Album Review

A. Savage is even terug in Texas, maar is het venijn van Brooklyn nog niet verloren


30 december 2017

Ken je dat, dat je na al het jaarlijstjes-geweld van begin december toch altijd nog een paar van die pareltjes ontdekt die je om één of andere reden compleet gemist had? Daarom brengt The Daily Indie je deze week traditiegetrouw nog ode aan een aantal briljante, tot nu toe compleet overkeken albums. Zodat er ook op de valreep van de jaarwisseling nog genoeg goede muziek te ontdekken valt. En hoewel er zat subtiele gitaarplaten te vinden waren in de eindejaarsoverzichten, miste redacteur Ruben van Dijk toch vooral het album van A. Savage.

Tekst Ruben van Dijk

 

Ze serveren geen bagels in Denton, Texas, zo leerden wij in 2013 van Andrew Savage dankzij het verrassend getitelde Donuts Only. Zoals ook het album Denton After Sunset van Savage’s oude band Teenage Cool Kids, was deze track een document van zijn Texaanse wortelen; een verknipte ode aan een strenggelovige stad, waar men de psalmen zingt onder het genot van een zacht biertje.

Donuts Only was de laatste in zijn soort, alvorens Savage zich met Parquet Courts volledig op het New Yorkse leven stortte – daar waar hij stoned and starving door de straten kan slenteren, zich omringd door miljoenen mensen alleen kan voelen, en de keuze heeft tussen duizenden snacks, bagels incluis. Met Parquet Courts liet Savage zich vervoeren in het metropolitaanse, maar voor zijn eerste soloplaat ging hij heel even terug.

Terug naar Texas, waar Andrew Savage zijn winter doorbracht, als we de vooruitgesnelde single Winter In The South mogen geloven. “Two weeks on the lam, now I’m back at home again / Nowhere to run but the page”, zingt de inmiddels volwaardige Brooklynite over het korte wederzien met zijn geboortestaat, dat hem bracht tot het schrijven van Thawing Dawn, een album dat de lens meer dan ooit richt op zijn geest en genialiteit.

 

Op de vlucht voor het grootstedelijke, was Savage eveneens verliefd, en dus zijn de teksten intiemer en persoonlijker dan ooit, zeker nu er na zijn vele bandprojecten (naast Teenage Cool Kids en Parquet Courts speelt Savage ook in Mothers of Invention-soundalike Fergus & Geronimo) op de poëzie geen rem meer zit. Breekbaar is een understatement voor Wild, Wild, Wild Horses: een beschonken ballade waarop Savage eindelijk de woorden lijkt te hebben gevonden om de liefde aan zijn Alice te verklaren: Eu te amo tanto and I’m not quite sure what to do.” Zijn lief stelt hem gerust, zoals een lokale kroeg in Texas dat zou doen. Zoals een bluejay een liedje nodig heeft om op een zonnige zomernamiddag te fluiten, zo kan Savage niet zonder haar. Het zijn dergelijke pastorale analogieën die Thawing Dawn domineren, met teksten die soms zoetsappig zijn, maar vaker nog vakkundig en meeslepend cliché.

 

“Hoewel de postpunk-mastermind van het door hemzelf gebaande pad afstapt en zich met de cowboylaarzen aan van een traditionelere sound bedient, zijn de wilde haren er nog altijd”

 

Maar er zijn rafelrandjes, want zonder zou een plaat van Andrew Savage niet compleet zijn. In de liefde is hij overtuigd en soms glinstert de gelukzaligheid, maar dat sluit niet uit dat innerlijke complicaties soms de kop opsteken. Tussen de zonovergoten country-westernsongs schiet Savage op What Do I Do volledig uit de bocht, alsof hij even zijn ogen sluit en plots weer met Austin Brown, Sean Yeaton en Max Savage op het podium staat: jengelend gitaarwerk, op het hoogtepunt niets meer dan een hartkreet. En op Untitled snikt hij, is de zon opeens allesverzengend en praatschreeuwt Savage met niets meer dan een orgel op de achtergrond over de dood en hoe deze de zij-persoon aan flarden scheurt. Gelukkig neemt de daaropvolgende track vrolijkere vormen aan en wordt Thawing Dawn beklonken met een dartelende orgelpartij, hoe venijnig de teksten soms nog kunnen zijn.

En dat is wat Thawing Dawn maakt, een venijnige mix van ‘the softness of a thawing dawn/ And the hardness of regret‘, zoals Savage zijn soloplaat beklinkt. De zon begint te schijnen over een geromantiseerde versie van Texas, maar vanuit zijn slaapkamer in Brooklyn schemert ook de twijfel door. Hoewel de postpunk-mastermind van het door hemzelf gebaande pad afstapt en zich met de cowboylaarzen aan van een traditionelere sound bedient, zijn de wilde haren er nog altijd. Een intermezzo is A. Savage dan ook – want ondertussen draait Parquet Courts in aanloop naar het volgende album (weer) overuren – maar een significant intermezzo niettemin.