Net op de valreep van 2018 plaatsten we Foxwarren nog op je radar en vandaag geven we dat verhaal een mooi vervolg. De band rond Andy Shauf staat namelijk op 18 juni in de Pandora van TivoliVredenburg en jij kan daar bij zijn want wij hebben enkele hete kaartjes liggen.
Het bijzondere verhaal van Foxwarren is er eentje dat we maar wat graag met je delen. We moeten even tien jaar terug de tijd in, want dat is zowat de periode waarin de debuutplaat opgenomen werd. Hoe kan het dan toch zo lang – tot 2018 – duren voor die plaat op de wereld afgevuurd werd? Daar is een zeer logische verklaring voor, namelijk Andy Shauf. Zijn solo-carrière nam opeens flinke vaart en daarmee verschoof de Foxwarren-plaat een ‘beetje’ naar de achtergrond.
Warme en liefdevolle klanken De strelende melodieën klinken warm en liefdevol, perfect om de mooie Pandora te vullen. De melancholie herkennen we dan weer uit Shauf zijn solo-muziek en wordt gecombineerd met psychedelica en folk. Luister zelf maar, je hoort telkens wat anders. Het belooft dan ook een ontzettend boeiende avond vol warmte en melodieuze rock te worden in Utrecht.
Kaarten winnen? Op dinsdag 18 juni komt Foxwarren naar Utrecht en wij mogen twee kaartjes weggeven. Dus wil jij naar deze show in Pandora (TivoliVredenburg)? Mail ons dan even vóór 16 juni via ricardo@thedailyindie.nl en laat ons weten waarom jij hier absoluut bij wilt zijn.
Op zondag 26 mei gaat de doos van Pandora open in TivoliVredenburg en kan je genieten van de prachtige indiefolk van Novo Amor. Nog niet helemaal bekend met de muzikant? Dan hebben we voor jou vijf redenen op een rijtje gezet om de laatste zondag van mei mooi af te sluiten.
Als eerste reden is er natuurlijk het betoverende debuutalbum Birthplace dat in 2018 verscheen. Ali Lacey, de naam waarmee Novo Amor dagelijks door het leven gaat, leerde veel van Ed Tullett met wie hij in 2017 het album Heiress uitbracht.
Eerder werkte Lacey als geluidskunstenaar en filmcomponist, het is geen toeval gezien de recensie van Clash Magazine over Birthplace: ‘This is the soundtrack to a film that has yet to be written. A beautiful soundscape of warmth and depth offset with a just pinch of sadness. It’s a record like a cosy sofa on a rainy day.’
Muziek om over na te denken Bij het nummer Birthplace hoort ook een prachtige video gemaakt door Sil Van Der Woerd en Jorik Dozy. Daarmee komen we ook meteen aan bij de tweede reden om 26 mei naar Novo Amor te gaan. Kunst is het uitgelezen platform om kritiek te leveren op maatschappelijke, sociale en politieke problemen en dat doet Lacey ook in Birthplace.
Voor fans van Bon Iver en Sufjan Stevens Ali Lacey heeft een voorliefde voor zingen met kopstem. Daarom doet de singer-songwriter uit Wales vaak denken aan grote namen als Bon Iver en Ry X, maar ook Sufjan Stevens is nooit echt ver weg. Het zijn namen die we maar wat graag omarmen en daarmee heb je ook meteen de derde reden waarom Novo Amor onmisbaar is.
Gia Margaret treedt op als support In het voorprogramma krijg je Gia Margaret, als dat geen goede reden is om naar Utrecht af te reizen. In 2018 verscheen haar debuutalbum: There’s Always Glimmer, dat ook op de radar van Pitchfork verscheen. Dat wil natuurlijk al wat zeggen, maar wij laten ons niet snel intimideren. Margaret heeft het in interviews geregeld over de angst om anderen te kwetsen met lyrics die geïnspireerd zijn op haar eigen leven. Wij vinden die angst niet nodig, want het album is een sereen geheel dat de Amerikaanse zelf omschrijft als sleep rock, beleef het vooral zelf!
Bekender in de States dan in zijn woonplaats Hoeveel artiesten afkomstig uit Wales kun jij opnoemen? Wij kwamen niet heel ver, maar met Novo Amor kunnen we alvast eentje op onze wereldkaart prikken. Voor Lacey was er een ander parcours dan het traditionele dat van lokale fanbase via een signing naar Londen vertrekt. De singer-songwriter is bekender aan de andere kant van de oceaan, in de Verenigde Staten, dan in Cardiff, waar hij op dit moment woont. Voor die link met de Verenigde Staten moeten we even terug naar de zomer van 2011, toen de muzikant een tijdje in de staat New York verbleef. De link met die plek blijkt uit de EP die een paar jaar later verscheen: Woodgate, NY.
Ten slotte nog een bonus-reden want als we de weergoden (lees: de app op onze smartphone) mogen geloven, wordt het geen zonovergoten en zomerse zondag, en dan is TivoliVredenburg helemaal een heerlijke plek om de avond door te brengen.
Tivolianen, Vredenburgers: opgelet! Op zaterdag 30 maart wordt de Utrechtse Cloud Nine omgetoverd tot paradijs van de artrock. De Amerikaanse band Xiu Xiu experimenteert erop los met onder meer teksten die absoluut niet over rozen gaan.
Wij mogen twee kaartjes weggeven voor Xiu Xiu in TivoliVredenburg. Maak je klaar voor een avond vol experimentele klanken, stuiterende elektronica en gitaren die een geluid produceren dat eerder aan kettingzagen doet denken.
De Amerikaanse band rond singer-songwriter Jamie Stewart – tevens ook de enige constante factor wat bandbezetting betreft – draait al heel wat jaren mee in de artrock-scene. Met een uitgebreid repertoire zal de band je ongetwijfeld een bijzondere avond bezorgen. Eerder deze maand verscheen Girl With A Basket Of Fruit, het inmiddels veertiende studioalbum van de band. In tegenstelling tot wat de titel doet vermoeden, krijgen we vooral angstaanjagende vocalen en muzikaal experiment.
Verwachtingspatronen We hadden je al gewaarschuwd: verwacht geen lieve, zachtaardige teksten van Xiu Xiu. De band laat alle verwachtingspatronen los en omarmt het experiment waarbij Stewart zijn stem laat horen over thema’s als depressie, dood en zelfhaat. Over muziek als manier om je eigen levenspijn te sublimeren gesproken.
In 2016 bracht Xiu Xiu nog een album uit met interpretaties van de soundtrack van de David Lynch-serie Twin Peaks. In TivoliVredenburg komt de band echter zijn nieuwste album voorstellen, een godsgeschenk voor de fans.
Of je je echt kan voorbereiden op deze show laten we in het midden, maar het schaadt vast niet om even het repertoire van de Amerikaanse artrockband in te duiken.
Kaarten winnen? Op 30 maart komt Xiu Xiu naar Utrecht en wij mogen twee kaartjes weggeven. Dus wil jij naar deze show in Cloud Nine? Mail ons dan even vóór 28 maart via ricardo@thedailyindie.nl en laat ons weten waarom jij hier absoluut bij wilt zijn.
Zo nu en dan is Club Nine in TivoliVredenburg (op de negende verdieping!) het toneel voor optredens in een intieme setting. Zo ook op 28 februari als de Amerikaanse singer-songwriter Odetta Hartmannaar Utrecht komt. In 2018 bracht ze haar tweede album uit: Old Rockhounds Never Die waarop ze de grenzen van de folk opzoekt.
Wij mogen, naast een paar kaartjes voor deze intieme avond in Club Nine ook het album Old Rockhounds Never Die weggeven. Op dat album brengt Odetta Hartman traditionele instrumenten samen met hedendaagse elektronische invloeden, met een vintage klinkende stem als gemene deler.
De muzikante groeide op in hartje New York met experimenteel theater en punkbands. Dat laatste hoor je dan misschien niet meer terug in haar eigen muziek, een experimenteel randje heeft Hartman zeker wel. De singer-songwriter heeft een vreemde fascinatie voor geluiden. Op haar album horen we meeuwen in IJsland en bouwvakkers in Mexico.
Het zijn soundscapes die ze opnam tijdens het touren en reizen. Hartman verzamelt geluiden als auditieve herinnering aan een moment of plaats? In een interview vertelde ze opnames te hebben van een silent disco in Utrecht. Ook de keuken bleek een uitermate geschikte plek om geluiden op te nemen voor haar plaat.
Hoge DIY-factor Hartman heeft de touwtjes graag in eigen handen, zoveel is duidelijk. Ze speelde zelf alles in voor haar recentste album en liet de productie in handen van haar partner: Jack Inslee. Toch is die hoge DIY-factor niet in die mate op het album te horen. Ondanks dat het album een eclectische mix van stijlen is, weet Hartman vooral vast te houden aan haar eigen geluid.
Om je voor te bereiden op dit bijzondere optreden, kun je alvast even in het repertoire van de Amerikaanse duiken.
Kaarten winnen? Op 28 februari komt Odetta Hartman naar Utrecht en wij hebben niet alleen twee kaartjes liggen, maar ook het nieuwste album Old Rockhounds Never Die. Wat een deal! Wil jij naar deze show in Club Nine? Mail ons dan even vóór 26 februari via ricardo@thedailyindie.nl en laat ons weten waarom jij hier absoluut bij wilt zijn.
Angelo De Augustine doet misschien nog geen belletje rinkelen, maar een naam als Sufjan Stevens zeker wel. Want hoewel Stevens zich had voorgenomen alleen nog maar eigen werk uit te brengen op zijn label Asthmatic Kitty Records, maakte hij een uitzondering voor de Californische singer-songwriter Angelo De Augustine.
De Amerikaan maakt folkliedjes met een hoog breekbaarheidsgehalte en doet af en toe denken aan Stevens himself, maar eveneens Nick Drake en Bon Iver zijn nooit echt ver weg. Op 23 februari staat De Augustine in TivoliVredenburg voor een middagconcert. Wij stellen hem aan je voor in drie nummers en enkele goede feiten.
De Augustine groeide als kind van twee professionele muzikanten niet op als een groots muziekliefhebber. Hij zag muziek als de factor die zijn ouders uit elkaar dreef. De Amerikaan hield er een onconventioneel opnameproces op na: in de badkuip. Zo werd zijn tweede plaat Swim Inside The Moon integraal in bad opgenomen. Als je goed luistert, hoor je dat terug. Of hij ook een badkuip meebrengt naar Utrecht betwijfelen we, maar het proces is uitermate interessant.
“I would engage the four track in my room, press record, and run into the bathroom to sit on the side of the tub and begin the song”, vertelde De Augustine in een interview met For The Rabbits.
Absurde videoclip De Augustine is meer dan een dertien-in-een-dozijn songwriter. Voor de geanimeerde video van Crazy, Stoned & Cold haalde De Augustine z’n tekentalent boven. Hij maakte de originele schetsen waarna Stevens de animatie voor zijn rekening nam. We krijgen een ietwat absurde videoclip, die je hoogstwaarschijnlijk niet meteen aan deze muziek zou linken.
Warm en zacht Het songwriting-proces omschrijft De Augustine als ‘wakker worden na een levendige droom’. Op het derde album Tomb dat half januari dit jaar verscheen horen we echter een veel persoonlijkere benadering met een gebroken hart als rode draad.
‘Future is the past and it’s still knocking at your door’, zingt hij op I Could Be Wrong. Hoe heftig dat ook mag klinken, De Augustine brengt het op een warme en zachte manier waardoor de pijn bijna als een geruststelling ervaren wordt. Zoals The Line Of Best Fit het mooi omschreef: ‘What we find here, on what is arguably the pinnacle of his output to date, is De Augustine achieving the beautiful balance between introspection and grandeur; straddling the place where pain and hope intersect.’
Let op: de show van De Augustine begint om 14:15 in Club Nine!
Van 24 tot 27 januari viert TivoliVredenburg zijn vijfde verjaardag. Een groot onderdeel van dat feestweekend is Footprints, een festival dat dit weekend wordt geïntroduceerd met de ambitie jaarlijks terug te keren. De bezoekers van Footprints werden lekker gemaakt met de belofte van een mix van moderne en traditionele geluiden uit alle windstreken. En dan die line-up! Niet gek dat de eerste editie van het festival al met het label ‘uitverkocht’ mag pronken. Het is dus knetterdruk op Footprints en daarom besluiten wij maar met de massa mee te bewegen en van alles wat mee te snacken.
Tekst Joëlle Koorneef Foto’s Mirel Masic
De eerste act is geen snack, maar een volledige maaltijd. Bij Altın Gün loop je niet zo makkelijk na een paar nummers weg want de band pakt je gewoon al vanaf de eerste seconde helemaal in. Wat is het comfortabel. Lekker blijven, dus. De kans dat je al eens eerder een show van de band hebt bijgewoond is groot, maar na de zoveelste keer ben ook ik nog helemaal weg van Altın Gün. De psychedelische wending die de band weet te geven aan Turkse songs uit de jaren zestig en zeventig blijft lekker. De nummers Vay Dünya en Tatlı Diller Güler Yüze zijn heerlijke crowd pleasers. Zangeres Merve Dasdemir neemt dit keer niet alleen het publiek mee in haar dans – vingerknippend houdt de Ronda de handjes hoog – maar zelfs gitarist Ben Rider laat zijn beste pasjes zien. Zichtbaar plezier op het podium.
Overal gaat het los Na Altın Gün splitsen de wegen van de festivalbezoekers. Er is nu veel keuze: van Pandora tot Cloud Nine en Hertz, er staan overal vette acts. Elke bezoeker maakt dus een andere Footprints mee, afhankelijk van hun eigen blokkenschema-afwegingen. En precies dat is enorm fijn aan deze avond in TivoliVredenburg. Je hoeft geen sets uit te zitten van acts die je niet aanspreken, je kunt overal binnenlopen en je laten verrassen door iets heel tofs. Ook dat is één ding waar we ons vanavond geen zorgen over hoeven te maken: hier zitten geen artiesten tussen die kalmpjes aan door hun toegewezen uurtje heen kabbelen. Elke act krijgt het publiek los, of dat nu om een nuchtere vier uur is of in de late avonduurtjes met wat bakkies achter de kiezen.
Wij kiezen ervoor om snel wat te gaan kanen. Een goede keuze, want een uurtje later moet je in de rij staan voor een bakje noedels alsof het de Space Mountain in Disneyland is. Iets meer eettentjes voor de volgende editie zou wel aangenaam zijn. Gelukkig is er geen tijd om hierover in te zitten. Snel nog wat van Baloji meepakken. De Belgische zanger met Congolese roots is er wel eentje die je op je Footprints-checklist moet hebben. Van al zijn Franstalige liedjes doet vooral L’Hiver Indien ons tijdelijk vergeten dat het een week geleden nog heftig sneeuwde en verplaatst ons allemaal naar de aankomende zomer. Baloji springt en schopt rond, zijn hoofd bekroond met een hoog hoofddeksel. Toch is het niet de beweeglijke Baloji die de show steelt, maar de onbeweeglijke oude baas die zittend in zijn stoel gitaar speelt. Papa Dizzy staat met enige hulp op en een geweldig applaus volgt als hij op de ene voet en zijn andere voet langzaam optilt. Hij speelt met zijn gitaar in zijn nek terwijl hij zijn heupen wiegt op het geheugen van hun soepelere tijd.
Funsized funkmaker Na Baloji is het haasten naar Cloud Nine. Als ik gedesoriënteerd en duizelig van de trappen aankom vind ik daar een wervelstorm in de verpakking van Mim Suleiman. Een funsized funkmaker. Struikelend over haar lange gewaad paradeert Mim het podium op en af, haar handen predikend in de lucht in een permanente peace sign. Mim Suleiman gaf eerst jarenlang les in metallurgie aan de Universiteit van Birmingham en vond opeens haar muzikale roeping. En gelukkig maar. Het is een komisch beeld om het discovrouwtje voor ons in een klaslokaal te zien, omdat ze zo duidelijk gemaakt is voor het podium. Hemelse afrobeat-disco en wat een gave vrouw. Ze spoort het publiek aan mee te zingen in Swahili: ‘Even though you don’t understand a fucking word of what I’m saying!’ Maar disco is universeel en die taal spreken we vanavond allemaal.
Upgefunkte liftmuziek Khruangbin. Je struikelt over de uitspraak maar toch raad je iedereen aan de Texaanse band te checken. Je komt er wellicht iets te laat mee, want iedereen heeft het al een jaar non-stop over het drietal. Hoe upgefunkte liftmuziek zo populair is geworden is mij nog steeds een raadsel, maar ook ik ben ondertussen fan. En dus zitten er al ruim een halfuur van tevoren groepjes fans op de plakkerige biervloer van de Ronda. Zij misten Ezra Collective en Mim Suleiman maar kunnen nu wel de bandleden in hun neusgaten kijken. Bassiste Laura Lee en gitarist Mark Speer zijn elkaars spiegelbeeld, ze bewegen op dezelfde momenten, gooien op hetzelfde moment hun drankje naar binnen. Hun pony-pruiken zijn nu onafscheidelijk vastgeplakt aan de hele act zelf. Een gimmick misschien, maar ook hele slimme marketing. Khruangbin is een band met een look. Het had ook gewoon niet gewerkt als deze muziek vertolkt was door drie smoezelige tieners in Vans.
Net zoals bij Merve van Altın Gün voel je de zaal zwijmelend verlangen naar Laura Lee, die lieflijk glimlacht terwijl de ventilator haar jurk en haar doet wapperen. Bij Mark werkt de pruik eerder lachwekkend: ‘Ik hoop dat het een pruik is’, maar hij heeft dat hemelse Texaanse accent om ons in te pakken. Drummer Donald Johnson is stiekem the powerhouse van Khruangbin en als er een lachje door zijn serieuze blik schemert is dat extra bijzonder. De band lijkt in hun succes te baden, genietend van het enthousiaste ontvangst. Ze spelen veel van hun laatste album Con Todo El Mundo, waarvan Evan Finds The Third Room een hoogtepuntje is. Een groene telefoon wordt het podium op gebracht en halverwege het nummer neemt Laura Lee op. ‘If you’d like to say hello, press 1.’ Voor de rest heeft Khruangbin weinig woorden nodig. Het wildst krijgen ze het publiek met hun cover medley van bekende riffjes. Zo’n mellow band van half acht tot half negen op de avond zetten is een bijzondere keuze, maar toch werkt het bij Footprints.
Genoeg mankracht bij Jungle By Night De Ronda wordt deze avond afgesloten door Jungle By Night. Met negen muzikanten op het podium is er in ieder geval genoeg mankracht om het podium te slopen en in de zaal gaat het er ook wel lekker aan toe. Het is even balen als het publiek door een gevoelige trompetsolo heen tettert, maar al snel heeft de band door dat de dansplaatjes het beter doen vanavond. Elke keer weer springen de blazers van het platform en gaat het los. Het hoofdprogramma van Footprints komt wel een beetje tot zijn einde met Jungle By Night, al kunnen de echte diehards nog tot drie uur door bij diverse DJ-acts zoals Ramses3000 en Ajabu.
8 februari 2020 De eerste editie van Footprints was een heerlijke belofte voor het komende, warmere festivalseizoen. Nu al zin in volgend jaar. 8 februari 2020 staat in mijn agenda.
Death Cab For Cutie Dinsdag 5 februari
Het leven verandert en tegelijkertijd blijf je hetzelfde. Dat geldt ook voor de Amerikanen van Death Cab For Cutie, de band die in 1998 zijn eerste album Something About Airplanes uitbracht en in 2018 zijn negende: Thank You For Today. Vol liedjes over wendingen, een plaat die we onder de loep nemen.
Ga je naar de show? Dan zien we je daar! The Daily Indie DJ Team is persoonlijk van de partij om de avond te omlijsten met nieuwe muziek.
De band rond frontman Ben Gibbard loopt al even mee en komt op 5 februari naar TivoliVredenburg voor een prachtige bloemlezing van de lange carrière, met de plaat Thank You For Today als rode draad. Wij duiken dieper in het nieuwe album, dat een omslagpunt voor de band is. Zoals Gibbard tegen DIY Mag vertelt: “For me specifically, this is a real pivotal album for us; I think, in some ways, it’s really determining the future of the band.”
Nieuwe invloeden Ten eerste omdat de gitarist Chris Walla er na de laatste plaat Kintsugi (2015) ermee op besloot te houden. Een vaste waarde in de groep sinds 1997 die wegvalt: hoe vang je zoiets op? Aan de andere kant vertelt Gibbard in meerdere interviews over de moeilijk relatie was die hij met de gitarist had. In een interview met The Independent vertelt hij er het volgende over: “I guarantee you that a lot of these songs would not have ended up the way they did if Chris was still in the band. They might not have been recorded at all. Not having him as a part of the process was very freeing.”
Het is tijd voor nieuwe invloeden in de band. Vervanging werd gevonden in Dave Depper, die in 2017 een goed ontvangen solo-album uitbracht. En ook Zac Rae wordt erbij gehaald, een bijzonder ervaren muzikant die achter de schermen werkte met een rits aan artiesten Lana Del Rey, Childish Gambino, Leonard Cohen, (Sandy) Alex G en Damien Rice.
Nieuwe lucht in de band Zoals dat vaker gebeurt als er nieuwe en enthousiaste mensen in je leven komen, heeft de toevoeging van dit duo duidelijk lucht in de geest van de band geblazen. Gibbard vertelt erover aan iedereen die het wilt horen, maar je voelt het ook op het nieuwe album: de band heeft het simpelweg naar zijn zin gehad om aan nieuw materiaal te werken. In een interview met DIY Mag vertelt de frontman: “The atmosphere was really creative and we were having a good time, but also being brutally honest. Having some new people in the band means that there’s no history of grudges.”
Het nieuwe werk is fris, het waait en blaast. De band heeft nog steeds een patent op die vederlichte muziek die lijkt op te lossen in de lucht, maar waarvan het fijnstof zich des te dieper in je lichaam nestelt. Zoals The Guardian het laatste album mooi omschrijft: ‘The melodies are gorgeous, never overdone but always foregrounded: you would get almost nothing from the individual elements, from the bass, the guitar, the keyboards and the voice, but they add up to much more than the sum of their parts.’
Politieke plaat(?) Hoewel Gibbard met Million Dollar Loan de allereerste song schreef voor de muzikale anti-Trump-campagne 30 Songs, 30 Days en hij zich geprikkeld voelde om een politiek album te maken, is hij blij dat hij er toch vanaf heeft gezien. In The Independent: “A lot of the records that are coming out now were written in late 2016 or early 2017, and I’m finding that a lot of them are poorly written political albums: everybody feels the need to chime in, lest they be accused of not caring enough, or of not having an opinion.”
Nieuwe perspectieven Ook al schrijft Death Cab For Cutie dus niet onwijs politiek, de band is nog steeds relevant, met name omdat het nooit te veel naar achteren heeft gekeken en elk album en avontuur met een lege pagina begint. Gibbard legt zijn ziel bloot in zijn liedjes en samen met zijn oeuvre onderga je al zijn veranderingen, verlies, scheidingen en nieuwe perspectieven op het leven. ‘To call it ‘soul-searching’ is maybe a little dramatic, but I think I’ve been trying to tap into what it is about this band that really works”, vertelt hij tegen Flood Magazine over het laatste werk, maar dat kan voor alle albums gelden.
Julien Baker schreef voor The Talkhouse een recensie over de laatste plaat van zijn band: ‘Thank You For Today is also as much a lyrical depiction of one’s position in time as a sonic exhibition of the band’s stylistic maturation. The record achieves a mastery of the simple, opts for frankness rather than obscurity‘, schrijft Baker. ‘It is a requiem for something lost, but it is also a benediction, sending us cautiously but graciously forth as we are ushered every moment into a new present where we must negotiate our place in the gap between what was and what is.’
‘Thank you for today’ Zo is de band in 2019 ‘mooi oud geworden’, maar absoluut niet verouderd. Met het vroegere werk dat de tand des tijds heeft doorstaan en een muzikale ervaring en broederschap om ‘u’ tegen te zeggen, is Death Cab For Cutie een dankbare band die zich niet gek laat maken door de wereld. Een ander voorbeeld daarvan is het gigantische succes van The Postal Service, de band van Gibbard en Jimmy Tamborello die alleen het album Give Up (2003) uitbrachten, er honderdduizenden van verkochten en zich nooit hebben laten verleiden om een tweede te maken. Dat was nooit de bedoeling.
De albumtitel van de laatste Death Cab For Cutie benadrukt het huidige gevoel en de stemming van de band, zo schudde de opnemende ploeg elkaar dagelijks de hand en bedankten ze elkaar voor weer een mooie dag werk in de studio: ‘Thank you for today‘.
Over nederigheid en jezelf blijven, vertelde Gibbard later tegen UPROXX: “I still feel that way and I think that’s a large part of why people have stuck with us, whether we’ve made good albums or great albums or bad albums. I pride myself and I think we all pride ourselves in being true to who we are as human beings throughout the process. We’ve made mistakes along the way — personally, musically, and otherwise — but at the end of the day, it’s really important to me that I’m as much the same person on stage as I am off the stage.”
Op 5 februari kun je het resultaat met eigen ogen aanschouwen in TivoliVredenburg.
Bassekou Kouyaté & Ngoni Ba Woensdag 6 februari In samenwerking met EKKO
Vorig jaar is EKKO gestart met Cosmosis, een nieuwe concertreeks waar onder meer BaBa Zula, Guy One en Togo All Stars op het podium stonden. Deze serie concerten voor niet-westerse muziek wordt dit jaar doorgetrokken met Bassekou Kouyaté & Ngoni Ba, die deze editie in TivoliVredenburg spelen.
En wij hebben dus een aantal blinkende kaartjes liggen voor deze schitterende avond op 6 februari. Een avond die je volgens Cosmosis (en ons ook) niet zozeer moet zien als eentje vol ‘wereldmuziek’, maar met urgente toekomstmuziek uit verre landen. Wat eveneens een prachtige omschrijving is van de muziek van Bassekou Kouyaté, de absolute keizer van de ngoni, het houten en met dierenhuid overtrokken instrument dat wordt gezien als de ‘grootvader’ van de banjo.
Kouyaté staat ondertussen bijna gelijk aan de ngoni, de muzikant die het instrument op de kaart heeft gezet en onder meer ‘de meest opwindende Malinese muzikant van het afgelopen decennium’ werd genoemd door de Volkskrant. De ngoni-speler is meerdere keren bekroond tot Afrikaans muzikant van het jaar, speelde met bekende muzikanten over de hele wereld en stond onder meer op Lowlands, Roskilde en Glastonbury.
Hij heeft het spelen op de ngoni van niemand minder dan zijn vader geleerd en trekt er inmiddels de hele wereld mee over met zijn eigen band, zo was hij onder meer te zien op Le Guess Who? en nam hij met zijn band deze onderstaande sessie op bij KEXP in Seattle.
De Jimi Hendrix van de afro-rock Volgens NRC is Kouyaté met zijn band ‘de beste afro-rock die er op dit moment te horen is’ en OOR wist te melden dat ‘Kouyaté de Jimi Hendrix van de afro-rock-is-met-luit’. Steek die maar in je zak! Een liveshow van de band is er dan ook eentje die je bij zal blijven, want het is onvoorstelbaar wat voor geluiden Kouyaté en zijn band Ngoni Ba allemaal uit dat kleine instrument weten te halen. Een band die overigens bestaat uit familieden en zijn vrouw Amy Sacko die de bezwerende zanglijnen voor haar rekening neemt.
Mocht je nog iets meer willen horen van Bassekou Kouyaté & Ngoni Ba, luister op Spotify nog eens naar zijn album Ba Power en Jama Ko om in de stemming te komen.
Meer over Cosmosis Wij worden er erg blij van om te zien dat veel Nederlandse festivals steeds meer niet-westerse bands boeken en dat het duidelijk te merken is dat het aanslaat bij het publiek. Toch is er verder nog niet veel ‘podiumtijd’ voor acts in de poppodia die niet specifiek zijn opgericht voor ‘wereldmuziek’. Daarom dacht programmeur Jacob Hagelaars (onder meer Le Guess Who?) het Cosmosis-concept, om die artiesten vaker naar Nederland te halen en een plek te geven in andere zalen dan waar je ze traditioneel zou verwachten.
In een interview met 3voor12/Utrecht vertelt Hagelaars onder meer: “Het is uiteindelijk mijn droom dat Cosmosis een soort keurmerk wordt binnen Utrecht voor niet-westerse muziek. Juist nu RASA (podium voor wereldmuziek, red.) weg is, moet er in Utrecht op een nieuwe, creatieve manier met deze muziek om worden gesprongen. Dat kan ervoor zorgen dat het een ander, nieuw publiek bereikt.”
Kaarten winnen? Met zijn band Ngoni Ba komt hij naar Utrecht toe op 6 februari en wij hebben kaarten liggen voor deze virtuoos. Als je naar zijn show in Cloud Nine wilt gaan, moet je ons vóór 5 februari mailen via ricardo@thedailyindie.nl en laten weten waarom je het leuk lijkt om te gaan!
We zweven ondertussen een centimeter of vijf boven de grond door de Utrechtse straten. Onder meer door het speciale IPA-biertje van Le Guess Who? en alle muzikale indrukken die we tot ons hebben genomen. Dag drie, de dag waarop je wereld uit niets anders meer lijkt te bestaan dan ‘Le Guess Who?’. De dag waarop we ons opnieuw een dag lang overgeven aan nieuwe ervaringen.
Na een berg ervaringen op de donderdag en de vrijdag, staan er op de zaterdag een aantal grote klappers op het programma. Het is al vroeg op de avond druk in de vrolijk gekleurde entree van TivoliVredenburg, het pand waar vandaag onder meer curator Devendra Banhart en Shabaka Hutchings zullen spelen. Maar voordat het zover is, zijn er genoeg muzikale uitstapjes te maken.
Tekst Ricardo Jupijn & Matthijs van Rumpt
Foto: Juri Hiensch
De folkvernieuwer
In TivoliVredenburg begint de avond met de Californische songwriter Cass McCombs. Samen met een bijzonder getalenteerde drummer, bassist en toetsenist (die trouwens de hele tijd geweldig zit te soleren), zingt hij op zijn gemak zijn sterke, verhalende en onpretentieuze teksten. Vanavond laat hij zien hoe groot zijn oeuvre inmiddels al is. Hij speelt nummers van zijn nieuwe album dat in februari verschijnt, maar vooral ook veel liedjes van oude albums, zoals Morning Star uit 2013 en What Isn’t Nature uit 2004. En precies in dat laatste nummer, waarin hardere uithalen zitten dan je normaal van hem zou verwachten, zie je dat McCombs in zo’n vijftien jaar tijd er alleen maar beter is geworden.
En nog steeds lijkt hij op zoek naar iets nieuws, want halverwege de set ruilt de drummer zijn drumstel voor elektrische pads en de bassist zijn bas voor iets dat lijkt op een grote gong. Met zware galmen op de vocals klinkt een nummer dat volledig los staat van de rest van de set. Het is niet zijn meest indrukwekkende nummer dat hij hier speelt, maar het laat wel zien dat McCombs geen artiest is die na een paar albums altijd hetzelfde zal blijven doen. Eigenlijk het enige minpunt is dat in de loop van het concert de zaal een klein beetje leeg is geraakt, McCombs speelt langer dan een uur en de meeste Le Guess Who?-bezoekers hebben meer om te zien. Maar dat kun je absoluut niet op de kwaliteit van de set betrekken.
Foto: Ben Houdijk
Mond vol tanden
Altijd lekker, van die onverklaarbare shows waarbij je met je mond vol tanden staat als je iemand op de gang tegenkomt die vraagt hoe het was. Omdat ‘je had erbij moeten zijn’ toch een beetje flauw is, doen we een poging. We zitten op de eerste rij bij Midori Takada, de Japanse geluidskunstenares die sinds een aantal jaar aan het succes proeft van haar albums uit de jaren tachtig die destijds over het hoofd werden gezien. Als ze in de Hertz het podium betreedt, is het muisstil. We horen de kleding schuren en knisperen als ze begint aan haar performance waar we een uur lang met opengevallen mond naar kijken. Het is een schouwspel zoals wij dat nog nooit gezien hebben. Het instrumentarium, de klanken, de verhalen: tijd en ruimte vervliegen. Het is een intieme show die de volledige concentratie vereist, zeker tussen de continu vallende plastic bekers (jongens, houd die dingen potverdomme toch eens een keertje vast, kom op).
Takada vertelt over oude werelden, leven zonder zintuigen en ze zorgt ervoor dat we ons bewustzijn langzaam verliezen. De wereld bestaat alleen nog uit het vacuüm van de xylofoon, de vele bekkens en percussie waar ze tintelingen en ringelingen verspreidt door de zaal. We zijn in een soort Aquarius, een onderwaterwereld waar we graag nog eens naartoe wilden, maar nog nooit zijn geweest.
Foto: Tim van Veen
Muziek uit een ander universum
Verderop, in Kytopia, speelt Orchestra of Spheres, een vierkoppige band die volledig uitgedost in kleding van een andere wereld. Ze dragen allemaal hoofddeksels met tierelantijntjes, hangend voor hun gezicht. Het is makkelijk om je te focussen op de aankleding en de houterige bewegingen, maar dat allemaal is niet bedoeld om je af te leiden van de muziek. De ritmes in instrumenten en stemmen laten geen luie band zien die het puur om het image gaat.
Door al het aluminiumfolie en de grote kettingen heen is het toch nog de muziek die centraal staat. En daarin zie je waarom iedereen de Nieuw-Zeelanders zo vaak met een jonge Talking Heads vergelijkt. Toch neigt deze pop duidelijk meer naar afro-funk, en worden de teksten vaker uitgejoeld alsof ze een manifest aan het voorlezen zijn. Het is bijzonder wanneer de show en de muziek niet ten koste gaan van elkaar. Je ziet het, zélfs op Le Guess Who?, niet zo vaak, maar Orchestra of Spheres laat zien dat het kan.
Foto: Juri Hiensch
Knipogende Devendra
Devendra Banhart zorgt ervoor dat elk gaatje van de Grote Zaal van TivoliVredenburg is gevuld met warme lichamen. De speciale gast van het festival krijgt een speciaal plekje in het programma (net als op onze website, check hier een longread over hem). Iedereen is erbij, als een soort bonte avond terwijl er nog zoveel moet komen. Hij komt al dansend en glimlachend op, dit uurtje zal iedereen van hem zijn. Banhart is zwoel, sensueel, romantisch, gek en grappig. Hij speelt met het publiek, met zijn liedjes en loopt langs zijn bandleden om ze een zwierig tempo aan te geven en naar ze te knipogen. Al staan we op een afstand naar de show van Banhart te kijken, toch lijkt het alsof de muzikant vanavond speelt speciaal voor ons speelt.
Hij glijdt over het hout van het podium en met zijn gitaarspel hoor je zelfs waar acts als Connan Mockasin en The Growlers naar hebben geluisterd toen ze nog wat jonger waren. Wat is het toch een wonderbaarlijk mooi figuur, zo creatief en hartelijk, innemend en muzikaal. Het voelt als een eer om aanwezig te zijn bij deze liedjeskunstenaar die een bloemlezing geeft van zijn eigen oeuvre tijdens het festival.
Foto: Jelmer de Haas
Elektronische ondefinieerbare apparaten
Voor de kleine zaal van theater De Kikker staat een lange rij. Achteraan zijn mensen al een beetje nerveus of ze überhaupt de zaal halen als de deuren opengaan. Binnen zit Islaja op de grond, met voor haar een aantal elektronische ondefinieerbare apparaten. De Finse artiest zoekt geen contact met de mensen die voor haar ook op de grond zijn gaan zitten en speelt lange minimalistische instrumentale delen. Met zware autotune en looppedalen voegt ze langzaam steeds een laag toe.
Het lijkt erop dat het publiek er steeds pas echt in komt wanneer er een beat wordt toegevoegd. De muziek is gemaakt om rustig op te deinen en het werkt daarom ook niet helemaal mee dat de zaal na iets van een kwartier bijna voor de helft leegloopt. De muziek van Merja Kokkonen is goed doordacht en haar wilde bewegingen zouden genoeg moeten zijn voor een sterke en intieme show, maar in deze zaal komt het helaas niet over.
Foto: Jelmer de Haas
Kosmische trance
Dan op papier richting de klapper van de avond: Sons Of Kemet, en wel de XL-versie met (houd je vast) vier drummers! Een collectief dat onder leiding staat van Le Guess Who?-curator Shabaka Hutchings (lees hier onze longread over hem). Met zijn achtarmige en -benige monster achter hem, wordt er een orkaan van Caribische beats losgelaten in de Ronda. Het begint allemaal subtiel, met Hutchings die met zijn klarinet langzaam de deuren van deze fata morgana opent. Tegen een achtergrond van rood licht, komt het binnenste van de aarde langzaam omhoog. De drummers zetten zich schrap, tikken zachtjes langs en met elkaar het ritme weg, tot van de rechterkant de ‘bling’ van de avond op komt lopen: tuba-speler Theon Cross en zijn giga-instrument. Als een discobal verspreidt hij met al zijn koper het licht door de zaal en over de balkons van de Ronda, terwijl hij een killer-baslijn speelt die zo nonchalant funky is gespeeld dat je er kippenvel van krijgt.
Na wat gehannes met een microfoon is ook Hutchings er al snel bij om het tempo op te voeren met zijn saxofoon. Alsof de kolen op het vuur worden gegooid van deze stoomtrein die langs mistige bergtoppen rijdt en de rails naar beneden buigen en we dieper en dieper een oerwoud inrijden. De Ronda is een coupé geworden met Hutchings als machinist. Het is vochtig, je ziet schimmen tussen de bomen, takken vol bladeren tikken tegen het dak van de trein terwijl er aan alle kanten melodieën en een onophoudelijk gekletter van vellen en bekkens op je afkomt. Het is een geluidsexplosie vol laag gebrom dat de maag laat trillen en in kronkelige bewegingen resoneert in je borstkas. Het zijn geluiden die je nog nooit in het echt gehoord hebt en de zeskoppige band lijkt de klanken van de kosmos in een trance door zich heen te voeren. Gedurende de show wordt het geluid steeds iets beter en glinsteren er links en rechts wat midden- en hoogklanken van Hutchings zijn instrument in al het lage tonen-geweld. Er wordt opnieuw een wereld gecreëerd waar wij nog nooit geweest zijn. Schitterend.
Foto: Ben Houdijk
‘The king of keyboard’ Hij is de toetsenist achter Omar Souleyman, hij heeft honderden soundtracks gecomponeerd voor Syrische films en televisie, en hij is ‘the king of keyboard’. Maar meer dan twee keyboards heeft Rizan Said niet nodig om Cloud Nine in TivoliVredenburg van begin tot eind extatisch aan het dansen te krijgen. Het onderste keyboard gebruikt hij voor zijn beats en percussie, het bovenste voor zijn kenmerkende riedelende melodielijnen. Je ziet bij Said meteen dat hij een muzikaal vakman is. Zijn muziek mag het dan voor het publiek onmogelijk maken om stil te blijven staan, zelf houdt hij het vooral bij kalmpjes voor zich uit staren, terwijl hij razendsnel over zijn toetsen glijdt.
Te gast is ook een Nederlands-Syrische man die de muziek ondersteunt met passende zang. Ze staan er allebei heel ontspannen bij, gewoon in spijkerbroek met een microfoon en twee keyboards. Een mooi contrast met de mensen in het publiek, die met een grote glimlach staan te klappen en te zwaaien.
Foto: Erik Luyten
Vier de vrijheid
Vandaag gaan we er nog één keer tegenaan in Utrecht, met een programma dat al lekker vroeg begint. Op de elfde van de elfde: de dag waarop er honderd jaar geleden een eind kwam aan de Eerste Wereldoorlog, vieren we de vrijheid en het leven.
Wat er op de zaterdag van Le Guess Who? zoal nog meer te zien was:
Cüneyt Sepetçi| Foto: Tim van Veen
Kikagaku Moyo | credit Erik Luyten
The Mauskovic Dance Band | credit Ben Houdijk
Anoushka Shankar | credit Tim van Veen
GAIKA | credit Jelmer de Haas
Ryley Walker & Kikagaku Moyo | credit Juri Hiensch
Gisteren beleefden we een prachtige openingsdag op Le Guess Who? tussen bijzondere acts en het geroezemoes van onze buren. Vandaag gaat ons team weer mee in de grote stroom muziekliefhebbers die Utrecht dit weekend over heeft genomen. Een wonderbaarlijke groep mensen die je er op straat zo tussenuit pikt, nog niet eens aan hun programmaboekjes of OV-fietsjes, maar aan die brandende harten vol muzikaal verlangen en die fascinerend hongerige blik in hun ogen waar ‘nieuwsgierigheid’ in lijkt te glinsteren.
Tekst Ricardo Jupijn & Matthijs van Rumpt
Enige vorm van koudwatervrees is vandaag ver te zoeken, want Le Guess Who? is los en aan alle kanten bruist het van nieuwe muziek, voorstellingen, films en je-kunt-het-zo-gek-niet-verzinnen. We duiken onder water, bubbels verschijnen overal terwijl we adem proberen te halen tussen al het muzikale geweld.
De eerste programma-onderdelen beginnen al in de ochtend, wij zijn ietsje later aanwezig om onze dag met pianist Takuro Kikuchi te openen. We zijn bijtijds, dus na een snel patatje in een TL-snackbar en een kop koffie in een café zonder bar (heel verwarrend, maar het werkt wel), is de Janskerk het eerst aan de beurt om zeven uur. De FOMO is hoog voor Kikuchi, aangezien er bijna een uur van tevoren al een bescheiden rij voor de kerk staat. Gelukkig passen de meesten in alle hoeken van de bijzonder sober ingerichte kerk, waar we wachten op de 35-jarige Japanner.
Ondertussen is het donker en heeft iemand een playlist gevonden met precies één ambient-nummer van drie minuten dat op een half uur repeat staat, zodat we met een goede afterdinner-dip al lekker gaperig zijn. Stipt om 19:00 uur komt de pianist binnen en neemt hij rustig plaats achter de piano na een diepe buiging, waar hij nog eens een diepe teug zuurstof binnen hengelt alvorens hij begint. Wat volgt zijn klanken die het ongetwijfeld fantastisch doen in allerhande ‘muziek om bij te studeren-playlists’ op Spotify, maar weinig interessant zijn om met volle concentratie naar te luisteren. Geen spannende akkoorden, weinig dynamiek, overgangen die met horten en stoten erdoorheen worden geduwd en te veel melodieën die wel erg op de Moonlight Sonata van Beethoven lijken. Af en toe klapt het lekker open en denk je: ‘ja, nu komt ‘ie, hoor’! Alleen die zijn eenvoudig op één hand te tellen. Uiteraard is het contemplatieve muziek, maar het komt niet tot leven, het is fantasieloos, er gaan geen nieuwe werelden open. Nadat iemand daadwerkelijk in slaap is gevallen naast mij, gaan we nog maar eens bak koffie doen voor we richting TivoliVredenburg trekken.
Foto: Jan Rijk
“Ik houd van al mijn ex-vriendjes, echt waar”
Boven in de Pandora hoor je Josiah Wise, aka serpentwithfeet en meteen weet je dat je vanavond geen beter gecontroleerde stem gaat horen dan deze. Bij ongeveer iedere zin laat Wise je subtiel zien wat hij in huis heeft en toch gaat het duidelijk niet om het tentoonstellen van zijn indrukwekkende vibratotechniek. Hij wil duidelijk meer dan de nummers spelen zoals ze op het album staan en maakt van zijn set een groot verhaal, waarbij hij vaak tussen de regels door snel aantekeningen maakt over wat hij daar precies bedoelt.
Met vaak enkel een elektrische piano spreekt hij over gemis. “Ik houd van al mijn ex-vriendjes, echt waar”, rouw: “Draag geen zwart, maar wees creatief. Draag iets als rood”, zegt hij terwijl we hem volledig in het rood op het podium zien staan, liefde: :“Het gaat niet alleen om Tinder, zoek het in je ‘backyard’, je neefje die altijd wel wat te zeggen heeft, ook dat telt”. Tuurlijk, het klinkt misschien wat afgezaagd als je het zo uitgeschreven op een website ziet staan. Maar in de Pandora landt elk woord heel goed en zie je bij het laatste nummer bless yur heart overal in het publiek mensen elkaar omhelzen. Een kalme én krachtige set midden op de avond.
Japanse cultheld
Japan is goed vertegenwoordigd dit weekend, zo staat Shintaro Sakamoto met zijn trio. In Japan is hij een ware cultheld door zijn oude band Yuro Yuro Teikoku en in de Ronda komt hij laten zien waarom hij vanavond zo geliefd is in zijn thuisland. Het is een beetje jazzy, beetje groovy, we verstaan er geen snars van, maar het komt wel over. Deze band speelt ook gevoelig en zacht, maar met een berg gevoel die toch uit de speakers knalt. De bassiste lijkt haar snaren niet eens aan te raken, maar er komt de ene na de andere exotische disco-lijn uitgerold. De drummer swingt doordat hij zich inhoudt en de muziek accentueert wanneer er ruimte is. Heerlijk op elkaar ingespeelde muzikanten die niets nodig hebben dan wat eenvoudige gear en een muzikaal gevoel dat diepere lagen aanraakt.
Foto: Jelmer de Haas
Prediker van filosofieën
Verderop, in de heerlijke walmen van Aziatisch restaurant LE:EN, speelt Escape-ism. Voor wie niet bekend is met Ian Svenonius: hij is een (knettergekke) filmmaker slash muzikant slash eh ja, prediker van zijn filosofieën. Daarom ook dat Svenonius zijn set begint door zich met zijn microfoon door het publiek te wurmen en te roepen dat wij, het publiek, een revolutie willen. “Jullie zijn een collectief. Je kan denken: niet ik, ik ben een kunstenaar, een individu, maar jullie zijn allemaal het publiek”, begint hij. Hij stelt drie eisen voor die we kunnen gebruiken in onze publieksrevolutie, en die we moeten beamen door ‘yeah’ te roepen: 1. We willen toegang tot de backstage-ruimtes (yeah), 2. De bands moeten óns betalen (yeah), 3. Wij willen ook een naam voor ons collectief dat sexy en gevaarlijk klinkt, zoals ‘escape-ism’ (yeah).
Daarna knikt hij naar zijn bandgenoot, die regelrecht uit Blade Runner lijkt te zijn gelopen, en start de beat. Met zijn microfoon in zijn hand probeert hij zijn kenmerkende gitaarrifjes te spelen, maar het komt er vaak niet zo van. Jammer, want die simpele melodietjes op de plaat zijn heel catchy, maar het gaat hier duidelijk om de show en die show: die wordt gemaakt. Het publiek geniet en is geweldig gemengd. Voorin staan de rock-’n-roll-liefhebbers die niet vies zijn van een beetje avant-garde vlak naast de avant-garde-liefhebbers die niet vies zijn van een beetje rock-’n-roll. Mooie man, mooie locatie, mooie show.
Foto: Tim van Veen
Wilde politieachtervolging
Je kijkt je ogen uit tijdens Le Guess Who?, van het tijdschema waar je maar in blijft bladeren de hele dag, het psychedelische artwork waarvan je in een soort trip raakt als je er te lang naar kijkt en dan is er nog die overdadige hoeveelheid aan events het hele weekend. Je moet keuzes maken, het is niet anders en daarom zijn we in EKKO beland voor King Champion Sounds. De band die vandaag zijn nieuwe album For A Lark uit heeft gebracht en waarvan we afgelopen maandag nog een kekke single in première lieten gaan. De band komt met een soort XL-versie van de setup vanavond, wat betekent dat er blazers, blazers, blazers zijn, een bassist, een gitarist, een drummer, een zanger en een toetseniste. Acht man in totaal die eigenlijk nauwelijks op het podium passen, zo staat de bassist het gehele optreden zowat in het drumstel geparkeerd en met zijn rug richting de zaal.
Het resulteert in een muzikaal geweld dat het best te vergelijken is met een wilde politie-achtervolging in een gemiddelde Hollywood-film. Met blazers die van links en rechts komen, een overstuurde disco-bas die lijkt over te koken en die typische kwa-kwa-kwa-gitaargeluiden terwijl een politiesirenes klinkende synthesizer om de hoek komt gedrift. Het is absoluut tof, maar het is misschien iets teveel van het goede voor deze setting. De tweede zang, die zo mooi tot zijn recht komt op het album, is nauwelijks te horen, je moet verdomd goed je best doen om de gitaarpartijen van bandleider Ajay er nog ergens tussenuit te filteren, de bas- en drumsectie staat continu op standje ‘vol gas’ en de blazers blazen eigenlijk het hele volgepropte geluid op. Een show die mogelijk wat beter tot zijn recht had kunnen komen op een andere plek, maar alsnog een bijzonder groovy aangelegenheid is en laat zien dat King Champion Sounds een van Nederlands spannendste bands is.
The smoothest boy alive
Roltrap op-roltrap af, zwaaien naar mensen die de andere kant opgaan, het is weer een lekker ‘ouderwets’ Le Guess Who?-avondje. Met opvallend veel lallende Britten die om een of andere reden elkaar lopen toe te schreeuwen in het Esscher-achtige pand. Na een portie you wankers, twats en heeeuujjjj-achtige geluiden, arriveren we weer in Pandora voor niemand minder dan Kojey Radical. De Londense muzikant, model, danser, visual artist, presentator en nog veel meer, Wat doet ‘ie niet vraag je je af als je deze man opzoekt. Omringd door heftig bewegende witte vrouwen van midden dertig zonder ritmegevoel, staat Kojey ondertussen op het podium the smoothest boy alive uit te hangen en heeft hij het vanavond naar zijn zin. Samen met zijn dj komt hij blazen en hij trilt de amandelen dan ook uit je keel met de hyperende sub in Pandora.
Hij begint inmiddels wat hits te scoren en die vliegen er soepel en goed in bij de boppende crowd. Zijn beats zijn inventief en zitten telkens net wat ingewikkelder in elkaar dan je in eerste instantie denkt als je als een stijve slungel mee probeert te dansen. Wat niet altijd helpt, is wat de combinatie rapper-dj wel vaker overkomt. Het ene moment zit je er lekker in als de zaal wordt gevuld door een orgie aan trillingen en na ‘efra-efra-eeuhhwww’ spint de dj de song uit en is het stil. Een klinisch stilte die de hele energie weer terugbrengt naar een nulpunt, die weer helemaal opgebouwd moet worden als het na een praatje tijd is voor de volgende song. Van heel veel naar heel weinig en weer terug en weer terug. Kojey is een geweldige frontman die het publiek opzweept en zijn opgepropte energie maar niet kwijt lijkt te kunnen vanavond.
Foto: Ben Houdijk
Bus gemist
Vlak naast LE:EN is De Helling (of andersom) en daar treedt meteen na Escape-ism Psychic Ills op. We waren van om terug te keren naar TivoliVredenburg voor JPEGMAFIA, maar we hadden de bus gemist en zo belandden we dan toch hier. En precies in dit soort dingen zie je de vloek en de zegen die Le Guess Who? met zich draagt: overal in de stad en altijd tegelijk spelen de allerbeste artiesten. Voor ieder ding dat je ziet mis je er tien. De psychedelische rock waar we in belanden is een heel aangename verrassing. In contrast met het vorige concert, staat de zanger Tres Warren bijna de hele tijd op dezelfde plek en zingt hij kalm en herhalend zijn teksten over ergens heengaan, daar iemand ontmoeten en dingen die helemaal prima zijn. Ze spelen zelf in die teksten met het genre waar ze zich in mengen en gebruiken graag alle ‘on the road-clichés’ om er hun draai aan te geven. Er zijn op Le Guess Who? altijd opvallend weinig ‘gitaarbands’, hoe kut het ook is om het zo te noemen, maar Psychic Ills is een hele goede toevoeging.
Foto: Tim van Veen
Goed, het was te verwachten, maar het concert van Psychic Ills heeft me de show van JPEGMAFIA gekost, want voor de trappen van Pandora staat inmiddels een lange rij. Hetzelfde gold voor de andere dienstdoende reviewer die bijtijds maar te laat voor Paddy Steer was. Maar Le Guess Who? zou Le Guess Who? niet zijn als je door zo’n kleine tegenslag niet op iets anders moois zou stuiten: Blanck Mass. Met sterke en soms heftige visuals van dingen waarvan je je steeds afvraagt waar je naar zit te kijken achter hem, speelt Benjamin John Power (van Fuck Buttons, weet je wel) in zijn eentje de Ronda omver. We lopen precies binnen wanneer het extatische nummer Please wordt ingezet en we de mensen achterin de zaal de alle vrije ruimte zien gebruiken om heen en weer te wiegen en te zweven. Af en toe zijn is de noise in de nummers een straf op je oren, maar de harmonische momenten waarmee het wordt afgewisseld worden zo extra benadrukt. De show is niet een soort ambient waar je rustig en comfortabel bij kan wegsussen, het is eerder alsof de aarde aan het vergaan is. Als een soort Jeroen Bosch-schilderij vol hel en verdoemenis. In de stijl van Blanck Mass zie je, of voel je eigenlijk, hoe muziek je kan ontregelen en je op je plek kan drukken.
Foto: Erik Luyten
Nog een selectie mooie foto’s van andere shows tijdens de vrijdag van Le Guess Who?:
Foto: Erik Luyten
Foto: Erik Luyten
Foto: Jelmer de Haas
Foto: Jelmer de Haas
Foto: Jelmer de Haas
Je zit in het rechte pluche van de grote zaal van TivoliVredenburg. Je hoort het rumoer van mensen, je ziet de verschillende bevolkingslagen binnen struinen. Aan je linkerkant: Engelstalig stel, een jaar of zeventig. Aan je rechterkant: een man met een rechte nek en een biertje, ook recht. De crew maakt het podium in orde voor Art Ensemble of Chicago. Aan mijn recht-genekte bankgenoot stel ik de behoorlijk achterlijke vraag of hij nog een tip heeft voordat ik het Ensemble over mij uitgestort krijg. Hij zegt: “Je moet het maar gewoon over je heen laten komen.”
Tekst Roelof Schipper & Mabel Zwaan
Dat zijn uiteraard onsterfelijke woorden, en woorden die een mens dwars door alle keuzestress met stift maar het beste over de timetable van Le Guess Who? kan kalken. Niet als een neuroot je route uitstippelen, als een slak in je eigen muzikale huis blijven hangen. Het zoekwerk is al gedaan: dit jaar in de vorm van de volgende curatoren: Devendra Barnhart, Shabaka Hutchings en Moor Mother.
FAKA | credit Melanie Marsman
Dan begint de avond In 2013 verhuisde Cate Le Bon vanaf Wales naar Los Angeles, rond diezelfde tijd pakte Tim Presley (die ene van White Fence) zijn biezen om vanaf San Francisco diezelfde kant op te verkassen. Ze woonden allebei in dezelfde artsy wijk en vonden elkaar in hun liefde voor muziek uit de jaren zeventig. Andthe rest is history. Aan hun band DRINKS – die zij het liefst beschrijven als een soloproject met acht ledematen – de eer om de poorten naar de madness van Le Guess Who? open te trappen.
Presley en Le Bon keren terug naar de origine van hun sound en swipen een sepia-filter over de Pandora van TivoliVredenburg. Bedwelmende, stroperige riffs die je in een trance brengen en waarvan de kracht vooral schuilt in het repetitieve. Spontaan en vrij, zonder dat het verandert in een gimmick, hun grootste charme is de zorgvuldige slordigheid.
Bij het vertrekken spot je een druilerige variant van Nick Cave in een muurnis. Hij laat het zorgvuldige podiumgekras en de kunstmatige handbewegingen van Cate Le Bon over zich heen komen. Hij drinkt een biertje, draagt een kunstig jasje.
Foto: Erik Luyten
Voorbode
Het trauma van Le Guess Who? vorig jaar leeft nog onder de bezoekers. Die tweets met ‘at capacity’, die je kortstondige concertdroom in duigen liet vallen. Die eindeloze rijen. En het is om acht uur op de eerste avond al raak: Een omvangrijke rij waaiert over het Janskerkhof, terwijl men ongeduldig naar de immense Janskerk staart. Een voorbode voor de rest van het weekend en een motivatie om minstens een uur van te voren al aanwezig te zijn voor die ene artiest waar jij je kaartje voor hebt aangeschaft.
De laatste halloween-schmink wordt nog achter de oren gespot, de kostuums liggen nog bovenin de wasmand en die pompoenen met enge gezichten zijn in de bonus van de Albert Heijn: griezelen hangt een week na Halloween nog zuinig in de lucht. En dan heb je aan saxofonist Colin Stetson de juiste. Hij heeft namelijk de soundtracks van de meest gehypte horrorfilm van het jaar: Hereditary. Stenton is boven alles een saxofonist, die wordt begeleid door een doodeng bandje. Met gesloten ogen wiegt hij heen en weer, terwijl zijn zwaarbeladen muziek pulseert over de eindeloze rijen in de stampusvolle kerk terwijl zijn saxofoon aan je trommelvliezen klauwt. Het werkt benauwend, beklemmend, claustrofobisch: de zwarte tonen dreunen neer op je borstkas. Hij weet je mee te slepen, vormt de soundtrack van je ergste nachtmerrie. Een soundtrack die zo goed is dat je die nachtmerrie keer op keer opnieuw wil beleven.
Foto: Tim van Veen
In het rechte pluche van de grote zaal, opnieuw Terug in de grote zaal. Je bedankt de man met zijn recht-genekte biertje en zijn onsterfelijke raad. Bedachtzaam drink je van je eigen Le Guess Who?-biertje, bewondert het kleurige etiket en denkt aan de warboel van smaken die door je mond raast. Er komt een wat oudere vrouw aanzetten met bruine wijn in een plastic beker. Zwart suikerspinhaar. Ze glimlacht als ze gaat zitten; op het podium worden bongo’s uitgepakt. Twintig minuten eerder zat op het podium: Lonnie Holley.
Lonnie – ‘Thumbs up for mother universe’ – Holley, aangevuld met trombone en drumstel. Kosmische, vrije jazz, ad-libs (yeah – whoa – mmm) die in al langere lussen door de zaal gaan. De tijd vloog om. De luiheid van de dag komt binnen – de wrap die je kocht op het station was buitengewoon goor en duur – en nu zit je bijna in de nok van de zaal, in het rechte pluche. Een schemerdroom die zo aangenaam is dat je die droom keer op keer opnieuw wil beleven. Er werd geklapt en gejoeld.
Foto: Ben Houdijk
Ondertussen in de EKKO
Micheal Rault heeft een behoorlijk aantal tourmaatjes op z’n LinkedIn-pagina staan, van King Gizzard & The Lizard Wizard en Charles Bradley, tot de meest recente: Mattiel. maar toch wil het nog niet lukken z’n eigen smoeltje boven het maaiveld uit te steken. Wie weet brengt deze show daar verandering in. De Canadees heeft een kersvers album uit, folk met een lofi-inslag. En hij komt tijdens deze avond op Le Guess Who? als geroepen: je moet namelijk je rustmomentjes pakken.
Simpele, maar evenzo verrukkelijke hap-slik-weg-indie tussen al het ingewikkelde gedoe door: drie gitaren en hier en daar een piano, zonder poespas. Fluweelzachte koorstemmen die de rauwe stem van Rault benadrukken en al met al zorgen dat het prima vertoeven is in EKKO. Die doorbraak is ‘m van harte gegund.
Foto: Tim van Veen
In het rechte pluche van de grote zaal, nog één keer dan Met dat zakje rozijntjes in je hand ben je net een padvinder. Op het podium verschijnen blaasinstrumenten en je buurman stopt zijn smartphone schuin in zijn eigen oor om naar een krakende video-opname van Colin Stetson en zijn bariton-saxofoon te luisteren. Dan staan de zeven leden van Art Ensemble of Chicago op de planken.
Je naar Colin Stetson luisterende buurman zegt: ‘THEY’RE FUCKING LEGENDS’, en ergens daagt voorzichtig het besef dat je getuige gaat zijn van een bijzondere gebeurtenis. Je andere buurman zei: “Toen ik zag dat ze kwamen wilde ik zeker komen.” Suikerspinhaar drinkt nog steeds van haar bruine wijn. Een harde noot klinkt en de eerste van een hele serie aan free jazz-solo’s denderen als een goederentrein over de zaal. TivoliVredenburg wordt opengespalkt met geluid. Je hoofd wordt opengespalkt met geluid. Daar kun je eventueel bij dansen, daar kun je stil bij zitten. Je buurman probeert iets te duiden tussen ‘het geluidsspectrum tussen hoog en laag’. Wat er op het podium gaande is: je laat het gebeuren. Het heeft niets meer met begrijpen te maken, met het volgen van regels, met wijsjes die zich op een aangename manier tot elkaar verhouden. Daar zit je dan met je zakje rozijntjes. Je laat het over je heen komen – bij volledig gebrek aan een andere optie of uitweg. Je bent opengespalkt.
Foto: Ben Houdijk
Alle Spotify-afspeellijstjes, alle hippe indie-mixtapes, alle hemelbestormende pitchfork-rock-saviours rollen als oud vuil over de vloer van de grote zaal. Le Guess Who? 2018 is begonnen.
Nog wat mooie beelden van de donderdag van het festival:
Black Midi | Foto: Jelmer de Haas
Jerusalem In My Heart | Foto: Ben Houdijk
Yonatan Gat & The Eastern Medicine Singers | Foto Erik Luyten
We gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website zo soepel mogelijk draait. Als je doorgaat met het gebruiken van de website, gaan we er vanuit dat je ermee instemt.Check!