-EVENT | TICKETS

Leeuwarder popfestival Welcome to The Village beleefde afgelopen weekend alweer zijn vijfde editie. Deze lustrumversie bleek de meest experimentele tot nu toe te zijn, en dat had alles te maken met hiphop.

Tekst Jelmer Luimstra, Gea Bruinsma Rosa Oosterhoff
Foto’s Marcel Poelstra

Toch wel een feestje, zo’n vijfjarig bestaan. Nu komen uw recensenten zelf uit Friesland, en wij kunnen ons nog wel herinneren dat zoiets als een alternatief popfestival in het verleden niet denkbaar was in Friesland. Aan suikerbrood en bedenkelijke weerreporters heeft het hier in Friesland nooit ontbroken, maar een succesvol meerdaags popfestival, dat leek toch een brug te ver. De tijd heeft die gedachte inmiddels ingehaald. Al vijf edities lang bewees Welcome to The Village het tegendeel. Een sympathiek festival is het bovendien: ze willen bewust klein blijven (zo’n achtduizend bezoekers dit jaar) en doen alles aan innovatie en duurzaamheid. In 2022 willen de Friezen zelfs volledig circulair zijn: geen afval of uitstoot meer.

Toch is het juist die duurzaamheid die het festival lijkt op te breken. De Friezen zijn verwikkeld in een ongewenst conflict met – ironisch genoeg – een lokale duurzaamheidsorganisatie naast enkele omwonenden, die zouden klagen over het geluid. De gemeente zou te weinig doen om het festival te beschermen. Bij de organisatie dreigen ze al te verkassen richting Drachten of Groningen.

Wie er gelijk heeft, is niet aan journalisten om te bepalen. Wat we wel kunnen zeggen: het zou vrij opmerkelijk zijn om dit festival juist in 2018, het jaar waarop Leeuwarden Culturele Hoofdstad is, te zien vertrekken uit de stad. Laten we hopen dat ze er achter de schermen goed uitkomen. Aan het programma van Welcome to The Village zal dat in ieder geval niet liggen. Het festival weet zichzelf dit jaar overtuigend te vernieuwen, met een programma dat dit jaar een sterk accent legt op innovatieve hiphop. Welcome to The Village voelt hiermee haarfijn de tijdsgeest aan in tijden van Kendrick Lamar en Vince Staples.

Vrijdag
The Daily Indie begint zijn speurtocht naar goede muziek op het overdekte Grootegast-podium. Daar speelt Black Honey. Deze Britse retro-grungeformatie opent met – zoals gewoonlijk bij deze Britten – een behoorlijke dosis energie en gespeelde arrogantie. Tel daarbij op het enthousiasme van zangeres Izzy B Phillips en wij concluderen: de arena’s lonken.

 

Dan door naar Salon Perdu, een rond, houten art nouveau-bouwwerk. Aan het Britse Hooton Tennis Club de eer om deze zaal in te luiden. De cheeky jongens in blouses en spijkerjasjes geven een show vol op Parquet Couts-geïnspireerde, Amerikaans klinkende garagerock. Goed, maar weinig verrassend. Vervolgens op het Bontebok-podium vinden we soulzanger Cody ChesnuTT. Dit is de schrijver van klassieker The Seed, het nummer dat The Roots succesvol coverden. Wat in potentie een feestje kan worden, blijkt helaas een deceptie. ChesnuTT’s materiaal is eentonig en de Amerikaan blijkt dit niet te kunnen compenseren met een sterk stemgeluid.

 

Veel spannender is daarna het optreden van queerrapper Cakes Da Killa. Hij mag dan opkomen met het excuus ‘I have a hangover, don’t judge me’ en een grote zwarte zonnebril, hier is weinig van te merken; t-shirts en cd’s van Cakes doen dienst als confetti, terwijl de Amerikaan schreeuwt: ‘I run this fucking club’. Rake constatering. Net zo dansbaar blijkt vervolgens het optreden van de Griekse producer Larry Gus op het Blessum-podium. Met slechts een doos elektronica, een drumstel en een gespalkt been als arsenaal, brengt hij een perfect feest op de late avond. Eentje voor de liefhebber van psychedelische semi-elektronische muziek à la Animal Collective en Yeasayer.

Dat Welcome to The Village ook dit jaar het experiment niet schuwt, wordt daarna nog eens onderstreept door het optreden van Gaye Su Akyol in Salon Perdu. De Turkse zangeres combineert traditionele, oosterse muziek met westerse rock. Best spannend, maar het is jammer het optreden is dat het zo laat plaatsvindt. Half twee ’s nachts blijkt voor het gros van het publiek te laat voor experimentele Turkse pop.

Zaterdag
Op de Groninger ska-sensatie Mr Wallace na, levert de zaterdagmiddag weinig feestmuziek. Hebben we wel even nodig na al die lauw geworden campingpils.

 

Golden Dawn Arkestra lost het op in het Grootegast-podium. We horen: wereldmuziek, blazers, electro, funk en de nodige jaren tachtig-invloeden. Ook niet onbelangrijk zijn de glimmende broeken en glitterrokjes van de bandleden. Daarnaast spotten we zelfs enkele lichtgevende hoelahoeps. Op het eerste gezicht een spektakel, al wordt het trucje wel na enkele nummers duidelijk.

 

De Australiërs van DMA’s doen vervolgens op het Bontebok-podium waar ze goed in zijn: het spelen van nonchalante Britpop, maar dan uit Australië – ach, het verhaal moge inmiddels bekend zijn. Dit alles doen ze goed, maar toch: we hebben ze weleens energieker gezien. Zo misten we de licht-agressieve, maar goed bedoelde rapgebaren van gitarist Matt Mason toch een beetje.

 

In Salon Perdu lijkt zich vervolgens een nachtmerrie-tafereel af te spelen: de Amerikaanse rapper Zebra Katz komt op in een zilverkleurig marsmannenpak, met over zijn gezicht een zwarte muilkorf met metalen haar vanaf zijn kruin. Geen moment stelt queerrapper Katz je gerust, wat het optreden deze zaterdag in Salon Perdu des te intenser maakt. Aan het eind schreeuwt iedereen zijn naam. Terecht.

Eenmaal buiten, blijkt dat het regel met bakken uit de hemel valt. Niet dat men daar in Leeuwarden vanavond veel om geeft. Op het Bontebok-podium staat namelijk de grootste band die ooit op Welcome to The Village heeft gespeeld: Franz Ferdinand. Met zijn rijke oeuvre vol hoekige popklassiekers (Take Me Out, Do You Want To) maakt de band veel goed. Tussen de vele hits door brengen Alex Kapranos, met jawel: lang, geverfd haar, ook nieuw materiaal ten gehore. We kunnen je geruststellen: de band klinkt ook daarop nog steeds hypermelodisch. De Schotten sluiten af met klassieker This Fire, dat luidkeels wordt meegeschreeuwd. Zelfs uren later, op de weg naar de camping hoor je het nog om je heen: ‘this fire is out of control, we’re gonna burn this city!’

 

Ook leuk: op podium Grootegast staat vervolgens Grand Blanc: een Franse, elektronische formatie. Ze maken EBM-muziek die doet denken aan Front 242, maar zingen daarbij in het Frans. Originele combinatie. Dan snel door naar Salon Perdu, waar de Belgische postrockers Brutus doen wat Gaye Su Akyol gisteren niet lukte: een volle zaal trekken, met het volledige elektronische nachtprogramma als concurrentie. Knap ook hoe Stefanie Mannaerts met ingewikkeld voetenwerk drumt en daarbij ook nog zingt, al gaat de zang soms wel verloren in het muzikale geweld van de band. Ook spannend is daarna het optreden van Korfbal in dezelfde zaal. Deze, uit leden van The Homesick en Creepy Karpis bestaande band, weet opnieuw (!) de hele Salon Perdu los te krijgen met hun innovatieve garagerock.

Zondag
De volgende ochtend staat Spinvis op het Bontebok-podium. Zijn luisterpop vormt de ultieme soundtrack voor de zondag, waarbij gezinnen hun aandeel op het festivalterrein sterk vergroten. Net als bij Franz Ferdinand regent het stevig, maar dat maakt Leeuwarden niet uit. Van onder een poncho luisteren de Friezen naar een zanger die zingt dat hij alleen maar wil zwemmen. Toepasselijke klassieker.

 

De overgang met de Amerikaanse garagerockband Twin Peaks kan daarna niet groter zijn. Deze bluesy rockband laat in Salon Perdu horen wat rock-‘n-roll is: nonchalant ogende muzikanten, veel geheadbang en snelle gitaarsongs. Een overtuigende show. Ook energiek is vervolgens het optreden van de negentienjarige Brit Rat Boy in diezelfde tent. Zijn hiphop-gitaarrock doet denken aan Jamie T, maar zonder hetzelfde intellect. Maar goed, op intellectualiteit kun je geen circle pit bouwen. Op Rat Boy wel, zo bewijst deze Brit. Het resulteert in het ruigste concert tijdens Welcome to The Village.

 

We sluiten af met de Britse folkzanger Benjamin Francis Leftwich. Op plaat klinkt hij nog best aardig, maar live – hij speelt alleen – wordt toch snel duidelijk dat we hier met een wel erg softe singer-songwriter te maken hebben. Zijn zuchtende gezang helpt ook al niet mee als je drie zware festivaldagen achter de rug hebt. Maar goed, het publiek is wel muisstil, dat is toch knap voor een singer-songwriter. Of iedereen is net zo vermoeid als wij – kan ook natuurlijk.

 

Welcome to The Village
21 – 22 – 23 juli

Twin Peaks heeft een nieuwe single. Tossing Tears heet ‘ie, en behalve een stukje zelfverzekerd songschrijven is dat de voorbode van Sweet ’17, een bijzonder project. De band brengt tot eind van het jaar zes singles uit, die met zes B-sides dan weer een compilatiealbum vormen. Sweet ’17 kwam niet zonder slag of stoot tot stand en is een ambitieus sonisch document van een band die zich in de pubertijd van zijn carrière bevindt. Opgroeien of voor eeuwig slacken? We praten erover met voorman Cadien Lake James.

Het kostte nogal wat moeite: krijgen we na drie eerdere pogingen eindelijk Twin Peaks’ voorman Cadien Lake James aan de lijn, is hij niet in opperbeste stemming. De avond ervoor is bij een show in het Canadese Montréal de voorruit van de bandbus ingetikt en zijn er telefoons, skateboards en een laptop met work in progress muziek buitgemaakt. Het was de tweede keer in drie maanden, nadat in mei bij een inbraak de meeste gear uit de studio van de band werd gejat. Maar het meest is James over de zeik dat tijdens de show ook zijn wiet uit de kleedkamer werd gestolen: “I guess we do get robbed often lately. It’s a pain in the ass. Just some assholes. There are assholes everywhere in the world. Never forget that.” Om vervolgens terug te keren bij zijn aimabele zelf en te relativeren: “Gelukkig zijn er ook overall goede mensen. En we zijn nu in de positie dat we niet meteen compleet fucked zijn. We hebben tegenwoordig geld voor een nieuwe ruit.”

 

 

Muzikale wapenwedloop
De moeite die ondergetekende moest doen om een vertegenwoordiger van de band te spreken te krijgen, had een goede reden: Twin Peaks is druk. Cadien, Con, Clay, Colin en Jack zijn bezig met de bouw van een nieuwe studio (het oude pakhuis in Chicago waar de oude studio was gevestigd en waar de gear werd gejat, werd gesloopt), waar op het moment van bellen aan wordt geklust. Tel daarbij op een bomvol tourschema (in de VS en deze maand ook tien shows in Europa, onder andere in EKKO en op Welcome To The Village) en het feit dat de band ook nog een ambitieus idee heeft opgevat: zes maanden lang elke maand een single uitbrengen, die inclusief een B-side op een 7-inch verschijnt. De hele verzameling van twaalf nummers belandt vervolgens op een 12-inch onder de naam Sweet ’17.

“Ik was vroeger een grote fan van de Matador Singles van Jay Reatard (uit 2008 – red.)”, vertelt James. “Eens per maand kon je uitkijken naar een nieuwe single. Zo kregen we het idee, it just made more sense. Waarom zouden we mensen laten wachten, terwijl wij tot het eind van het jaar een plaat aan het opnemen zijn die dan waarschijnlijk pas halverwege volgend jaar naar buiten kan? We dachten: we kunnen gewoon songs opnemen en direct uitbrengen. Zo zijn we net zo productief en blijven we wel relevant en op het netvlies van mensen, you know.”

Een opvallende uitspraak, voor een frontman die ooit aangaf Europese tours te verkiezen boven die in het thuisland, omdat er dan in elk geval niet zo veel publiek op de been zou zijn. Dat is geen valse bescheidenheid, legt James uit. “Begrijp me niet verkeerd, we hebben op festivals voor 15.000 man gespeeld en dat zijn mijn favoriete shows ooit. Maar ik zie het gewoon niet gebeuren dat dat standaard wordt. Zo’n grote markt is er niet voor onze muziek. Neem Thee Oh Sees. Die zijn tien jaar bezig en spelen in het hele land voor zalen van duizend man. Als wij dat hebben bereikt na tien jaar, that would be sick, if not, I don’t give a hell. We zijn vijf jaar bezig. Het is wat het is. Als het groter wordt, ben ik game. Ik ben hier om muziek te spelen en nummers te schrijven.”

 

“Ik wil de muziek maken die ik wil maken, maar ik wil niet dat mensen vergeten dat ik het maak.”

 

Nonchalante coolness, maar dat strookt natuurlijk niet met ‘relevant willen blijven’. Wanneer we James erop wijzen: “Kijk, er zijn zoveel bands tegenwoordig, en die brengen zo veel muziek uit. Als je even stopt, moet fucking huge zijn, willen mensen je niet vergeten. Neem onze vrienden van The Orwells. Die namen twee jaar vrij en moesten weer bij nul beginnen. Mensen hebben de tijd niet om op je te wachten. Muziek uitbrengen zorgt ervoor dat je scherp blijft, en het is een soort vriendelijke competitie tussen bands.”

Interessant gegeven, zo’n muzikale wapenwedloop tussen bands, met de aandacht van het publiek als inzet. Het is een van de verklaringen voor de hoge productiviteit in bijvoorbeeld de garage-scene, en de toenemende voorkeur voor het uitbrengen van EP’s over hele albums. James zegt daarover: “Je moet wel zorgen dat je kwaliteit maakt. Met name bij garagebands is die balans vaak zoek. En wanneer ik zeg: ‘relevant’, bedoel ik het ook niet zo gewichtig of grensverleggend. Ik wil de muziek maken die ik wil maken, maar ik wil niet dat mensen vergeten dat ik het maak.”

 

 

Ouder en serieuzer worden
De volle agenda van Twin Peaks kwam het schrijven en opnemen van Sweet ’17 niet ten goede. Voor de laatste langspeler Down In Heaven verhuisde de band naar het platteland van Massachusetts, waar tussen het drinken en kanovaren door ook rustig aan wat muziek werd gemaakt. Nu was de band gebonden aan een vol tourschema, en moest zoals gezegd ook tussendoor meermaals verhuizen naar verschillende studio’s in thuisstad Chicago. “Het was verre van ideaal. Ik hou van een rustige omgeving, waar ik het kan veroorloven om een beetje lui te zijn en de muziek er meer natuurlijk uitkomt. De clichés over in de studio werken onder tijdsdruk, zijn waar. Je moet continu tegen de klok werken en beslissingen maken. Het is cool, maar ik heb liever meer tijd. Gelukkig hebben we binnenkort onze eigen studio bij onze vrienden van Tree House Records. Ons eigen dromenland, waar we alles kunnen doen en laten wat we willen.” Om er snel aan toe te voegen: “Dat betekent overigens niet dat we niet blij zijn met wat we hebben gemaakt. Ik ben er heel trots op.”

Wat heet: eerste wapenfeit Tossing Tears klinkt als een staaltje zelfverzekerd songschrijverschap, met voor Twin Peaks-begrippen belachelijk uitgebreide arrangementen en andere sonische decoratie. We noemden het op de redactie eerder al een ‘meesterwerkje’. Het is desondanks nauwelijks een Twin Peaks-song: de kenmerkende lo-fi sound van de band is in geen velden of wegen te bekennen. “Het is een song die we al een tijdje hadden liggen”, vertelt James. “We wilden echt uitpakken voor de outro, met de funky gitaren, piano en ‘na na na’s’. Het gebeurde heel natuurlijk.”

 

“Shit man, als je eens wist wat er qua muziek allemaal gebeurt in mijn hoofd, zou je jezelf van kant maken.”

 

Tossing Tears is geen blauwdruk voor de overige singles, benadrukt James. Twin Peaks heeft vier songschrijvers in de gelederen en de nieuwe nummers werden over een lange periode geschreven. “Shit man, als je eens wist wat er qua muziek allemaal gebeurt in mijn hoofd, zou je jezelf van kant maken. Nee, geintje, dat klonk depressief. Ik ben een happy guy. We hebben die sound van Tossing Tears niet bewust gezocht. We hebben sindsdien ook niks meer geschreven dat erop lijkt. Elke single op Sweet ’17 heeft zijn eigen vibe, dat maakte het ook leuk. Het is straks een hoeveelheid nieuw materiaal dat in principe een album is, maar dan zonder dat er enige samenhang in hoeft te zitten. De 12-inch zien we ook als een compilatie. Het was een manier om een album uit te brengen, zonder echt een album te maken, snap je? Het gaat alle kanten op, maar ik weet zeker dat het werkt, want uiteindelijk klinkt alles als Twin Peaks.”

James snijdt hier een heikel punt aan: Twin Peaks werd nog weleens verweten zoekende te zijn. Op de platen Sunken (2013), Wild Onion (2014) en Down In Heaven (2016) speelt de band net zo makkelijk lo-fi sixties pop als luide garagerock. Dat is niet voorbij, claimt James. “We hebben inderdaad twee kanten, maar we zijn niet zozeer zoekende. We vinden het gewoon allebei leuk om te doen. Het zou ons publiek kunnen polariseren en ik denk dat we inderdaad succesvoller zouden zijn als we één ding deden. Maar dat is niet wat Twin Peaks is en dat is speciaal aan deze band. Er zijn zat mensen die het wel beide leuk vinden. We zijn vijf gasten die geode muziek willen maken en we doen gewoon whatever the fuck we want to do.” Het is dus geen gevalletje ‘ouder en serieuzer worden’…? “Fuck no man, I’m getting crazier every year.”

Dat de aanpak van Twin Peaks succesvol is, blijkt: de 7-inches, die als pakket van zes tegelijk te koop waren voor 50 dollar, waren in een dag uitverkocht. “We proberen nog een manier te vinden om extra te laten drukken voor Europa en de UK. Het was niks exclusiefs ofzo, iedereen kan de songs online luisteren. De 12-inch komt ook in een grotere oplage. Maar 7-inches zijn belachelijk duur en we doen er zes in een korte tijd, dus het was een duur project waar we niks op verdienen. Het was alleen voor de echte fans die zaten op te letten.”

Dan wordt James door de andere leden van Twin Peaks weer bij de les geroepen. Er moeten zware houten platen naar de nieuwe studio worden gesjouwd. Laatste vraag: verwacht hij dat de fysieke releases van de singles heuse collectors’ items worden? “You know, we werken heel hard om de band zo goed te maken dat zoiets lukt. We zien wel, haha. Ik moet er vandoor. Zie je in Europa. Peace!”

 

Twin Peaks live zien? De band speelt zondag 23 juli op Welcome To The Village, met nog een hele hoop ander moois!

WEBSITE FESTIVAL | FACEBOOK-EVENT

 

Ook speelt Twin Peaks op 22 juli in EKKO op onze eigen TDI Presents-avond aldaar. TDI-leden krijgen €2,50 korting.

 

Welcome to The Village
21 – 22 – 23 juli

 

Met Aziza Brahim, Golden Dawn Arkestra, Gaye Su Akyol, Kondi Band, Toko Telo, King Ayisoba en Alsarah And The Nubatones trekt Welcome to The Village een bijzonder gezelschap naar de Groene Ster in Leeuwarden eind juli. Wie zijn dit allemaal, wat maakt ze zo bijzonder en hoe is deze diverse en kleurrijke line-up tot stand gekomen? Wij vroegen het aan de programmeurs van het festival: Peter Reen en Peter Dijkstra. 

Nu komt The Daily Indie al sinds de allereerste editie in 2013 op het festival en weten we dat WtTV meer is dan alleen een festivalweide met een selectie toffe bands. Het festival probeert ook op maatschappelijk gebied zijn programma op allerlei manieren in te kleuren en te zorgen voor een stukje bewustwording van de wereld om je heen. Van innovatie tot duurzaamheid en voedsel: zo werd er in 2015 nog een koe gekocht, om die vervolgens op het menu te zetten tijdens het festival.

Brede programmering
Dat zal nu niet gebeuren, maar we vonden de keuze voor een aantal ‘wereldartiesten’ opnieuw bijzonder intrigerend. Van Sudan, Turkije, Algerije en Sierra Leone: ze komen weer overal vandaan dit jaar. Daarom besloten we om even te bellen met de programmeurs van het festival. Want tussen bands als Franz Ferdinand, Declan McKenna, Black Honey, DMA’s, Korfbal, Meatbodies en Twin Peaks, vallen deze op een prettige manier op. “Het is iets dat we al vanaf het begin doen. We hebben een publiek dat het leuk vindt om verrast te worden en als je hen dan toch wilt verrassen, dan het liefst met iets heel speciaals”, vertellen de Peters. “Het eerste jaar hadden we maar een paar namen, maar dat bleek heel erg aan te slaan binnen de programmering. Het tweede jaar hebben we besloten om er een apart podium aan te wijden op de zaterdag en daarvoor gold hetzelfde. Daar stond zelfs een partij mensen die alleen maar even bij het podium wegliepen om een biertje te halen of wat te eten.”

 

“We hebben een publiek dat het leuk vindt om verrast te worden en als je hen dan toch wilt verrassen, dan het liefst met iets heel specials.”

 

Sterke vrouwen in de lead
De programmeurs merken dat zij een snaar raken bij het publiek met hun opwindende, muzikale smaak, maar proberen wel elke keer met een andere invalshoek het programma samen te stellen. “In eerste instantie willen we ons op muzikaal gebied uiteraard onderscheiden en dat lukt met Welcome to The Village aardig goed denken wij. Onder meer omdat een groot deel van de line-up uit alle windstreken komt en niet zozeer alleen naar de geijkte popcultuur kijkt. We willen ook dit jaar weer laten zien dat het niet uitmaakt waar je als artiest vandaan komt om op ons festival te spelen en we zijn erg blij dat ons publiek dat zeer waardeert.”

 

“We willen laten zien dat het niet uitmaakt waar je als artiest vandaan komt om op ons festival te spelen.”

 

Met die missie in het achterhoofd gingen de programmeurs op zoek naar spannende artiesten. “We besloten vrij vroeg om ons te richten op sterke vrouwen, dus dan heb je al direct een kadering. Vervolgens moet je natuurlijk ook nog een beetje het geluk hebben dat die artiesten op tour of in de buurt zijn. Maar het is ook gebeurt dat een act meer shows om Welcome to The Village is gaan boeken om bij ons te komen spelen, dat is natuurlijk wel echt te gek.”

 

 

Verrassend programma
Dit jaar komen de artiesten onder meer uit Afrika, Zuid-Amerika en Turkije. En niet zelden zijn het artiesten met een speciaal verhaal. “Het zijn namen die de bezoeker misschien niet direct herkent. Maar als ze er dan dieper induiken of het programmaboekje lezen, dan zien ze al snel dat er een bijzonder verhaal achter zit. En we willen mensen daarin graag meenemen, zodat ze er ook over na gaan denken. Zo hebben we bijvoorbeeld Aziza Brahim die opgegroeid is in een vluchtelingenkamp en Alsarah (And The Nubatones) die uit Afrika vluchtte en een nieuwe leven opbouwde in de Verenigde Staten.”

 

“Er zit een intrinsieke motivatie achter en vanuit daar ga je zoeken.”

 

“Het begint allemaal met een open blik vanuit hoe we de wereld zien als Welcome to The Village zijnde. Misschien dat het ook wel een beetje in het bloed zit van de noorderlingen, want ik zie dat ook terug bij de vrijwilligers en iedereen die aan het festival meewerkt”, vertelt het duo. “En dat geldt voor alles wat we tijdens het festival doen, we zien daar wel een lijn in. Dat is ook waarom we veel aandacht schenken aan zaken als innovatie en biologisch eten, daar zit een intrinsieke motivatie achter en vanuit daar ga je zoeken.”

 

 

Spiegelende setting
Er zijn genoeg artiesten te bewonderen tijdens Welcome to The Village, maar wat zijn volgens de twee programmeurs nou écht de acts waarop ze niet kunnen wachten tot ze eind juli op het podium staan? “Dat is lastig zeg, want we vinden natuurlijk het hele programma heel vet,” lachen de twee. “We kunnen ze allemaal uitlichten. Maar om een voorbeeld te noemen: Golden Dawn Arkestra, die band heeft écht een fantastische liveshow. Dat wordt echt dik feest en we hebben de band ook in een grotere tent neergezet, omdat we er vertrouwen in hebben dat ze die he-le-maal kapot gaan spelen.”

 

 

“Of Gaye Su Akyol, die zetten we dit jaar neer in de Spiegeltent. We denken dat die setting ontzettend bijdraagt aan de muziek die de band maakt, we hebben het daarnaast ook bewust laat op de avond geprogrammeerd. We hebben echt het idee dat zo’n act heel erg op zijn plek gaat vallen. Nee, wat dat betreft kun je absoluut je culturele horizon verbreden tijdens het festival.” Het is een trend die al langer terug te horen is. Bij bands als Tame Impala tot en met Suuns en King Gizzard & The Lizard Wizard hoor je al jaren dat wereldmuziek steeds meer doorsijpelt in hun instrumentatie, gebruikte toonladders en sound. Een prima ontwikkeling volgens de heren. “Het is wel goed dat het gebeurt en dat mensen daardoor mogelijk ook hun muziek- en wereldbeeld verbreden. Wij denken ook wel dat het uiteindelijk alleen maar goed is voor de muziek als er meer invloeden aan toe worden gevoegd.”

WEBSITE FESTIVAL | FACEBOOK-EVENT

De rock-‘n-rollkaravaan vertrekt deze zomer weer naar het hoge noorden. Van 15 tot en met 17 juli vindt in de Leeuwardense Groene Ster namelijk alweer de vierde editie plaats van popfestival Welcome to the Village.

Vandaag werd bekend dat onder meer Bewilder daar zal komen spelen. Bewilder? Ja, dat is de band van Maurits Westerik – die gozer van GEM. Take, take, take a look at them, zouden we zeggen. Verder komen ook Tinariwen (Mali), Fanfare Ciocarlia (Roemenië), Protomartyr (USA) en Hypochristmutreefuzz (België).

Eerder was al bekend dat ook deze bands zullen komen: Tal National (Niger), East Cameron Folkcore (USA), The Lytics (Canada) en Canshaker Pi (Nederland). Waar we in Nederland niet van houden is prijzen die stijgen. Dat lijken ze in Friesland te hebben begrepen, want de entreeprijs blijft met €85,- gelijk aan die van vorig jaar. Daar kunnen ze bij Lowlands et al. nog wat van leren.

Goed, is er verder nog nieuws? Ja, dat de kaartverkoop zaterdag 9 januari om 11:00 uur start. En mocht het snel gaan op de website (wat we overigens niet direct verwachten), dan herinneren we je even: de toets der toetsen op zo’n moment is dus ‘F5’.

 

Een festival inrichten als dorp; voor Welcome to The Village is het al voor de derde keer op rij een succes. Het driedaagse popevenement op de Groene Ster in Leeuwarden biedt dit jaar een tijdelijk thuis aan 7.500 mensen – inclusief ruim vijfhonderd vrijwilligers. Het doel: een alternatief bieden op festivals van grote partijen als Mojo en Friendly Fire. Geen overvolle festivalweides dus, maar rust.

Ook wil het festival ingaan tegen het rendementsdenken – is dit nu al het woord van 2015? Om financieel succes, zo zegt men, draait het niet, wel gaat het om duurzaamheid. En dat zie je overal terug. Je mobiele telefoon opladen met bananenschillen? Check. Biologisch vlees? Check. We kunnen je vertellen: Koe Janneke is niet meer. De speciaal voor dit festival geslachte koe deed de gemoederen bij Telegraaf-lezers hoog opwaaien, maar het idee van de leiding is: laten zien waar het vlees vandaan komt. Iedereen zou van Koe Janneke gaan eten. Het enige probleem: de koe is al na een dag op. Uit betrouwbare bron weten wij inmiddels: er was een back-up-koe. Eind goed, al goed.

Yuko Yuko

Maar is het muzikaal ook wat? Zeker. Voor 85 euro krijgen bezoekers drie dagen lang een gevarieerd programma met pop, rock, funk, techno en een blik aan feestbands. De eerste dag zorgt Dokkumer wavegroep Yuko Yuko al meteen voor een hoogtepunt met postmoderne wave en elektronica. Britpopgroep Circa Waves uit Liverpool laat daarna de hoogtijdagen van The Kooks en The Libertines herleven. En T-shirt weather (de titel van hun bekendste single – red.), dat is het. Rapper Typhoon zorgt even later met de hiphop en ska van zijn succesplaat Lobi da Basi voor het feestje van de dag. Een perfecte afsluiter van de dag is zZz, het Amsterdamse orgelwave-duo. De hypnotiserende krautrock blijkt de ideale schakel te zijn tussen het dagprogramma vol bands en het nachtprogramma, waarbij techno en dancemuziek vaandeldragers zijn.

The Pains of Being Pure At Heart

Blood Red Shoes zorgt op de zaterdag voor een flinke tegenvaller. Klonk de hoekige grungerock van het duo ooit spannend en vernieuwend, nu overheersen oersaaie rechttoe-rechtaan-gitaarloopjes. Vergane glorie. Veel spannender is even later het optreden van de Rotterdamse no future-band Rats On Rafts, dat werk speelt van zijn nieuwe experimentele plaat Tape Hiss. Op plaat missen de nummers soms nog wat structuur, maar live werkt het experiment. The Pains of Being Pure At Heart laat daarna horen hoe het zou klinken als My Bloody Valentine samen met The Smiths zou spelen. Hoe? Als melodieuze, melancholische shoegaze. Erg goed. De dag wordt afgesloten door de Deense sixtiespopgroep The Asteroids Galaxy Tour. Alhoewel niet ieder nummer even hard weet te boeien, heeft de band een handvol klassieke indiehitjes, zoals Around the Bend en Heart Attack, die veel goedmaken.

PAUW

Een domper: na twee zonnige dagen begint de zondag met een heftige regenbui. Toch, rock-‘n-roll doet wonderen. Als de heren van de psychedelische rockband PAUW zijn begonnen, is de bui weer over. De op de jaren ’70 geïnspireerde muziek van de Twentse band boeit tot het einde. The Homesick, die andere band van leden van Yuko Yuko, speelt daarna een interessante mix van jaren ’80-post-punk en op Ariel Pink geïnspireerde psychedelica. Het feest is compleet bij het Cairo Liberation Front. Een optreden van dit Tilburgse duo komt neer op: Egyptische muziek uit een dj-set en een langharige mc die hier heel hard ‘Áááfika’, ‘Áááááfrika!’ doorheen schreeuwt. Hij deelt theedoeken aan het publiek uit om mee te zwaaien. Een foute parodie op het Midden-Oosten? Ontzettend, maar toegegeven: dit is toch wel erg komisch. Belgische legende dEUS mag het festival afsluiten en speelt werk dat voor oudere bezoekers geldt als klassiek, maar helaas onbekend is bij veel jongere bezoekers. Als algemene afsluiter blijkt deze band dus in praktijk wat minder geschikt dan verwacht.

The Homesick 

dEUS

We waren vorig jaar behoorlijk fan van Tijuana Panthers’ tweede plaat ‘Wayne Interest’. Typisch Californische punk die werd opgeleukt met pop, wave, koortjes en stukken jazz, waardoor het drietal uit Long Beach een stuk innovatiever was dan de meeste van zijn stijlgenoten.

 

 

Op Front Window Down wordt die ontwikkeling doorgezet: een onmiskenbare punkstructuur van coupletje-refreintje-bruggetje, gecombineerd met zomers aandoende melodielijnen, waar de bands BFF’s Allah-Las ook zo goed in zijn. Dat levert een onweerstaanbaar catchy song op. Er is nog niks bekend over een nieuwe plaat, maar het kan bijna niet anders dat de drie hun baan, die ze nog steeds met de band combineren, binnenkort op moeten gaan zeggen. Tijuana Panthers speelt in juli vier shows in Nederland.

17 juli Nieuwe Anita, Amsterdam (Subba-show)
18 juli Pedro Pico Pop Festival, Raalte
18 juli Valkhof Festival, Nijmegen
19 juli Welcome to the Village Festival, Leeuwarden

Een dorp omgebouwd tot festival? Dat is Welcome to The Village. Met voedsel van de lokale stadsboer, maar indiebands van over de hele wereld.

Medeoprichter Sjoerd Bootsma ontvangt ons in zijn huiskamer in woongroep De Haniahof te Leeuwarden. Overal liggen platen, boeken en in de hoek staat zijn pronkstuk: een jukebox. “Wil je een plaatje horen?”, vraagt Bootsma. Ja, zeggen we en niet veel later galmt Bigmouth Strikes Again van The Smiths door de kamer. “Weet je, mijn huiskamer is eigenlijk een metafoor voor ons festival,” zegt Bootsma. “Hier ontvang ik gasten, ontstaan goede gesprekken en zetten we steeds andere muziek op. Zo beleef ik ook Welcome to The Village.”

Medewerkers van het alternatieve Podium Asteriks begonnen popfestival Welcome to The Village in 2013. Het kleinschalige festival – dit jaar verwacht het 5.000 tot 6.000 bezoekers – vindt plaats op recreatiegebied De Groene Ster, net buiten Leeuwarden. Het festival beeldt een dorp uit, inclusief strobalen en een dorpsstrandje. “De wereld is misschien wel iets te groot geworden,’ verklaart Bootsma. “Een dorp heeft de beste maat. Je kent elkaar, helpt elkaar en komt elkaar tegen.”

Het festival programmeert naast enkele headliners vooral kleine namen. Zoals? Yuko Yuko, The Growlers en Meridian Brothers. “Wij programmeren bewust klein en divers. We willen mensen nieuwe muziek laten ontdekken, zoals Oscar and the Wolf afgelopen jaar. Maar het gaat ons ook om maatschappelijke waarden.”

Zoals het op de kaart zetten van Leeuwarden. “Tien jaar geleden heerste hier nog een negatieve mentaliteit,” zegt Bootsma. “Als je iets probeerde, zei iedereen: dat gaat toch niet lukken. Wij probeerden het en laten zien dat het wel kan.” Leeuwarden is in 2018 zelfs Culturele Hoofdstad van Europa en versloeg in een afvalrace randstadsteden als Utrecht en Den Haag. “Er gebeuren hier veel meer spannende dingen dan in de Randstad. Hier is veel meer ruimte en dat maakt je creatief.”

Een ander belangrijk thema is duurzaamheid. De organisatie haalt het voedsel op zijn festival zelf van een lokale stadsboer. Koffiebonen importeert het direct van de boeren uit Nicaragua en Indonesië. “Het is eerlijker dan Fair Trade. We hebben zelfs ons eigen koffiemerk op de markt gebracht.” Groen ondernemen, zo besluit Bootsma, is de essentie. “Je geeft iets terug aan de wereld. Vorig jaar waren we het eerste festival met mobiele accu’s die op zonne-energie werkten. Dat is toch geweldig?”

 

Bekijk hier de aftermovie van vorig jaar: