Op 6 april kun je in het Deventer genieten van de voorlopig enige Nederlandse clubshow van Warhaus. Het optreden is ook nog eens het begin van een lange gloedvolle samenwerking tussen het Burgerweeshuis en The Daily Indie – tenminste, als het aan ons ligt. Reden genoeg om eens te bellen met het brein achter het prachtige We Fucked A Flame Into Being van vorig jaar.
Op 6 april speelt Warhaus samen met Tamino op een The Daily Indie Presents-show in Het Burgerweeshuis. Onze leden krijgen korting, word hier lid!
Maarten Devoldere klinkt opgewekt, maar is lang niet altijd verstaanbaar. Uit het achtergrondgeluid onderscheiden we vooral wind, ruis en af en toe een kinderstem. Daarbij slikt Devoldere, al ware hij een Vlaamse Groninger, af en toe het laatste gedeelte van zijn woorden in. Vervelend, maar de vrolijke Vlaming vergoedt een hoop met zijn tomeloze beleefdheid. Devoldere geniet met Warhaus nog even van een maand verlof. Hij blijkt net uit het zwembad geklommen en wandelt terwijl we bellen door zijn woonplaats Gent.
Je bent nu halverwege de sabbatical van Balthazar, de band waar je al sinds 2004 in zit. Ben je al gewend geraakt aan het zijn van Warhaus?
“Ja, om eerlijk te zijn, went alles heel rap. Het is wel een gekke situatie, want Warhaus ben ik eigenlijk maar heel kort. Binnenkort duiken we weer de studio in met Balthazar en ik denk dat dat echt weer wennen wordt. Jinte zijn soloplaat moet nog uitkomen, daar wachten we nog op (Balthazar-zanger en gitarist Jinte Deprez startte soloproject J. Bernardt – red.). Als alle soloplaten zijn uitgekomen, beginnen we weer aan Balthazar.”
Voelt een show met geesteskind Warhaus nog anders dan een Balthazar-show?
“Ondertussen valt dat wel mee. Ook omdat we toch wel wat getourd hebben nu, door Europa. Op een duur kun je er wel mee werken, want het went. Maar in het begin was ik wel echt heel zenuwachtig. Ze verwachten dat je uw ervaring vanuit Balthazar meeneemt, maar zo werkt het niet. Het eerste Warhaus-optreden voelde ik me echt weer zeventien jaar. Ik had een throwback naar de eerste keer dat ik met Balthazar op het podium stond.”
Wat zijn tot nu toe de hoogtepunten van de tour geweest, waar ben je het meest trots op?
“Oost-Europa was heel speciaal. We hebben in Oekraïne gespeeld, in Kiev. Het was heel raar om daar te zijn. Er was best wel veel publiek, terwijl we dachten dat er niemand zou zijn door de omstandigheden en omdat niemand ons kent. Maar iedereen was ontzettend enthousiast, dat was ook in Polen en Tsjechië zo. Oost-Europeanen zijn net iets uitbundiger.”
Is het harder gegaan dan je vooraf gedacht had?
“Ja, eigenlijk wel. Ik had het niet verwacht, anderzijds heb ik er op voorhand ook niet echt in concrete termen over nagedacht. Ik had niet echt een doel voor ogen. Ik wilde gewoon een plaat maken en verder zal het allemaal wel. Balthazar is natuurlijk al succesvol, dus er zat bij mij totaal geen druk. Het voelt echt als een soort hobbyproject en totaal niet iets als wat commercieel moet slagen.”
Warhaus ben je met je meisje Sylvie Kreusch (Soldier’s Heart). Verandert dit de dynamiek van jullie relatie?
“Ze gaat niet altijd mee op tour en dat is maar goed ook. Als we altijd samen op tour zouden zijn, dan komt dat niet goed. Te veel business and love mixed up. Touren met de boys heeft iets charmants. En een koppel in de band is ook niet ideaal voor de andere bandleden.”
Vorig jaar las ik een interview waarin je zei: de beste Warhaus-show komt nog. Heb je het idee dat je nu een perfecte show kunt spelen?
“Het is nog in ontwikkeling en dat is ook heel tof. Het is een luxe om met deze muzikanten te spelen, want die improviseren heel veel. Maar nee, ik denk dat we nog niet aan ons limiet zitten. Je bent nog altijd opzoek naar bepaalde klanken.”
Een ontwikkeling die stopt zodra Balthazar weer begint. Heeft Warhaus überhaupt een toekomst?
“Misschien wel. Het is nog wel vroeg om het daarover te hebben. Ik bekijk het plaat tot plaat. Het eerste dat ik nu weet, is dat Balthazar weer op mijn agenda komt en dan zal ik wel zien waar ik zin in heb. Maar ik vind het raar om het er zo over te hebben. Ik ben muzikant geworden om vooral niet te veel op voorhand te plannen. Het is wel zo dat ik niet stil kan zitten. Het bezig blijven is gewoon een soort therapie.”
“Ik kijk er ook zeker niet tegenaan om weer aan Balthazar te beginnen. Het plezier zit ‘m in de afwisseling. Nu heb ik vooral zin om verder te gaan met Warhaus, maar dat is ook waar dit jaar voor is. Maar tegen dan zou ik het waarschijnlijk ook weer tijd vinden om iets anders te gaan doen. Te veel routine is dodelijk voor de creativiteit”
Kun je nog elementen uit Warhaus meenemen naar Balthazar?
“Dat moet sowieso wel gaan lukken. Ik denk dat eenieder van ons veel aan het leren is nu. Het interessante is dat Jinte en ik totaal verschillende richtingen op gaan. Hij maakt iets elektronisch, heel modern en ik maak juist iets heel klassieks. We zullen zien welke invloeden er overeind blijven op de volgende plaat.”
Toch niet overeind blijven in de letterlijke zin?
“Nee, we zijn als personen allemaal rustig. We zijn geen Fleetwood Mac-achtige band die veel overhoop ligt. Het is wel redelijk relaxed. Het zou wel kunnen dat we nog meer samen gaan schrijven. We zijn nu allemaal iets voor ons zelf aan het doen, maar het bandproces heeft ook zijn charmes. Daarin moet je samenwerken, elkaar herontdekken.”
Laatste dingetje: in je teksten ben je erg maatschappijkritisch. Waar ergerde je aan toen je vandaag de krant opensloeg?
“Het soort arrogantie tegenover andere manieren van leven, zoals religie. Het is alsof de weg tussen werelden is verlegd. Ik vind het altijd heel raar dat iedereen gelooft in zijn eigen kleine wereldje.”
Hopelijk niet toevallig de sportpagina opengeslagen?
“Jawel, ik heb het gezien (lachend). Jullie zijn niet zo goed bezig he? Voetbal interesseert me eigenlijk niet zoveel, maar Nederland deed het altijd zoveel beter dan België. Dus voor ons wel een keer leuk dat het anders is.”
Meer van dit soort verhalen blijven lezen? Word lid van The Daily Indie (en ga meteen met €3 korting naar Warhaus in het Burgerweeshuis!)