Lowlands, de zaterdag: veel oude garde, nog meer regen en hoe alles bij elkaar kwam tijdens The National
18 augustus 2019
Met weersvoorspellingen die als donderwolken boven ons hoofd hangen, maar een line-up die in de donkerste herfstdagen nog een zonnig lichtpunt zou zijn, reizen we dit weekend samen met 55.000 anderen weer af naar de Flevopolder. Lowlands Festival 2019 is een feit en The Daily Indie is het hele weekend aanwezig om verslag uit te brengen, met zoals je gewend bent, extra aandacht voor de onderkant van het affiche.
Tekst Robin van Essel
Foto’s Tineke Klamer
Check hier ook ons verslag van de vrijdag.
Hield Biddinghuizen het vrijdag nog warm en droog, zo anders is vandaag: al voor het middagprogramma goed en wel begonnen is, heeft Lowlands al twee zware buien op zijn dak gehad en niks wijst erop dat dat vandaag niet vaker gaat gebeuren. Als je geen zin hebt om in de regen te staan bij tieneridool Billie Eilish, dé hype van dit jaar (of dat terecht is, daar lijken de meningen op de heuvels rond de Alpha verdeeld) en schijnbaar stijlicoon voor al ‘s werelds onzekere pubers met blauw/groen/paars haar, sta je droog in de X-Ray bij KÁRYYN. Niet dat heel veel mensen daar iets om geven: er staat hoogstens een handjevol publiek. Gemiste kans, want de Syrisch-Amerikaanse artieste bracht begin dit jaar het uitstekende The Quanta Series uit, waarop ze rouwt om het verlies van familieleden op haar geboortegrond Aleppo. Over haar verstilde ambient en tektonische drones samplet ze haar eigen stem continu met veel galm: het is vervreemdend, sfeervol en Björk-achtig weird, maar dan in a good way.
Het pubiek zoekt daarna wel massaal de droogte van de X-Ray op voor BODEGA. De band uit New York komt uit de koker van Parquet Courts (Austin Brown produceerde de laatste plaat Endless Scroll) en dan heb je de belangrijkste stilistische kenmerken van de band wel meteen omschreven. Met die lekker dreinerige staccato gitaarloopjes en intelligente, kritische teksten over de almaar toenemende invloed van social media en digitalisering, verborgen onder snedig cynische humor, is Bodega echt het kleinere, net iets minder recalcitrante broertje van de band van Brown, Savage en co. Het duurt even voordat de geluidsproblemen overwonnen zijn, maar daarna laat BODEGA zien dat het meer is dan een kopie. Op zijn best is het wanneer toetseniste Nikki Belfiglio met tamboerijn en cowbell de lead neemt en het allemaal net een stukkie melodieuzer en minder gitaargedreven is dan je in eerste instantie denkt.
We kenden Sharon Van Etten als ingetogen folkie met een klein geitenwollensokkenimago, maar in de India-tent heeft de artieste uit New Jersey een doorzichtige blouse en leren broek aan. Niet heel onverwacht: op haar plaat Remind Me Tomorrow van begin dit jaar liet Van Etten al horen niet meer bang te zijn voor het grote gebaar. Op Lowlands lijkt het af en toe wel alsof ze een stadionsound ambieert, met dik geplamuurde gitaren en drums. Dat sorteert natuurlijk makkelijk effect, maar gaat wel een tikje vervelen op den duur. Het is dat Van Etten meer talent in haar kleine teen heeft dan menig muzikant in zijn of haar hele lijf, anders zouden we zeggen dat we haar liever weer klein en ingetogen zien. Genieten geblazen is het wel.
Ook ‘volwassen geworden’: The Vaccines, dat tegelijk met Sharon Van Etten optreedt in de Heineken-tent. Je vergeet soms dat debuutplaat What Did You Expect From The Vaccines al uit 2011 stamt. De band uit Londen zag bovendien de hele wereld als support voor onder andere Arctic Monkeys, Muse, The Rolling Stones en Red Hot Chili Peppers. Dan is het wel logisch dat je ouder en wijzer wordt en niet die snotty garagepunk van weleer meer maakt, maar gewoon een soort degelijke dad-rock, zoals op het vorig jaar verschenen Combat Sports. Gelukkig is Justin Young nog steeds wel een charismatische frontman met een soms maniakale performance, wat het best te zien is wanneer hij als doorgeslagen psychopaat aan de camera’s van de Heineken hangt tijdens hitje Wetsuit. Verder kunnen de vuisten der herkenning regelmatig de lucht. If You Wanna, Norgaard, Post Break-up Sex: stiekem heeft de band best veel tijdloze songs op zijn repertoire. Wel een tikkeltje wrang is het om een degelijke gozer als Young, die zo voor de klas kan, de teksten van de oudere nummers te horen zingen: die gaan toch vooral over niet of nauwelijks volwassen meisjes.
En zo heb je, als Juice Wrld of (overigens een prima show) Anderson .Paak niet je ding zijn, toch stiekem al een hele hoop degelijke gitaarbands gezien op de zaterdag van Lowlands. Het is tegen het einde van de middag, dat moment waarop de vermoeidheid toch je benen insluipt, aan IDLES om je weer even wakker te beuken, iets wat je rustig aan de groep van Joe Talbot kunt overlaten. De helft van de band draagt als eerbetoon aan de inmiddels enigszins verregende festivalgangers een regenponcho, waar Talbot wat spijt van heeft (‘Don’t wear a poncho on stage, that’s a stupid idea’), gitarist Mark Bowen heeft zelfs alleen zijn onderbroek eronder aan. We hebben IDLES al vaak aan het werk gezien, en dat stelt nooit teleur, maar vandaag gaat de band wel echt op standje elf.
Met name Bowen ligt vaker in, op en tussen het publiek dan dat ‘ie op het podium staat, hij speelt een medley van Sinead o’Connor en Celine Dion, initieert een cirkelpit en een wall-of-death, en – jammer – verordent een sitdown tijdens I’m Scum. Het is zo’n chaos dat je je zou kunnen afvragen of ze niet gewoon allemaal knetterlam zijn, als ze niet zo retestrak zouden spelen. IDLES heeft oprecht plezier op het podium en spreekt zich goudeerlijk uit over allerhande sociale issues in de door de Brexit tot op het bot verdeelde UK. Sympathiek en boos tegelijk, wellicht wat chaotisch, maar we zien dit tien keer liever dan een gestileerde popact in de Alpha.
Jon Hopkins heeft ook weinig gestileerds nodig: twee dames met lichtstokken die de Engelse producer vorig jaar tijdens zijn show op ADE ook al vergezelden. En uiteraard zijn extreem psychedelische visuals, die naadloos aansluiten op de organische technosound van Immunity, volgens velen een van de beste platen van 2018. Hopkins werd er definitief Een Grote Naam mee, wat knap is voor een producer op wiens platen geen vocaal te horen is. In de Heineken blijkt het wederom prima te werken: het is moddervet, de visuele elementen werken sfeerverhogend, en door de organische sound klinkt het nergens kil of afstandelijk. Het is wel een tikje lomp. Hopkins heeft op plaat een bizar oog voor detail, iets dat verloren gaat in de muur van geluid die de grote tent wordt ingestuurd. Gelukkig kan hij altijd terugvallen op zijn talent voor timing, blijkt als in de finale met Everything Connected en Emerald Rush we alsnog met kippenvel op ons armen staan.
We zagen vandaag sterke optredens van oude bekenden en we lieten ons verrassen door nieuw talent, en het kan dan ook niet anders dan dat het aan de oude garde is om het reguliere dagprogramma af te sluiten. We skippen dan de Noorse stuiternerds van Boy Pablo ook maar even, want wat een keus: in de Heineken staat de inmiddels 79-jarige italo-legende Giorgio Moroder, in de India kun je naar vrijwel even legendarische The Smiths-gitarist Johnny Marr.
Maar voor ons komt alles bij elkaar wanneer de regen eindelijk plaats maakt voor een zwoel zakkende avondzon en The National in de Bravo-tent I Need My Girl inzet. De band speelt dit weekend zowel op vrijdag als op zondag als headliner op Pukkelpop – naar verluid met twee verschillende sets, maar vreemde keuze, zo niet een tikje een zwaktebod van het Belgische broertje van Lowlands. Wij moeten het met één show doen, maar wat voor een. Matt Berninger is flink afgevallen (hij wordt met elk jaar mooier oud) en heeft alle podiumschroom waar hij in het verleden nog op te betrappen was, van zich afgegooid. Hij oogt ontspannen en verlaat op een gegeven moment zelfs het podium en de tent, om al doorzingend wat selfies te maken met fans en even een nieuw wit wijntje bij een buitenbar te bestellen. We hebben te doen met die arme cable puller, die zich een slag in de rondte werkt om de frontman van voldoende kabel te voorzien tijdens zijn escapades.
Op de meest recente plaat I Am Easy To Find zingen voor het eerst in de twintigjarige (!) geschiedenis van The National gastvocalisten, allemaal vrouwen. Onder anderen Sharon Van Etten, die wel op het terrein rondloopt maar helaas niet langskomt voor een gastoptreden, en Kate Stables, die wel bij de band op het podium staat. Het paradoxale is, dat nu de eens zo introverte Berninger niet per se meer het middelpunt van de aandacht staat, zowel op de plaat als wanneer hij zijn band alleen laat op het podium, The National de ruimte lijkt te hebben om boven zichzelf uit te stijgen. De band is ontspannen, klinkt als een klok en is een genot om naar te kijken en te luisteren. De Bravo is sowieso dankzij het goede geluid en de vele led-schermen veruit de beste en meest sfeervolle tent van het festival en het is fijn dat Lowlands steeds vaker niet-elektronische acts hier neerzet. En wanneer dan een oranje streep avondzon door bomen de tent invalt, Berninger nog maar eens een rondje door het publiek maakt en I Need My Girl aan zijn vrouw opdraagt, staan onze nekharen toch wel weer even recht overeind, op een manier zoals dat alleen op Lowlands kan.