Live

De donderdag van Eurosonic: zoeken naar nieuwe hits in grote zalen, kleine zaaltjes, een kerk en een stinkend studentenhol


19 januari 2018

The Daily Indie is, hoe kan het ook anders, op Eurosonic Noorderslag dit (lange) weekend! Terwijl je in de rest van muzikaal Nederland deze dagen een bom kan laten afgaan, is Groningen the place to be voor het checken van de muzikale beloftes van 2018. We hopen dan ook je brandende vragen over de indie-anno-2018 te beantwoorden. Wat zijn de trends, waar zit de vernieuwing, zijn de harde gitaarbands dood? Je leest het hier in onze dagelijkse reportage vanuit het Hoge Noorden.

Tekst Bart Breman & Robin van Essel
Foto’s Oscar Anjewierden

Hater – © Oscar Anjewierden

Op Eurosonic zie je hippe gitaarbandjes, her en der wat electro en er is altijd wel een nieuwe popster vinden die het gaat maken. In de eerste categorie valt Hater, uit Zweden. De vier hippe millennials zijn erg jong, serieus en vooral op zoek naar een eigen geluid. De galmende, dromerige gitaarpop is aardig en de hese zang van Caroline Landahl is een pluspunt. Onderscheidend is het nog nergens, maar dat zal met de jaren wel komen. Voor nu speelt Hater iets te geforceerd hun helden uit de jaren tachtig na. Hetzelfde euvel ondergaan de Italiaanse postpunkers van Husky Loops. Het is puntig, snoeihard en szichofreen als een eighties horrorfilm, maar mist eveneens nog wat eigen smoel.

Husky Loops – © Oscar Anjewierden

En dan heb je natuurlijk ook de categorie bands die een showcasefestival eigenlijk al ontstegen zijn zodra ze er staan. De zaal van het Grand Theatre is dan ook niet grand genoeg voor het Deense Off Bloom. Het trio was genomineerd voor een EBBA, is stevig meegelift op het succes van land- en genre-genote MØ, maar dan muzikaal wat platter. Dat maakt het niet slecht, trouwens. De door AlunaGeorge en Major Lazer geïnspireerde trap-beats bevatten tussen de lagen door zat melodie, die in combinatie met de energieke (en prima) zangeres Mette Mortensen op een of andere manier toch heel integer aandoen. En dansbaar, ook. Het publiek in het Grand Theatre laat zich dan ook graag verleiden tot handjes-in-de-lucht-en-nu-allemaal-springen op de absolute bangers als Golden Dreams of Falcon Eye. Qua gelaagdheid en volume is Off Bloom bij wijze van nu al klaar voor de AFAS Live. Als het doel van Eurosonic is om bands met dergelijke potentie neer te zetten (en dat lijkt ons van wel), is dat hier zeker gelukt.

Off Bloom – © Oscar Anjewierden

 

We Like We – © Oscar Anjewierden

We Like We in de prachtige Der AA-kerk klinkt ook alsof het al over behoorlijk wat ervaring en training beschikt. Het Deense gezelschap is volledig in controle over hun instrumenten en zangstemmen. Vooral de zang van Katinka Vogh Findelev is diep indrukwekkend. Muzikaal is het  één van de grootste buitenbeentjes. De neo-klassieke composities met cello, viool en hypnotiserende samenzang zijn betoverend mooi. Voor een jaren durende klassieke scholing zal Alma haar neus waarschijnlijk ophalen. De 21-jarige Finse wil hits, en wel nu. Dat straalt ze uit, met haar geel geverfde haar en stoere podiumpresentatie. Het zal er zeker ook wel van komen: ze werkt samen met Charlie XCX en haar stuiterende electropop heeft de nodige hitpotentie. Maar in tegenstelling tot Sigrid gisteren zal Alma er hard voor moeten werken. Haar stem is dun en zonder de nodige galm en back-upzang van haar collega redt ze het niet. Daarbij zijn de liedjes ook wel heel erg gewoontjes en dertien-in-dozijn.

Alma – © Oscar Anjewierden

Housewives zal van zijn levensdagen nooit een hit scoren: ze doen er alles aan om dat te vermijden. In Vera proberen ze bezoekers te stangen met noise en freakjazz. Het schuurt en dronet aan alle kanten en het publiek staat er wat vertwijfeld bij te kijken. Een echt idee lijkt er niet achter de muziek te zitten: het kabbelt maar wat voort. Verveling kan toch niet het effect zijn wat ze hoopten te bereiken. Veel gerichter te werk gaat Blind Butcher, uit Zwitserland. In het News Café trekken ze zich niets aan van het marketingteam van een whiskeymerk, dat gratis drank uitdeelt en photoshoots doet met een dame in een kort rokje. Blind Butcher klinkt als The Cramps, die hebben bedacht dat ze liedjes van Kraftwerk gaan spelen. De ietwat onwaarschijnlijke combinatie van rockabilly en krautrock zal ze geen beroemdheid opleveren, maar het werkt als een trein. Het is uiterst opzwepend, energiek en dansbaar.

Het beruchte studentencorps Vindicat kreeg enkele jaren geleden een nieuw gebouw aan de Grote Markt, waar zoals altijd optredens te zien zijn. Inmiddels stinkt het vertrouwd naar verschaald bier en braaksel. Hopelijk hebben dames van The Magnettes een ander toilet tot hun beschikking, want het toilet voor de bezoekers is verontrustend smerig. De muziek van de roodgejurkte dames houdt overigens niet over. Achter de danspasjes en kirrende zang zit volstrekt inwisselbare pop verstopt, die je al vergeten bent nog voordat het optreden is afgelopen. Een stuk beter gaat het Hannah Williams & The Affirmations af in de Stadschouwburg. De sympathieke Britse en haar band doen aan soul en dat werkt heel behoorlijk. Ze heeft een mooi geluid, de juiste attitude en aantal goede liedjes. Toch komt het niet helemaal uit de verf. Eigenlijk is Williams’ stem iets te dun voor de dik doortimmerde soul en zijn niet alle nummers even goed. Het zou werken als de band alles een toontje terug zou schroeven en ietsje rustiger aan zou doen.

Housewives – © Oscar Anjewierden

We eindigen met Zeal & Ardor in Vera. De Zwitserse formatie rond de satanistische opperpriester Manuel Gagneux geldt al een tijdje als belofte, en toegegeven: de vervreemde combi van black metal, gospel en hiphop is uitmuntend in zijn originaliteit en het gezelschap zelf is net zo lekker over de top theatraal als de blackmetalbands die soms doorklinken in de dubbele basdrum. Maar dat is dan ook waar elke referentie aan dat genre ophoudt. Verder is Zeal & Ardor een beetje ongemakkelijke (en dus geen slechte) mix van poppy hardrock, country en op moobathon (ja, dat genre noemden we echt) gestoelde weirde melodiebreaks. En dan met gospel-samenzang. Hoeveel gimmicks en genres kun je combineren zonder dat het niet over de top gaat, zou je zeggen. Zeal & Ardor maakt metal extreem toegankelijk en doet het ongetwijfeld heerlijk op elk festival (zoals je al kon zien op BKS afgelopen zomer), maar om nou te stellen dat dit de redding is van de gitaarmuziek? Neuh.


 

Lees hier de overige verhalen van ESNS18 terug:

Woensdag –  VrijdagZaterdag (Noorderslag)