Interview

INTERVIEW: Girls Names


18 maart 2013

Girls Names is een vierkoppige band uit Belfast, opgericht in 2009 door gitarist/zanger Cathal Cully en drummer Neil Brogan toen ze Wavves hadden beloofd voor hen te openen. Een jaar later worden bassiste Claire Miskimmin en gitarist Philip Quinn toegevoegd aan de inmiddels voltallige band. Na het uitbrengen van verschillende releases op Slumberland Records komt dit voorjaar het album ‘The New Life’ uit.

‘Dead To Me’ is de titel van het debuutalbum van Girls Names dat verscheen in 2011. Een plaat waarop galmende vocalen het lo-fi geluid van bas- en gitaarloopjes vergezellen, op een opgewekte en frisse manier. Hier en daar een snufje psychedelica, of een mespuntje new wave zonder de donkere kleur. Niets mis mee. Maar tijdens optredens wordt momenteel geen enkel oud nummer meer gespeeld, zo vertelt zanger Cully: “De reden waarom het album ‘Dead To Me’ heet, is omdat de liedjes letterlijk ‘dead to me’ waren. Ik durfde het alleen niet hardop te zeggen, dus maakte ik er een albumtitel van. Gek genoeg werd er niet naar gevraagd, en kon ik het dus alsnog niet kwijt”, glimlacht hij.

Cully gaat verder: “We hebben zes maanden gespeeld met die plaat en waren de nummers op het eind hartstikke beu. Ik heb me verveeld op het podium”. Als tegenbeweging is daar ‘The New Life’, een album dat symbool staat voor een nieuw begin, met nummers waar de band voor altijd achter zal blijven staan, deels omdat ze continu veranderen. Improvisatie en experiment zijn belangrijke nieuwe elementen in het spel van Girls Names. Titeltrack The New Life, een donker en hypnotiserend spektakel van zeven minuten, is het eerste veelbelovende voorproefje. Bassiste Miskimmin: “Iedere keer dat we het spelen verandert het. Het heeft een goede groove, een hypnotiserende en terugkerende klank en een aanhoudende spanning”.

Moeilijk
Drummer Brogan vertelt over de eerste keer dat Girls Names het nummer speelde, in Belfast tijdens Kerst: “De bezoekers daar konden het niet aan. Het duurde te lang, het was te veel van hetzelfde. Je zag de aandacht verslappen, en veel aanwezigen vertrokken al voordat we bij de solo waren gekomen.” En inderdaad, je kan je afvragen of zo’n nummer niet alleen interessant is voor de jammende bandleden zelf. Cully vindt van niet: “Het is juist de uitdaging om het publiek zeven minuten te vermaken met een jam, met een riff die blijft doorkruipen maar die tegelijkertijd zoveel meer bagage met zich meebrengt. Het gaat om de verpakking rondom het stuwende ritme. Daarmee moet je het publiek grijpen”.

Miskimmin lacht: “Maar ik denk ook dat het publiek die avond er geen zin in had. Iers publiek is veel moeilijker dan hier. Ze zijn niet snel geamuseerd”. En daar zijn haar bandleden het roerend mee eens. Vooral Belfast blijkt een ware hel te zijn voor beginnende bandjes: “Er is een grote recessie gaande, dus de jeugd wil niet meer betalen voor optredens. Dat heeft tot gevolg dat de bands gratis moeten spelen, maar dat kunnen ze nooit lang volhouden. Wij hebben dat wel gedaan, maar er veel geld aan verloren. Dat is de keerzijde van het hele DIY-gedoe”, vertelt Cully. “Ons eerste optreden in Dublin heeft ons meer dan vijfhonderd pond gekost. Je hoopt dan dat je het ooit weer terug zal verdienen.”

Lege zaal
“Het heeft ook iets treurigs,” zegt Miskimmin. “Laatst speelde Iceage in Belfast en we besloten er met z’n vieren heen te gaan. Ze hadden Cathal nog gevraagd om te openen om zo meer publiek te trekken, maar hij moest nog werken. Toen we daar aankwamen waren we de enige bezoekers, samen met nog vijf mensen van het personeel. En de enige reden daarvoor is omdat er entree betaald moet worden”. Girls Names heeft vaak genoeg in dezelfde situatie gezeten, aldus Brogan. “Het uitwijken naar Dublin, en later ook naar Londen, heeft ons goed gedaan. De muziekindustrie zit daar op elkaar gehoopt, je merkt meteen het effect van een goed optreden. Hopelijk worden nog wat meer mensen wakker geschud als ‘The New Life’ uitkomt, ook in Belfast.”