Album Review

Op de valreep: hoe we verdwaalden in de Ikea met de sereniteit van Man From the South


28 december 2018

Ken je dat, dat je na al het jaarlijstjes-geweld van begin december toch altijd nog een paar van die pareltjes ontdekt die je om één of andere reden compleet gemist had? Daarom brengt The Daily Indie de laatste dagen van het jaar traditiegetrouw nog een ode aan een aantal briljante, tot nu toe compleet overkeken albums. Zodat er ook op de valreep van de jaarwisseling nog genoeg goede muziek te ontdekken valt. Eén van die gemiste parels komt gewoon uit het zuiden des lands, van Man From the South.

Tekst Niels Steeghs

Man From the South is het geesteskind van Eindhovenaar Paul van Hulten (die je wellicht al kent van zijn eerdere band Woody & Paul). Voor de oplettende en belezen lezer: inderdaad, er is een link naar de vertelling van Roald Dahl. The Disappearance Of Man From The South is Van Hultens derde, meesterlijke plaat.

Ietwat ironisch getiteld is ‘ie wel, want verdwijnen is niet eens zo moeilijk als je niet staat te popelen om overal in de spotlights te staan. Van Hulten is geen man van veel woorden en al evenmin een boodschapper van al te veel poespas. In gesprek met de krant van zijn regio, het Eindhovens Dagblad, zei hij over muzikanten met maniertjes die over hun zogenaamd moeilijke levens zingen: “Ik kan niet zo goed naar zulke mensen luisteren. Dan denk ik vooral: ‘Zoveel mensen met zo’n enorm interessant leven zijn er toch niet? En dan zijn ze ook nog allemaal muzikant!’ Er was maar één Townes Van Zandt, geen honderd!”

Getormenteerd mag het bestaan dan misschien niet zijn, de liedjes van Man From the South zouden niet misstaan in een filmisch decor. Denk aan de beelden van David Lynch of Twin Peaks en je hebt een idee. Fans van Jason Isbell, Bonnie ‘Prince’ Billy en ook Townes van Zandt kunnen dit moeiteloos aan de platenkast toevoegen. De thema’s? Een liedje als Swedish Balls gaat precies over dat waar je nu het eerst aan denkt: het herkenbare gevoel van verdwaald en verdwaasd raken in de Ikea: ‘Forgot what I was once looking for. No voice to guide me through these endless corridors’, horen we Van Hulten met zijn donkere vocalen zingen. Niks moeilijk gedoe, gewoon dingen die uit het leven gegrepen zijn. Net zo herkenbaar als het ouder worden waar Demons Of Age over handelt, en in The Death Of Me zelfs mijmerend over hoe het einde van het leven zal komen.  

Net als op zijn vorige platen staat dit werkje bol van de serene prachtliedjes. Intens, broeierig en een tikje dromerig. Van Hulten krijgt wederom hulp van compagnon Chris Draaijer, de multi-instrumentalist (zelf spelend onder de naam travelsunnysamsara) en producer die de plaat voorziet van dat extra spannende laagje synthesizers en vocale vervormingen.

Een puik werkje vol warme melancholie en bedachtzaamheid dat in alle bescheidenheid – want in eigen beheer – werd uitgebracht en daardoor behoorlijk onder de radar bleef, maar dat zeker wat extra draaibeurten verdient. En wie weet ligt het Ikea-sentiment na de tweede kerstdag ook bij jou nog wel vers in het geheugen.      


Lees hier ook de overige delen van onze Op de valreep-serie van dit jaar terug:
1: Fuck The Hits, Vol 1. – The Citradels
2: A Whole Fucking Lifetime Of This – American Pleasure Club