Interview

Kings of Convenience: “Wij komen het best tot ons recht op de bank, denk ik”


2 juli 2021

Op het moment zelf hadden we het niet door, maar om de een of andere reden is Covid geen enkele keer ter sprake gekomen tijdens dit interview. Zou dat komen door de lange duur van het proces dat achter de totstandkoming van Peace Or Love zit? Erlend Øye en Eirik Glambek Bøe begonnen al in 2014 met de eerste nummers. Of kwam het door de naderende opheffing van de lockdown?

Het lange wachten is in ieder geval voorbij. Het wachten op de zon, op het einde van de anderhalvemetersamenleving, op een nieuw Kings of Convenience -album. En hoewel Rocky Trail – de tweede track op het album – een verwijzing kan zijn naar het moeizame proces erachter, blijft dit nog altijd de band wiens muziek zeer goed samenvalt met zijn naam. Muzikaal is het nog altijd puur gerief, comfort, behaaglijkheid: convenience.

Øye en Bøe hebben tussen Declaration of Dependence (2009) en het nieuwe album niet stilgezeten. Erlend was druk met onder andere The Whitest Boy Alive en een album op eigen naam met IJslandse reggae-muzikanten. De onwaarschijnlijkheid van deze combo heeft hij tijdens een tour voorafgaand aan de release meerdere malen met grote pret herhaald. Bøe bracht in 2017 een album uit met de band Kommode. Hebben al deze muzikale uitstapjes de muziek op Peace Or Love beïnvloed? En de tijd ertussen? Hebben zich in die tijd nog dingen voorgedaan, is er nieuwe muziek geweest, of hebben gebeurtenissen tussen 2009 en 2021 verschil gemaakt? We leggen die vragen voor aan Bøe.

Soloprojecten
“Lastig te zeggen. In eerste instantie heb ik het gevoel dat liedjes die ik schrijf met een gitaar om mijn nek er uitkomen als liedjes die klinken als Kings of Convenience, en dat er andere dingen uitkomen zodra er andere instrumenten in het spel zijn. Maar het zou jammer zijn als het maken van Kings of Convenience-liedjes totaal niet onder invloed van de rest zou staan. Ik denk dat er onbewust altijd wel invloed van andere projecten in zit.”

Nieuwe plekken
“Uiteindelijk hebben we het album op vijf verschillende plekken opgenomen, waaronder Erlends huis op Sicilië. Ook in ons beider huizen hier in Bergen. Erlend heeft niet drie kinderen rondlopen, dus het was vaker bij hem. We hebben het album waarschijnlijk ook vijf keer opgenomen omdat we maar niet tevreden waren over het resultaat. Uiteindelijk zijn we in Bergen, Syracuse (Sicilië, red.), Göteburg, Berlijn en Santiago geweest. En dan soms meerdere studio’s in sommige steden. Toch waren de sessies bij Erlend en mij thuis het productiefst. We plaatsten meerdere microfoons en gingen gewoon muziek maken op de bank. De bank is voor onze muziek waarschijnlijk de meest natuurlijke omgeving. Daar zijn we ooit begonnen, op de bank in mijn moeders woonkamer. Kings of Convenience komt het best tot zijn recht op de bank, denk ik.”

Nieuwe muziek
“Er is weinig muziek in de tussenjaren uitgekomen die direct van invloed is geweest op Kings Of Convenience. Ik word vooral blootgesteld aan de muziek van mijn zoon de laatste jaren. Hij is dertien. Laatst heeft hij voor het eerst een album op vinyl gekocht, van Mac Miller. Ik had een tijd geleden de hoop opgegeven dat ik hiphop ooit ging waarderen, maar dat is echt een vet album. Er is meer te vinden dan ik dacht te weten en sommige dingen vind ik echt heel goed.”

Andere kunst
“Een vriend van mij gaf me laatst een boek cadeau van Neil Gaiman: Art Matters. Het is een soort strip-achtig boek met tekeningen bij de gedachten die in hem opkwamen over kunst. Eén van de quotes stelt: ‘Fiction is a lie that tells the truth‘. Onze teksten zijn niet per se fictie of feitelijk relaas, maar hangen ertussenin. Dus ik vind die uitspraak van Gaiman erg toepasselijk. Ik zou het ook niet prettig vinden als bepaalde situaties die naar voren komen in onze liedjes door de actoren herkend worden, zo van: ‘hé dit gaat over mij’. Dus er moet een iets algemener, iets vager beeld uit spreken. Dat maakt het meteen makkelijker voor meer luisteraars om er iets in te herkennen.”

De katalysator
“Maar goed, we hadden dus wel wat moeite met het maken van dit album. Erlend begon de hoop te verliezen dat het er ooit van zou komen. Feist kwam precies rond dat moment langs om haar bijdragen aan het album op te nemen. Ze vond wat we al hadden erg goed en haar positieve woorden gaven ons de hoop dat het kon gaan lukken. Het was net dat ene zetje dat we nodig hadden. Ik heb wel het idee dat het lange proces in de liedjes terug te horen is, dat het voor mensen eveneens langer kan duren voor ze echt binnenkomen. Hoewel de nummers op dit album dus misschien niet onmiddellijk zich in je hoofd nestelen, ben ik er erg trots op. We zijn hoe dan ook tevreden met het resultaat.”