Live

LIVE REVIEW: Motel Mozaïque dag 1 (Rotterdam, vrijdag 8 april 2016)


9 april 2016

Motel Mozaïque neemt de Rotterdamse binnenstad en podia weer over voor een weekend met kunst, dans, theater, bijzondere locaties en: vooral heel veel muziek. Lichte smet op het festival wellicht dat semi-headliners Diiv en Liima (wat is het met die dubbel i?) in de week vooraf uitvielen. Maar er is genoeg moois over voor uw favoriete muziekplatform om ons twee (Jente Lammerts & Robin van Essel) bezig te houden, hoor. Hier lees en bekijk je het verslag van de vrijdagavond.

Shura (20:00, Annabel)
Shura is een Brits viertal onder leiding van een powerdame in spé. In spé, ja. De band, die toegankelijke dreampopnummers ten gehore brengt, oogt erg onzeker, wat eigenlijk nergens voor nodig is. De liedjes zijn pakkend, origineel, hard waar nodig en geperfectioneerd. De afwisseling tussen dikke synthesizers en gitaren, hier en daar neigend naar shoegaze, maakt Shura interessant om naar te kijken, ondanks de klungeligheid van frontvrouw 2Shy is het nummer dat de onzekerheid op het podium verklaart, ook al hadden we daar geen titel voor nodig. Hoewel de aankondiging van het nummer de plaatsvervangende schaamte in je oproept, is dit de beste die de band ten gehore brengt op de vroege avond in Rotterdams kersverse poppodium Annabel. Shura gaat van fragiele popsongs naar uitgesproken gilletjes binnen twee minuten, wat de band behoorlijk goed afgaat. JL

 

 

 

Damien Jurado (21:00, Rotterdamse Schouwburg)
Toegegeven: vooraf waren we een beetje sceptisch. Met zijn meeste recente plaat Visions Of Us In The Land krijgt Jurado eindelijk de credits die hij volgens ons al jaren verdient. Maar de Grote Zaal van de Rotterdamse Schouwburg, werkt dat voor een artiest die het niet van zijn overdonderende geluidsmuur moet hebben? Wat blijkt: we hebben ons voor niks zorgen gemaakt. Jurado heeft zijn band bij zich en in combinatie met de bij vlagen grootse sound van Visions Of Us In The Land, weten de Amerikanen zelfs de meest onbehoorlijk door-ouwehoerende veertiger in de Schouwburg stil te krijgen. Het gehele optreden gaat het geluid gebukt onder een bak galm, wat de toch al wat nasale stem van de zanger uit Seattle geen goed doet. Echt storend is het niet; zelfs wel passend bij de etherische, zompige sound van Jurado’s Maraqopa-trilogie, waaruit de setlist voornamelijk is samengesteld. De oerdegelijke, verder onzichtbare begeleidingsband geeft de zanger, zelfs simpelweg zittend met een gitaar, de kans om zichzelf het charismatische middelpunt van de belangstelling te maken. Daarin gaat hij wat te ver als hij vervalt in een ingestudeerd overkomende stand-up comedyshow over publiek uit Seattle, maar verder is het een absoluut genot om een gemoedelijke, ontspannen Jurado zijn eigen songschrijverschap te laten zien excelleren. RvE

 

The Go! Team (21:30, Rotown)
Rotown is zo afgeladen dat de venue voor het eerst in tijden een one-in, one-out-policy hanteert. Er staan namelijk zes Britten compleet uit hun dak te gaan. The Go! Team wordt vaak omschreven als één van de grootste doorsnee indiepopbands van het moment, waarbij wij ons geen groter eufemisme kunnen bedenken. De show blijkt één groot spektakel. De band springt en zingt erop los, enkele leden verkleed, enkele volop geconcentreerd. The Go! Team is een extreem veelzijdige act die voor het eerst deze avond het publiek even hard laat dansen. Wanneer de band het nummer Get it Together inzet, zien we nog meer fonkelende ogen. De soundtrack van Little Big Planet? Echt? Ja. Compleet met blokfluit. Nog net daarvan bekomen blijkt de band nog een heel andere kant te hebben. Er wordt garage gespeeld, er komen funk-invloeden voorbij en eerlijk, er valt geen touw aan vast te knopen. Maar leuk is het zeker. De band is niet bepaald strak, er wordt af en toe vals gezongen, maar Rotown ziet het door de vingers. Alles is ze vergeven. JL

 

Gwenno (22:00, Rotterdamse Schouwburg)
Ook een one-in, one-out bij de Kleine Zaal van de Rotterdams Schouwburg. Al het volk dat van Damien Jurado komt is schijnbaar vastbesloten Gwenno te zien (althans, het deel dat niet in de foyer blijft hangen om de Belgische performancekunstenaar Gaetan Rusquet poedeltjenaakt openbare geslachtsgemeenschap te zien hebben met een stapel vleeskleurige ballonnen. Jawel, we zijn weer op Motel Mozaïque!). Gwenno’s vorig jaar verschenen, extreem originele plaat Y Dydd Olaf vertelt een vaag sciencefictionverhaal in het Welsh, begeleid door een eighties synthesizersound die nog het meest weg heeft van de oude platen van Kavinsky. Gwenno Saunders zelf blijkt over een goed gevoel voor zelfspot te beschikken (‘The songs were in Welsh, so the aliens couldn’t understand them’), er zijn goede visuals en aan de ietwat simpele synthlijntjes valt live niet veel te verkloten. Potentieel dus een recept voor een memorabele show, ware het niet dat de aimabele Welshe in haar uppie voor de bioscoopstoelen in de Kleine Zaal staat. Dat is wellicht haar eigen voorkeur, maar het werkt niet. Ook Saunders zelf lijkt er niet extreem gelukkig mee, getuige de vertwijfelde oproep om vooral te dansen. Zelfs als het publiek dat zou willen, zouden ze dat niet kunnen in de bioscoopsetting. Lichte anticlimax. RvE

 

 

VANT (23:30, Rotown)
We weten inmiddels dat het Britse muziekmagazine NME er een handje van heeft het eerste de beste bandje te bombarderen tot hype van het jaar. Daar zijn wij immer kritisch op, maar met de vier knulletjes van VANT zouden ze het daar wel eens bij het rechte eind kunnen hebben. In Rotown ontpopt de band zich als absolute publieksfavoriet met een catchy combi van poppunk en sleazy garage rock ’n roll. So far so good. Het probleem is alleen dat VANT zich iets te bewust presenteert als ‘band met een boodschap’. De zin ‘We’re VANT, we’re from planet Earth’ is wellicht nog origineel, de compleet holle, pseudofilosofische teksten van de songs zijn dat niet. Dermate niet, dat de verder degelijke muziek niet kan verhullen dat de meeste songs van VANT, zoals Parking Lot, gewoon Nirvana met kutteksten zijn. En verdomd, alle clichés zijn aanwezig: een licht getormenteerde, cynische zanger, de pretty boy-gitarist en een onzichtbare ritmesectie: ziehier uw typsiche NME-hype. Dat presenteert ons met een dilemma, want het springende publiek bij afsluiter Fly-By Alien heeft het duidelijk wel naar zijn zin, en telt dat niet? VANT gaat ongetwijfeld een populaire band worden, tenminste in de UK. Maar erg onderhoudend: nee. RvE

 

 

Blossoms (00:00, Annabel)
Blossoms bleek dé ontdekking van Eurosonic dit jaar. Het Britse vijftal staat rond middernacht in Annabel, als vervanging van indiefavorieten Diiv. Een moeilijke taak om de zaal toch vol te krijgen blijkt het niet. Blossoms wordt vaak vergeleken met de oude Arctic Monkeys, wat geheel terecht is. De jonge gasten stralen een duidelijke zelfverzekerdheid uit die hen niet misstaat. De nummers die ze spelen zijn stuk voor stuk erg catchy, maar wanneer de track Polka Dot Bones wordt ingezet, komt die Alex Turner-vibe toch net iets te erg naar boven. De synthesizers en hoge achtergrondstem maken het geheel lekker poppy, tot op het bijna irritante af. Hitje Charlemagne, dat na een ongemakkelijke ‘Happy Birthday’ wordt gezongen (er is iemand jarig in het publiek) doet enkele mensen laten dansen, maar meer is het dan ook niet. Toch is Blossoms een sterke band, die goed heeft geluisterd naar zijn idolen. Als deze jongens nog meer naar een identiteit zoeken, heeft de band absoluut potentie om bij hun helden in het rijtje aan te sluiten. Blossoms mist nu vooral nog wat ballen. Maak die set wat dynamischer, jongens, praat tegen je publiek en kijk ook alsof je het leuk vindt. Dan zien we jullie vast over een paar jaar in de Heineken Music Hall terug. JL

 

Meatbodies (01:15, Rotown)
Meatbodies is de eerste band van de avond die op tijd het podium betreedt. Ook wel eens fijn zo, met een druk schema. De eerste noten van Mountain zijn nog niet gespeeld en meteen maakt het publiek in Rotown aanstalten voor een niet erg succesvolle moshpit. De band rond frontman Chad Ubovich (uit het kliekje rond Ty, inderdaad) heeft ook zo’n typische Burger Records-sound en speelt retestrak. Ook opvallend: Eric ‘Sleepy’ Jimenez van together PANGEA achter het drumstel. Meatbodies blijkt de eerste échte rock ’n roll-band van de avond (inmiddels alweer nacht) en dat is precies wat het festival nodig heeft op dit tijdstip. Bier halen, elkaar duwen en met je handen zwaaien in de hoop nog overeind te blijven. Het nummer Him maakt Rotown een sfeer- en biervolle plek in deze kleine drie kwartier. Meatbodies speelt track na track hard, strak en nog veel harder. Gelukkig teert de band niet alleen op bier en moshpits, maar zijn Ubovich en zijn mannen instrumenteel gezien ook gewoon ontzettend goed. Een heuse verademing met menig garagerockband van nu. Bij het nummer Bold lijkt het dak er letterlijk af te gaan, en dat blijft zo de rest van de show. Lekkere afsluiter. JL

 

 

 

Lees hier ons verslag van dag 2!