Interview

INTERVIEW: Charlie Boyer & The Voyeurs


21 juli 2013

Het Londense label Heavenly Recordings blijft maar fijne bandjes tekenen, waar Charlie Boyer And The Voyeurs het laatste voorbeeld van is. Toch doet de band doet het weer heel anders dan de psychedelische labelmaatjes als Toy en Temples. Charlie Boyer klinkt namelijk veel meer rock ‘n roll en heeft de CBGB proto-punksound van eind jaren zeventig. Maar het moet vooral ook erg ‘sexy en glamorous’ zijn volgens frontman Charlie Boyer, die we spreken in of andere gekke Brightonse piano-bar.

Na een tijdje te hebben gekloot met allerlei landnummers, gaat uiteindelijk de telefoon over van Danny, een klein manusje van alles van Heavenly Recordings. Hij trekt de lange en ietwat achterover hellende frontman mee aan zijn jasje uit de kleedkamer, op zoek naar een rustig plekje waar we over de primitieve, sexy en glamorous rock ’n roll van Charlie kunnen praten. Iedereen krijgt een pint in de hand gedrukt en ‘we’re good to go’! Zo, waar is Charlie allemaal druk mee dan? “Ik ben gisteren bezig geweest met het mixen van een cover die we laatst hebben gedaan, Sister Ray van The Velvet Underground. We hebben een elf minuten durende versie die we live opgenomen hebben. Het nummer wordt exclusief op vinyl uitgebracht en gisteren hebben we hem zo luisterbaar mogelijk proberen te mixen, vandaag wordt ‘ie gemasterd.” Alright then!

Who is Charlie Boyer?
Wij kunnen er van alles over schrijven, maar hoe omschrijft de frontman zijn eigen muziek eigenlijk? “We maken simpele en primitieve rock ’n roll. Het is erg Engels en een beetje excentriek en redelijk glamorous.” En waar komt die glamour dan vandaan? “Het komt niet specifiek ergens vandaan, het komt denk ik ook wel voort uit het feit dat er nog zo weinig glamour is bij de bands tegenwoordig. We worden vaak vergeleken met bands uit de jaren zeventig en daar luisteren we zelf ook wel veel naar. Heel veel bands creëerden echt hun eigen wereld met een hoop vuige, maar ook realistische aspecten en daar hou ik erg van.” Naar wat voor muziek luisteren Charlie  en de Voyeurs zoal als ze op tour zijn? “Van alles en nog wat natuurlijk, maar voor mij is de grote top drie wel: Lou Reed, Syd Barrett en Marc Bolan. Definitely.”

Hoe is de songwriter uiteindelijk in deze stroming terecht gekomen? “Toen ik een tiener was, werd ik heel erg aangetrokken tot vrouwen, drugs en rock ’n roll, zoals zoveel tienerjongens. Ik wilde destijds heel graag een platenspeler en mijn vader kocht er eentje en gaf mij wat platen van hem, om zo mijn collectie te starten. Daarvan was ‘Piper At The Gates Of Dawn’ van Pink Floyd wel echt een startpunt was voor mij. Vanuit daar ging ik naar The Ramones en New York Dolls en kwam ik in de muziek die ik graag wilde maken: primitieve en sexy muziek.”

‘Clarietta’
Zijn debuutalbum is inmiddels uit, wat vindt Charlie van het eindresultaat? “Ik vind het echt een te gekke plaat geworden, het is echt een plaat geworden van een band die, tijdens het opnemen, pas zo’n negen maanden bij elkaar is. Dat kan je horen en dat vind ik ook tof eraan. Het is heel erg ongepolijst en echt een tijdsdocument van een jonge en frisse band. We hebben bijna alles live opgenomen, zonder veel overdubs of allerlei andere, losse instrumenten, het is echt het geluid van onze band en meer niet.” De debuutplaat is er inderdaad eentje die snel gemaakt en opgenomen is, hoe ging dat proces? “We zijn gelijk gaan schrijven van juli tot en met september en hebben drie weken in januari opgenomen. Dat is ook wel een niet-muzikale overeenkomst met andere bands op het label, dat we er echt van houden om hard te werken en zaken snel op de rit te zetten, dat houdt het ook spontaan.” Wordt er dan ook al gewerkt aan een tweede? “Yeah!”

Goed, nog even terug naar de eerste. Voor deze plaat ‘Clarietta’, schakelde hij de hulp van Edwyn Collins in als producer, wat deed hij met de muziek? “Hij heeft vooral veel invloed op de sound gehad, daar is ‘ie echt fantastisch goed mee. Ik wilde graag een crunchy, maar wel solide geluidsmuur en daar zijn we mee aan de slag gegaan. Ook wist hij het tempo van de nummers en het album goed in de hand te houden en dat is soms nogal belangrijk voor een jonge band. It’s all about dynamics!