New Music

Nieuwe muziek van Elbow: met Empires gaat de band terug naar het oude geluid


31 augustus 2019

Met de single Empires geeft Elbow het tweede voorproefje op het aanstaande album Giants Of All Sizes. Na het in 2017 verschenen Little Fictions, waarmee de band uit Manchester vooral warm en rustig klonk, lijkt de formatie aan te sturen op een wat rauwer geluid, dat dichtbij de muziek van Elbows eerste albums ligt.

Empires begint recht voor zijn raap: met het geluid van een elektronisch orgel opent het nummer met het motief waar een groot deel van de song op leunt. Al snel klinkt ook stem van Guy Garvey, zingend over het Mexicaanse feest Día de los Muertos, die na enkele regels door meerstemmigheid wordt vergezeld. De zacht-hese stem van Garvey is zoals altijd een warm bad, maar door de kille instrumentatie en de elektronische vibe, klinkt Empires minder lieflijk dan de composities van Little Fictions.

Empires werd opgenomen in de Clouds Hill Studio’s in Hamburg. De band hoopte inspiratie op te doen door het leven in de grote, Duitse havenstad. Maar de studio bleek toch te verder van het centrum gelegen dan verwacht, waardoor het viertal hier veel tijd samen doorbracht. Volgens toetsenist Craig Potter leidde dit tot een manier van samenspel, improvisatie en experiment dat de band al een tijdje niet meer heeft laten horen.     

Deze uitleg lijkt ook toepasbaar op de single Dexter & Sinister, dat de band eerder deze maand uitbracht. In een track van totaal zeven minuten horen we eerst stevig gitaarwerk en het subtiele pianospel van Potter. Met een tempowisseling schakelt het nummer over naar een tweede deel met gelaagder gitaarspel, terwijl de Amerikaanse singersongwriter Jesca Hoop haar medewerking verleent met een dramatische klaagzang.

Zo zijn Empires en Dexter & Sinister de (voorlopige) opmaat naar alweer het achtste studioalbum van Elbow, dat naast de genoemde singles nog uit zeven andere titels bestaat. Als Giants Of All Sizes op vrijdag 11 oktober wordt uitgebracht, moet blijken of Elbow definitief teruggrijpt naar het geluid van vóór het doorbraakalbum The Seldom Seen Kid.