INTERVIEW: Perfume Genius
10 februari 2015
Mike Hadreas, beter bekend als Perfume Genius, leverde met ‘Too Bright’ een van de beste albums van afgelopen jaar af. Waar hij zich op eerder werk presenteerde als ingetogen singer-songwriter, is hij op zijn derde album getransformeerd tot badass bitch: “Mensen zeiden dat ik minder openlijk gay moest zijn.”
Het heeft wat voeten in de aarde om Mike Hadreas te spreken te krijgen. Kwamen we er de eerste poging achter dat de wintertijd in Californië een week later ingaat dan in Nederland, bleek hij met poging twee niet telefonisch bereikbaar. Met afspraak drie zijn we eindelijk verbonden met de Amerikaan, die op zijn tweede album ‘Too Bright’ als geen ander zelfverzekerd schittert in onzekerheid.
Advies
Hadreas is nooit te beroerd om zijn Twitter- en Facebookvolgers te voorzien van wijze raad. Zo schreef hij 26 oktober op Twitter: “If you are ever self conscious I recommend acting and presenting as if you own the building you are in. I just did that to an entire mall.” Hij lacht even wanneer hij het terugleest: “Al die dingen meen ik wel serieus. Deze inzichten zijn nieuw voor mij, ze hebben mijn leven een stuk makkelijker gemaakt.”
Perfume Genius is voor een deel ook acteerwerk, legt hij uit: “De helft van mij gelooft in mezelf en in wat ik doe, de andere helft niet. Tot nu toe had die tweede helft de overmacht in mijn leven. Het deel dat twijfelde aan alles en bang was voor de wereld. Ik dronk veel, gebruikte drugs. Om te ontsnappen, denk ik. En ik dacht dat dat erbij hoorde.” In die periode maakte hij zijn eerste twee albums. Kleine, introverte pianoballads over persoonlijke thema’s die speelden in zijn leven.
Hoe anders klinkt het donkere, grootse ‘Too Bright’. Op de cover schittert Hadreas gekleed in een gouden top: “Met die onzekerheid heb ik proberen af te rekenen. Ik heb een album gemaakt waarin ik het deel dat in mezelf gelooft juist onder een vergrootglas leg. Dat voelt goed, moet ik zeggen. En dat doe ik ook wanneer ik op het podium sta: I have to feel like I own that building.”
Letterman
Een paar weken geleden maakte Hadreas met single Queen zijn televisiedebuut in de VS bij David Letterman. Er zijn slechtere plekken voor een tv-debuut, geeft Hadreas toe. Hij herinnert zich hoe hij als kleine jongen veel te lang opbleef om naar zijn televisieheld te kunnen kijken: “De zenuwen begonnen daarom ook al een week voor de opnames.” En niet alleen omdat dan hij oog in oog zou komen te staan met zijn jeugdheld: miljoenen kijkers in de VS zouden kennismaken met de rode lippen en de sashay, de uitvergrote manier van bewegen van Perfume Genius: “Ik zou liegen als ik zou zeggen dat dat idee mij niks deed”, zegt Hadreas. De oplossing? “Go up that stage like I’m the baddest bitch.”
En zo geschiedde. Hadreas stond er in een hagelwit pak. Roodgeverfde nagels, roodgeverfde lippen: check. Klaar om Amerika kennis te laten maken met zijn sashay: “En weet je? Ik kan me er niets meer van herinneren. Dat is een andere manier waarop ik omga met mijn zenuwen. Ik ben me net genoeg bewust van mijn optreden dat ik het kan doen, maar het gaat altijd in een waas voorbij.” Na afloop van de uitzending heeft de hele band de uitzending gekeken op een hotelkamer. “We zijn er onwijs trots op. De muziek klonk goed, ik heb bewogen zoals ik wilde en mezelf laten zien.”
De mening van het publiek interesseert hem weinig meer: “Commentaren op bijvoorbeeld YouTube lees ik niet. Ik wéét dat mensen shit over mij praten. Als ik alles zou lezen zou ik diep ongelukkig worden. Ik weet inmiddels dat het moment dat iedereen mij accepteert nooit zal komen.”
Toen Hadreas begon met schrijven aan zijn laatste album kwamen mensen naar hem toe met tips voor zijn carrière: “Mensen zeiden, ongetwijfeld met de beste bedoelingen, dat ik wat minder openlijk gay moest zijn. Dan zou ik meer gedraaid worden op de radio en zouden meer mensen mij op televisie willen. Dat maakt me kwaad. Niet dat mensen mij willen helpen, maar het frustreert me dat dit soort advies er blijkbaar toe doet.”
Hadreas vertaalt deze frustraties in muziek, zoals hij in ieder nummer iets behandelt wat speelt in zijn leven. I’m a Mother bijvoorbeeld, over het feit dat hij ooit nog kinderen wil. En Queen, als antwoord op deze goedbedoelde tips: “Die wakkerden een vuur aan en zorgden ervoor dat ik het meest gaye nummer ooit wilde schrijven. De homoseksualiteit moest ervan afspatten. En dat nummer bombardeerde ik tot eerste single. Precies om de reden dat mensen vonden dat ik minder gay moest zijn.”
Too Bright
Er staan weliswaar nog een aantal ballads op ‘Too Bright’, maar de man achter Queen met haar pompende baslijnen en grootste drums is heel iemand anders dan de man die weggekropen achter de piano de dood en misbruik bezingt. Hadreas lacht: “Al ben ik ook nog steeds een beetje die persoon. Maar als ik één nummer van het album zou mogen zijn, zou ik Queen kiezen. Badass en sexy, onverschrokken: iemand die trots is op zichzelf en niets geeft om wat anderen vinden. Het is een uitvergrote versie van wie ik zou willen zijn.”
Deze nieuwe sound op het album is ook toe te schrijven aan Adrian Utley van Portishead, die co-producer was: “Toen ik hoorde dat hij mee wilde werken stond de wereld even stil: de muziek van Portishead is een deel van mijn jeugd. De muziek achter mijn teksten begon een eigen leven te leiden.”
Het album was in de winter af en werd pas in september uitgebracht: “In die tijd heb ik alle mogelijke scenario’s in mijn hoofd afgespeeld: dat mensen het goed zouden vinden, dat niemand het iets zou kunnen schelen, of dat fans van eerdere albums afhaken omdat het iets nieuws is.” Geen van dat alles: ‘Too Bright’ is haast zonder uitzonderingen positief ontvangen: “Ik kan niet zeggen dat ik verrast ben want ik vond het zelf ook goed”, lacht hij. Maar dan steekt toch de onzekere Hadreas op, die waarschijnlijk nooit helemaal zal verdwijnen. “Maar ik moet er ook bij zeggen dat ik heel dankbaar ben dat het zo is gelopen.”