New Music

In première: Talking ‘bout Roses van Benedict, als alles de revue gepasseerd is en je denkt: ‘Wat als?’


18 juni 2019

Vandaag hebben we de eer om de video bij Talking ‘bout Roses van Benedict als eerste met de wereld te mogen delen. Dit project van de 38-jarige Martijn Smits is een genot voor fans van Nick Cave en zal niet alleen zijn liefhebbers aanspraken, maar ook die van van loom georkestreerde liedjes vol smeulende zielepijn.

Het leven van de meeste mensen gaat niet over rozen en die van Smits eveneens niet. Een aantal jaren geleden zette hij een punt achter zijn relatie en uit de smeulende as kwam langzaam Benedict omhoog gekropen. De muzikant die altijd wel op een podium was te vinden, trok de gordijnen in zijn Amsterdamse woning dicht en schreef. Persoonlijke verhalen over depressies, jeugdtrauma’s en de liefde die zomaar kan verzanden.

Een van de resultaten is het liedje Talking ‘bout Roses, een schitterend verstild nummer waar de zang van Smits op de melancholische piano-tonen rust en de zanger klinkt alsof hij er al drie levens op heeft zitten. Volgens Smits gaat het liedje over het volgende: “Bitterzoete liefde van een oude man voor een vrouw waar hij gelukkig mee is, maar ondertussen denkt aan alles wat de revue gepasseerd is. Hoewel vrede met de situatie, denkt hij nog vaak: ‘Wat als?'”

Voor nog veel meer over zijn muziek, de video en de toekomstplannen, spraken we er met Smits over.

Martijn: waar ben je allemaal mee bezig op het moment?
Hey there, uhm: schrijven. En ik ben druk met het maken van een nieuwe video voor deze plaat. Er zijn er nu twee klaar. Die derde is in wording en daar hebben we sinds vandaag een tof idee voor. Ik werk al een tijd samen met Bowie Verschuuren, ik heb hem ontmoet als de bassist van The Vagary. Ik was toen een tijdje de manager van de band. Leuke tijd, toffe gasten.”

“Daarnaast heb ik samen een plan gemaakt voor nieuw werk gemaakt met Mart Jeninga en Benjamin Rheinländer, die spelen bij onder meer Celine Cairo en HAEVN. Ik schrijf veel en graag, en het idee voor de nieuwe plaat is er. Er zijn al redelijk wat nummers die ik wederom gestalte geef met Mart en ditmaal dus ook Benjamin. Heel cool vind ik dat. Ik heb onwijs veel zin daarmee aan de slag te gaan. Daarnaast hebben we in augustus een eerste show staan en hiervoor moeten we nog wel het een en ander uitzoeken, lees: repeteren. Ik geloof dat ik daar wel zin in heb. Het is een tijdje geleden dat ik een show heb gedaan.”

“En natuurlijk moet er ook brood op de plank dus doe ik zo nu en dan klussen voor events. Programmeren, produceren, regisseren in grotere en kleinere maten. Ik ben daarin onlangs een bedrijfje begonnen met vrienden waarin we ook kunnen voorzien in video, animatie, muziek: eigenlijk alles wat je op het podium ziet tijdens zo’n event. Ook erg cool. Die hele mix van audio en visuele middelen, verhalen vertellen, een show neerzetten, dat vind ik gruwelijk. En ik ben begonnen met het zelf monteren van video’s, ook een eindeloze wereld van mogelijkheden waarin je jezelf helemaal kunt verliezen. Heerlijk, dus. Verliezen.”

Kun je ons wat meer vertellen over het ontstaan van Benedict?
“Uhm. Jazeker. Ik ben er al een tijdje mee bezig. Als in, ik besloot op een dag dat ik zelf liedjes wilde gaan schrijven. Ik was klaar met het zingen van andermans werk, wilde mijn eigen verhaal vertellen. Bovendien wilde ik iets nieuws doen, iets nieuws leren, een lat neerleggen voor mezelf die ik eigenlijk niet zou kunnen halen.”

“Flashback. Toen ik achttien was en op Lowlands stond, had ik niet per se het idee dat ik dat ook muziek wilde maken. Ik was daar toen nog niet zo mee bezig. Wel met podium-, toneel- en theaterdingen maar niet zelf schrijven. Ik had er niet echt over nagedacht dat dat tot de mogelijkheden behoorde. Toen ik 29 was, dacht ik: ‘fuck die shit, ik ga het zelf doen!’ Dus heb ik mijn baan opgezegd en ben ik op zolder gaan zitten om liedjes te maken in plaats van naar werk te gaan. Ik kon er geen zak van, maar dat wist ik toen nog niet. Ik werkte met veel mensen samen en dat draaide altijd uit op niets. Ik wist wel wat ik wilde, alleen kon ik het niet uitleggen. En wat er uitkwam was nooit goed genoeg om mee het podium op te stappen.”

“Toen het uitging met m’n vriendin, ik was geloof ik 31, ging de focus helemaal op de muziek. Ik ging meer schrijven, meer oefenen, meer maken, meer samenwerken, meer leren, meer gitaren, meer avonden thuis, meer oefenenen, meer leren, meer ontdekken wat je allemaal niet weet. En minder vrienden, minder sociale dingen, minder festivals, minder concerten. Beetje cliché allemaal, maar alle keuzes die ik sindsdien heb gemaakt stonden in het teken van het maken van muziek. Van de bijbaantjes tot aan de mensen die ik sprak in de avond. Beetje obsessief.  Een veelvraat. Alles stond in het teken van muziek.”

“Via-via kwam de juiste mensen tegen. Mensen die bij paste bij wat ik wilde maken. Sprongetje: Mart en Pieter zijn daar hele goede voorbeelden van. Mart ontmoette ik omdat ik een projectje van hem probeerde te boeken. Na twee slokken bier bleken we exact dezelfde bands te luisteren en besloten om een dagje onszelf op te sluiten om een demo te maken. Dat klikte en groeide naar meer en meer. Pieter Vonk (producer, red.) ontmoette ik doordat ik helemaal verliefd was op het nummer Slowmotion van Bombay. Via Simon Akkermans (Bombay-producer, red) kwam ik bij hem terecht om te vragen of hij twee nummers voor mij wilde mixen. In diezelfde periode had ik met Mart een plan gemaakt een plaat te maken. Tijdens dat traject kwamen we erachter dat een producer het naar een nog hoger plan zou kunnen tillen en zo geschiedde. Voor je het weet heb je een plaat gemaakt. Grapje. Dat is dus echt tering veel werk. Ik heb nog lang zitten bakkeleien over de naam. Hoge piefen in industrie vonden er ook van alles van. Uiteindelijk besloten het zo te laten. Het is goed zo. Goeie naam, past bij de songs, bij wie ik ben, bij het plaatje wat ik neer willen zetten. Allemaal geen toeval natuurlijk. Enfin.”

Wat kunnen jullie allemaal kwijt in dit project?
“Veel. Zo niet alles. Heel veel energie in de breedste zin van het woord. Het vette van zo’n project is dat je er achter komt dat je zoveel niet kunt. En ik vond dat altijd heel erg, eigenlijk nog steeds. Maar gaandeweg realiseer ik mij dat dat gevoel bij veel mensen speelt en ook allemaal denken dat ze dingen niet kunnen. Dat vind ik chill. Dan kom ik er weer achter dat ik niet gek ben.”

“Het tofste – heb ik ontdekt – vind ik wel het schrijven van liedjes. Gitaartje op schoot en soms ook een piano, leeg blad en ellenlange verhalen uitspinnen. Dat vind ik het tofst. Het schrijven is wel een uitlaatklep. Veel verdwijnt ergens op een Google-server, maar daartussen komt altijd wel iets bovendrijven dat blijft plakken. Op deze plaat staan veelal autobiografische nummers en er zit nogal de nodige misere in maar dat moest er ook uit. Ergens geloof ik wel dat het mij geestelijk gezond houdt. Whatever that is. Het is in ieder geval mijn hoofd uit.”

Over de single Talking ‘bout Roses: waar gaat die over voor jullie?
“Bitterzoete liefde van een oude man voor een vrouw waar hij gelukkig mee is, maar ondertussen denkt aan alles wat de revue gepasseerd is. Hoewel vrede met de situatie, denkt hij nog vaak: ‘Wat als?’ Wat ik voor mij zie toen ik het schreef, is een heel klein huisje, op een soort van Schotse heuvellandschap met hoog helmgras, er zou een kabouter kunnen wonen. Een huisje met het hekje er om, binnen ligt een krant op tafel, borden met eierschalen een halve kop koffie, een stenen vloer, een oude oven en een grote houten tafel. De deur van de keuken staat open en daar zie je een onopgemaakt bed met witte lakens waar net nog is gevreeën. Een douche klettert en iemand loopt door het huis te rommelen in zijn ondergoed op zoek naar een laatste stukje brood. Dat zie ik… wat zie jij?”

Hoe zit het met de video: hoe kwam die tot stand?
“Lang verhaal. Heb je daar nog zin an? Ik heb al vaak met Bowie samengewerkt. We leren elkaar steeds beter kennen, ook creatief gezien. Ik wilde het vooral niet te moeilijk maken, dus hadden we het idee om naar Berlijn te gaan en daar een soort van over-straat-loop-video te maken. Is daar een naam voor? Ik zou de nacht uitkomen en ik zou iemand ontmoeten. Een Amerikaanse vriendin van mij woont daar en is tangodanseres. Ergens leek het mij cool om een ontmoeting van twee mensen te vangen in die video. Ik zou de nacht uitkomen, zij zou de dag ingaan, we zouden elkaar op straat tegen het lijf lopen… en die ontmoeting zou van alles open laten. Alleen… Bowie kon plots niet mee naar Berlijn  vanwege verschillende redenen. Ik wilde koste wat kost toch gaan, want die video moest er komen. Toen ben ik samen met een vriend van mij, Teun, toch gegaan en hebben we 48 uur non-stop gefilmd. Met dat materiaal naar Bowie gegaan. Bowie de video gemaakt. Ik niet tevreden. Alles opnieuw, rondjes lopen in het Vondelpark en een nieuw verhaal verzinnen. Het materiaal was ‘oké’ dat er was, maar niet goed genoeg. Niet gruwelijk. Het was op een bepaalde manier, te… obvious, maar raakte kant nog wal.”

“Dus. Rondjes lopen Vondelpark nog een rondje extra en langzaam maar zeker ontstaat er dan iets nieuws. We hadden het artwork al geschoten en ik dacht: ‘We kunnen die setting nog een keer nabouwen maar dan de XXL-versie.’ Dus heb ik mijn hele huis ingepakt met grote witte doeken van drie bij zes meter, beamers gehuurd, licht gehuurd en Bowie gebeld wat we zouden gaan doen. Hij was enthousiast. Toen bij binnen kwam was hij helemaal verbaasd over de hele set die ik had opgebouwd. Het was ook wel gruwelijk moet ik zeggen. Bowie is echt een kanjer. Ik houd van die gast zijn werk. En Teun niet te vergeten. Zonder hem zou het niet zijn geweest wat het niet is. Buiging voor die man.”

Wat zijn de plannen voor de rest van het jaar?
“De plaat komt uit, dat is het plan althans. Er moet nog een ietsiepietsje klein beetje aan gebeuren, maar in principe zijn we good to go. Dat is één. Dan komen er ergens tussen augustus en oktober nog een paar singles met video’s uit, is de verwachting. Ondertussen lekker werken aan nieuw werk. Hopelijk wordt dit goed ontvangen zodat we her en der mogen komen spelen.”