Feature

Invloed van buitenaf: mix van indie en India met Jaipur Junction


13 maart 2021

Sommige bands ademen de sfeer van een landschap of stad waarin de liedjes ontstaan. Hoe sijpelt inspiratie van buitenaf door in de muziek? In deze serie onderzoeken we de invloed van de omgeving op het creatieproces van artiesten. Vandaag: Jaipur Junction.

Tekst Lisanne Lentink
Foto’s Lisanne Lentink (foto’s Nederland) & Vishal Nair (foto’s India)

Indie en India, het is geen vanzelfsprekende combinatie. Jaipur Junction doet het. Wijkt af van de welomlijnde structuur. Grenzeloos. Interessant, of misschien schrikt deze culturele crossover sommigen wel af. De band krijgt weleens het label ‘wereldmuziek’, daar willen ze graag vanaf en met alle ideeën gaat het geluid steeds meer richting indie. De eerste plaat kwam afgelopen oktober uit en ze werken nu aan de tweede plaat met duizenden kilometers afstand tussen de twee bandleden. Zangeres Sarita Rav en drummer en producer Otto de Jong ontmoetten elkaar in de zomer van 2018 in Sarita’s thuisstad in Jaipur, hoofdstad van de Indiase deelstaat Rajasthan. Sarita geeft er muzieklessen aan locals en toeristen, Otto deed wat klusjes in dit culturele centrum en volgde les bij Sarita. Al snel besluiten ze samen muziek te maken. Jaipur Junction is geboren.

Anders dan anders
We spreken Otto in zijn studio aan de rand van Utrecht, grauw winterlicht valt door de ramen. Voor een gedeelte van het interview videobellen we met Sarita in India. In de kamer staan een oud, klein harmonium, een tanpura, een instrument wat een kruising lijkt tussen en sitar en een luit. Sarita speelt wat voor. Het gerekte geluid van de tanpura dringt Nederland binnen. Ze verontschuldigt zich dat de instrumenten wat vals zijn, het telefoongeluid helpt ook niet mee, maar haar aanstekelijke lach maakt alles goed.

Het is bijzonder dat iemand in een dorpje in Noord-India op dit moment voor ons op deze instrumenten speelt. “Het harmonium gebruik ik niet bij optredens, wel voor het schrijven van muziek en om melodieën te verzinnen. De tanpura is eigenlijk voor klassieke muziek, maar ik gebruik het ook in liedjes. Ik kan niet zonder, maar gelukkig is er ook een tanpura-app voor je telefoon, dat is handiger voor optredens.” Sarita conformeert haar stemgeluid aan de tonen van de tanpura.

Indie en India
Otto is vijftien jaar actief in het indie-circuit, onder andere bij Litzberg, Ode to the Quiet, Lorrainville, Knalland en Amber Arcades. Dan werk je ineens samen met een muzikante die niet weet wie Lady Gaga of Foo Fighters zijn, laat staan de minder bekende artiesten waar hij zelf veel naar luistert. “Sarita had nog bijna nooit westerse muziek gehoord, misschien alleen Michael Jackson. The Beatles kende ze ook niet. Het is westerse arrogantie om te denken dat de hele wereld naar westerse muziek luistert. Maar aan de andere kant, als je aan de gemiddelde westerling vraagt of hij wel eens heeft gehoord van Nusrat Fateh Ali Khan, dan kennen ze hem niet, terwijl hij echt een hele beroemde sufi-zanger is die door miljoenen mensen wordt gewaardeerd van Marokko tot in Oost-Azië. Hij heeft bijvoorbeeld samengewerkt met Peter Gabriel.”

Beiden vinden het interessant om de cultuurverschillen te overbruggen en juist te omarmen. Voor Sarita helpt de taal van de muziek om een connectie te maken met anderen, juist in Europa: “Toen ik voor het eerst in Nederland was, hadden we de tweede dag een optreden. Op de eerste dag repeteerden we, dat viel heel erg tegen en we dachten: hoe moet dit nou morgen? De dag erna zijn we heel vroeg opgestaan om nog meer te oefenen en om elkaar beter te begrijpen. Het is zo belangrijk voor artiesten om elkaar te begrijpen. Muziek heeft geen taal nodig. You need two souls en de kracht van je stem.”

Transitie van traditionele liedjes naar eigen werk
De in oktober uitgebrachte debuutplaat Kyon Nahin bevat traditionele folkliedjes en mantra’s die in Noord-India veel worden gespeeld en gezongen: “Die heb ik ingevuld op de manier zoals ik wil”, vertelt Otto. “Ik heb de basisritmes vertaalt naar drums. Het is niet mijn insteek om een tabla-ritme helemaal na te doen op drumstel, want dan kan je beter gewoon tabla spelen.” Hij volgt al een paar jaar les in dit Hindoestaans percussie-instrument. In 2019 tourde Jaipur Junction door Nederland en Frankrijk met alleen een drumstel en zang. “Die oude folkliedjes zijn een leuk begin geweest. Nu zitten er alleen heel subtiel wat soundeffectjes op de achtergrond, wat extra percussie en een paar keer een extra stemmetje van Sarita, maar er is weinig geproduceerd. Dat kun je één keer doen, een tweede plaat op dezelfde manier maken vind ik niet meer zo spannend. We willen het meer aankleden, dat is waar we nu mee bezig zijn. Dat is voor Sarita vrij nieuw.” Ze volgde een klassieke muziekopleiding, maar schreef nooit eigen muziek. Voor de nieuwe plaat zetten ze Sarita’s eigen gedichten in Hindi om naar liedjes.

Otto laat wat nieuw werk horen. Hij oefende pas een folkritme op zijn tabla en maakte hier een loopje van: “Ja, ik speel het vijf minuten lang en het is nooit echt strak. Het is zo moeilijk!” Vervolgens plaatst hij er een elektronisch beat onder met een drumcomputer. “Dan een baslijntje erbij met een diepe synthbas met dubby geluid, dat geeft een mooie afstand tot haar stem, want ze heeft ook een andere manier van intoneren. Sarita neemt veel vrijheid in de intonatie tussen twee tonen. Je hoort ook dat als ze naar tonen toe gaat, dat ze er omheen zingt voor ze de toon bereikt. Alles gaat in een soort krulbewegingen. Voor ons is dat heel heftig en daar moeten we aan wennen. Nederlandse muziek is eigenlijk een soort botte hork.” Hij zet het loopje weer aan. “Er zitten weinig akkoorden in. Hoe meer akkoorden je gebruikt, hoe moeilijker het voor haar is om natuurlijke intonatie te gebruiken. Dit is zo ver weg van haar stem. Het krijgt op deze manier een triphop-achtige vibe en daar heb ik een subtiel gitaartje aan toegevoegd, helemaal niet Indiaas.”

Muzikale inspiratie
Wat zijn de muzikale invloeden van de bandleden? Ieder kiest één liedje uit wat hen inspireert en we maken portretfoto’s terwijl we samen naar dit nummer luisteren.

Sarita Rav luisterend naar Raag Bhupali door Pt. Hariprasad Chaurasia
“Hariprasad Chaurasia heeft een heel diep geluid met zijn fluit. Hij is een echte maestro.” Bij het luisteren naar de muziek speelt en zingt Sarita zelf mee. Vorig jaar waren Otto en Sarita bij een optreden van deze artiest in New Delhi, nadat ze hier zelf hadden opgetreden.”

Otto de Jong luisterend naar het album The Noise You Make Is Silent van Klangstof.
“Toen ik vorig jaar februari in India was, moest ik de nieuwe plaat van Klangstof recenseren voor Musicmaker. Ik sliep in een appartementje op een naamloos zandweggetje. ’s Ochtends dronk ik een kopje koffie op het dak van het huisje en dan zette ik vaak die Klangstof-plaat aan.” Hij laat wat stukjes van de verschillende nummers horen en drumt mee in de lucht. In deze context is het niet moeilijk om in je hoofd de Indiase melodieën en instrumenten te vermengen met Klangstof. “Deze zang is veel introverter. Dat heb je in India bijna nooit, daar is muziek veel uitbundiger en als het gaat over verdriet dan is dat meteen heel dramatisch, totaal niet ingetogen.”

Alles viel op zijn plek toen Otto ‘s ochtends op dat dakterras naar Klangstof luisterde en de rest van de dag werd omgeven door Indiase muzikanten en de gypsies in het cultureel centrum. “Ik wist: bij een volgende plaat moeten we meer van dit erin verwerken, meer van mij. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Radiohead-gitarist Jonny Greenwood heeft ook zoiets gedaan met het album Junun”, overigens in dezelfde regio waar Sarita woont. “Ik heb haar pas een paar filmpjes gestuurd van Luwten, dat vond ze ook heel tof.” Een interessante zoektocht voor Jaipur Junction die nog lang niet ten einde is, dit interview wel. Sarita sluit het videogesprek af met haar handen tegen elkaar: “Namaste en doei-doei!”


Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is Banner-Magazine-25-660x246.png