Live

Rammelende gitaren en dromerige soundscapes klinken magistraal in de Fabriek de Toekomst tijdens Grasnapolsky


11 februari 2019

Hoewel het buiten guur is, kunnen regen en wind de pret niet drukken op winterfestival Grasnapolsky. Het festival biedt een divers muzikaal programma aan, zo kun je helemaal uit je plaat gaan bij gitaren of verdrinken in de dreampop en elektro.

Tekst Guus Timmermans & Sil van de Logt
Foto’s Marleen Annema

Grasnapolsky heeft een nieuwe, magische locatie gevonden. Na vijf jaar bij het zendpark van Radio Kootwijk op de Veluwe, werd het tijd om zelf een nieuwe plek te zoeken. De keuze viel op Fabriek de Toekomst bij Groningen: een oude industriële fabriek die voor drie dagen omgetoverd werd tot het decor voor een idyllisch festival. Als bezoeker moet je een modderige berg trotseren, maar eenmaal binnen wacht je een warm welkom.

Grasnapolsky is een winterfestival. De jassen blijven in het begin nog bij velen aan, maar uiteindelijk hangen de kapstokken bij de ingang van elk podium vol. De rest van de loods is gevuld met een minimalistische, futuristische aankleding. De enorme galm in de hallen is helaas moeilijk tegen te gaan door de geluidsmannen van het festival, maar erg is het niet. De natuurlijke reverb voelt warm aan: de lage, stuwende bassen vormen een prima basis voor de zwoele hoge tonen.

Foto: Félice Hofhuizen

De opwarmer op vrijdag kwam voor ons in de vorm van het Belgische Jaguar Jaguar in het Verzendlokaal. Een smakelijke mix van het klassieke Vlaamse geluid van Balthazar en het energieke en de meerstemmigheid van Jungle. Deze meerstemmigheid mist echter bij Lucky Fonz III. De muzikaal vermomde cabaretier speelt op het hoofdpodium – ondanks (on)bedoelde tegenslagen – de zaal muisstil. Waar op zijn nieuwe album Multimens alles een elektronisch tintje heeft, speelt de troubadour live enkel met akoestische gitaar en veel hulp van het publiek. Lucky Fonz III is de joker van de avond. Naast zijn eigen show duikt hij ook nog op bij de opening van het nieuwe terrein met het Blauwe Uur en is hij in de nachtelijke uurtjes ook aanwezig bij de karaoke van St. Paul.

Grasnapolsky lijkt een divers muzikaal programma te bieden. Je kunt helemaal uit je plaat gaan bij gitaren of verdrinken in de dreampop en elektro. Dit wordt op de eerste dag meteen bewezen. In het Verzendlokaal speelt Snapped Ankles: een hypnotiserende, dreigende mix van krautrock en een rauw en Brits gitaargeluid. Ondanks dat de zaal aan de haal gaat met het geluid en wat knagende technische problemen, lijken de mensen in een soort opgefokte trance te raken.

Later op de avond moeten we een keuze maken tussen de beukende punk van de Belgische band Sons, een garantie op moshpits waar gehoorbescherming aangeraden is, of Niels Broos. Laatstgenoemde maakt indruk met zijn mix van loops, synths en eigenzinnige samples. Zijn muziek doet bij vlagen denken aan Fatima Yamaha, maar dan in de dubstep-indie hoek. In combinatie met een lead synth die bijna bespeeld wordt met de gezichtsuitdrukkingen van de muzikant en snel wisselende maatsoorten, zorgt het ervoor dat het energiepeil van de bezoeker opgeladen is voor het nachtprogramma.

De nacht brengen we door met Grasnapolsky-DJ en indie-veteraan St. Paul, die een heerlijke mengelmoes van klassiekers, exotische pareltjes en dansbare singletjes opdient. Daarnaast sloten nationale trotsen als Amber Arcades, Danique van Donna Blue en Lucky Fonz III aan voor karaoke. Het klapstuk van de nacht was het duet van Pip Blom en Willem (onder meer Canshaker Pi, Personal Trainer): samen zongen ze Everybody Wants To Rule The World van Tears For Fears. Zeker niet loepzuiver, maar de overtuiging en dansmoves maakten dat helemaal goed.

De tweede dag
De volgende dag is rauw en nóg kouder. Iedere bezoeker lijkt gelukkig de winterse weersomstandigheden geaccepteerd te hebben. De Plakplaats is gevuld met kopjes koffie en de brakke hoofden – onder de typerende Grasnapolsky-mutsjes – geven de woonkamer van het festival een grijze ochtendgloed. Al gauw wordt deze melancholische stemming doorbroken.

Price opent het Papierpakhuis – een extra podium dat op vrijdag nog niet geopend was – en is een van de vele garage-bandjes die daar spelen. De rammelrock doet met het harmonieuze samenspel van de gitaren denken aan bands als Korfbal. Het is dan ook geen geheim dat de band uit dezelfde stamboom afkomstig is. Als dat kopje koffie je nog niet wakker had gekregen, doet Price dat zeker wel met snelle afwisselingen in tempo en intensiteit.

Bijkomen kan later op de Kartonbaan bij Donna Blue. De schuifelnummers hebben een haat-liefdeverhouding met de natuurlijke galm van de Grasnapolsky-hallen. Aan de ene kant geeft de reverb het geheel een extra warm gevoel, maar soms gaat de galm er met de engelachtige vocalen vandoor en wordt de zaal gevuld met een schurende piep. Donna Blue weet de galm op een gegeven moment echter wel onder controle te krijgen en krijgt het publiek zo in een romantische bubbel.

Wij haasten ons terug naar het Papiekpakhuis waar Personal Trainer zo zal beginnen: nóg een bandje van Canshaker Pi-frontman Willem Smit en toevallig ook het bandje van Kilian Kayser, onze bungalow-genoot dit weekend. Voor Personal Trainer heeft hij zes vrienden opgetrommeld om samen met hem te spelen. Lol maken is het devies. De jongens lachen terwijl Willem de meest absurde dansmoves eruit gooit. Het geheel wordt passend afgerond met een vibraslap, precies wat je verwacht bij deze joligheid.

Ook YĪN YĪN heeft deze joligheid. De muziek is van psychedelische aard en doet denken aan Khruangbin en Kikagaku Moyo on steroids. De double-neck gitaar van de zanger krijgt de hele Kartonbaan aan het swingen op zijn aanstekelijke microtonale indiedisco. YĪN YĪN gaan we deze festivalzomer vast nog tegenkomen, hopelijk een keer bij de nachtprogrammering.

Naast alle acts is er dit jaar ook weer aandacht voor (lokale) kunst. Omdat de winterdagen kort zijn en de nacht vroeg begint, speelt licht een belangrijke rol. Een buitenmuur van het Bolkokerspodium is belicht met de herkenbare visuals van het festival en het Ketelhuis is gevuld met een soort gesamtkunstwerk. De oude machines van de strokartonfabriek worden met licht en geluid weer tot leven gewekt. Overdag is het mogelijk om een heuse Groningse aardbeving mee te maken via een trilpak en een koptelefoon.

Real Farmer krijgt het publiek warm met de Shame-achtige frontman en pakkende garagerock, maar het echte feest barst pas later op de avond los bij het Groningse Wholly Michael. Het begint voorzichtig, kabbelend en energiek, maar het wordt steeds grootser totdat de planken tegen het einde als een soort trampoline fungeren. Stil blijven staan is fysiek onmogelijk.

Amy Root is eveneens behoorlijk groots. Vanwege het uitvallen van RIMON op de Kartonbaan werden de beats van de Rotterdammers naar het hoofdpodium verkast. Weval-achtige zweverigheid, de wendbaarheid van Jon Hopkins en de bassen van Moderat vormen een grote inspiratiebron voor het duo. Zo nu en dan komen de nuchtere Nederlandse jongens, evenals het publiek, uit hun gesynchroniseerde trance en volgt er een luid applaus. De elektro van Amy Root werkt aanstekelijk en prikkelt alle zintuigen.

De echte afsluiter van het dagprogramma, of de opener van het nachtprogramma, hoe je het ook wilt noemen is de sensatie die Karel heet. Hij is razend populair. Buiten staat een rij van zo’n dertig meter, binnen is het stampvol. Karel leverde weer een klassieke Karel-show. Vanaf de eerste seconde begint hij aan zijn workout. Het publiek heeft wat tijd nodig, maar als dan iemand een subtiel duwtje in de rug geeft, is binnen no-time de hele zaal in beweging. Karel mengt zich tussen de fans, wederom een legendarisch en intens half uurtje. Een goed begin voor het dansbare, elektronische nachtprogramma.

Op de derde dag zijn alle grindpaden omgetoverd tot zwemparadijs. Het geluid van koffie is ingeruild voor het geluid van snotneuzen en de springtouwen van het discofeestje de nacht ervoor worden nog langzaam opgeruimd. De hypnotiserende, dichtende muziek van Lewsberg past perfect bij deze zondagse sfeer. Net als de band hun inspiratiebron, The Velvet Underground, zouden de leden met hun stoïcijnse blikken en hun muziek niet misstaan in een Wes Anderson-film. Hoewel het gecontroleerde geweld verhalend is en weinig extravagante uitschieters bevat, levert het toch veel knikkende hoofdjes op in het Papierpakhuis.

Ondertussen levert The Bony King of Nowhere in het Verzendlokaal wellicht hét muzikale hoogtepunt van Grasnapolsky 2019. De natuurlijke galm werkt perfect voor Bram Vanparys, die met volle overtuiging zijn emoties om weet te zetten in prachtige, warme nummers. Het geluid zit ergens tussen The War On Drugs en Kevin Morby in en Bram heeft een charismatische en mysterieuze uitstraling. Het publiek erkent de schoonheid van de muziek door aandachtig te luisteren en de band te bedanken met een overweldigend applaus. The Bony King of Nowhere: prachtig! 

Grasnapolsky heeft nog steeds die echte DIY-feel om zich heen hangen. Iedere nacht worden de puntjes op de i gezet op het nieuwe terrein en worden er her en der vuurkorven verplaatst om de warmte over het festival zo goed mogelijk te verdelen. Ook de artiesten die hier spelen zijn vaak met deze DIY-aard begonnen. Denk maar aan de Klangstof-achtige band Laplander. Met een gitaar die bijna klinkt als een synthesizer en vervreemdende maatsoorten zorgt de band voor een echte lean in –ervaring. Psychedelische klanken vullen de Hakselaar en onverwachts dreunt een dansbare beat door de oude fabriekshal. 

Na een ambachtelijke pizza weggewerkt te hebben, is Donny Benét de volgende elektronische act met een simpele setup waarvoor de mensen welwillend genoeg zijn om in de regen te wachten. Net als bij Karel staat er een lange rij mensen, maar binnen staan we gelukkig droog om ‘The Don’ van dichtbij mee te mogen maken. Sensuele dansmoves van een van de minst aantrekkelijke figuren uit de muziekindustrie gaan gepaard met foute jaren tachtig-synthpop en een saxofoon om het plaatje volledig compleet te maken. Het publiek lijkt het vooral grappig te vinden, maar vergeet niet dat Donny Benét ook gewoon heel erg sappige muziek maakt waar je prima een dansje op kan wagen.

Verkouden neuzen
Als het idyllische, winderige dorp je even teveel wordt, kun je altijd mee met boswandelingen van Staatsbosbeheer of naar een historische rondleiding over het erf van Fabriek de Toekomst. De kou mag de pret niet drukken. De wind heeft ons niet omver geblazen, maar de vele acts wél! Op wat verkouden neuzen na, hebben we, dankzij een sterke line-up, een flexibel productieteam en gezellige mensen, dit winterse weekend prima doorgebracht.