Interview

INTERVIEW: Wolf Alice


2 juli 2015

Het gaat snel met de Britten van Wolf Alice: zo stonden ze op het prestigieuze Glastonbury, verzorgden het voorprogramma van Alt-J, stonden ze op de eerste en afgelopen editie van Best Kept Secret en waren een van de headliners op London Calling 2014. Dat allemaal zonder album op zak.

Wolf Alice is een dag in Nederland om te praten over debuutalbum ‘My Love Is Cool’. The Daily Indie ontmoet zangeres Ellie Rowsell en bassist Theo Ellis bij Caroline Benelux in Amsterdam aan het Leidseplein. Rowsell draagt een wollen trui en spijkerbroek. Het contrast kan bijna niet groter zijn met de punkoutfit van Ellis. Op tafel ligt typisch ongezond rock-‘n-rollvoedsel voor bands: Haribo. Rowsell en Ellis nemen gretig aftrek van de snoepjes en spoelen ze weg met bier.

My Love Is Cool
Voorafgaand aan het debuutalbum ‘My Love Is Cool’ bracht Wolf Alice al twee EP’s uit. Ziet de band een verschil tussen het maken van een album en een EP? “Het grootste verschil is dat we nu meer tijd hadden voor het opnemen”, begint Ellis. Rowsell: “Dat klopt, alhoewel we in die tijd natuurlijk wel meer nummers moesten opnemen dan bij een EP.” Na lang fronzen, trekt het duo de conclusie dat een album gewoon veel enger is: voor een eerste indruk krijg je geen tweede kans. “Met een EP werk je als het ware naar dit album toe, maar de beleving is niet heel anders. Je wil nog steeds dat je muziek zo goed wordt als het maar kan zijn”, zegt Ellis, terwijl hij op een snoepje kauwt. “Op je EP moet je wat dapperder, wilder en veelzijdiger zijn. Voor het album wilden we wat meer gebalanceerd overkomen.”

The Beatles
De muziek van Wolf Alice kun je met een gerust hart veelzijdig noemen. De Britten begonnen als folkband, verkenden daarna de grunge en op het nieuwe album staan zowaar popliedjes. Op het nummer The Wonderwhy hoor je Rowsell zelfs rappen. Verhult dit een moeizame zoektocht naar een eigen geluid?  “Ik denk dat we onbewust wel op zoek zijn”, zegt Rowsell. “We worden continu geïnspireerd door allemaal verschillende dingen. Als we op een dag een geluid vinden dat we willen houden, zou het geweldig zijn. Als dat niet gebeurt, ook best.”

Ellis knikt instemmend: “Weet je, The Beatles hebben eigenlijk ook nooit een eigen geluid gevonden. Die hebben zoveel verschillende dingen gedaan. Neem ‘Sgt. Peppers Lonely Hearts Club Band’. Die plaat is compleet anders dan zijn voorgangers. Maar toch zijn het The fucking Beatles. Elk album is uniek en fantastisch. Zelf vind ik het ook leuk om te experimenteren in de studio. We willen ons niet tot enkel drums, gitaar en basgitaar limiteren. Op ‘My Love Is Cool’ hebben we bijvoorbeeld een viool, een synthesizer en een shaker verwerkt. We waren voor ons doen bijzonder experimenteel.”

Welke band vormde de grootste invloed voor Wolf Alice? “The Beatles!”, roept Ellis meteen. Rowsell schiet in de lach en zegt: “Ach, we hebben eigenlijk niet echt één grote inspiratiebron. Tenminste, ik niet.” Ellis is het opnieuw met haar eens: “We laten ons door heel veel dingen inspireren. Ellie liet me laatst het nummer Multi-Love van Unknown Mortal Orchestra horen. Nu wil ik opeens heel groovy, sexy, lo-fi discomuziek maken. Maar ik ben ook helemaal verliefd op The Deftones.” De ogen van Rowsell beginnen te glimmen: “Ja, een discoplaat. Of heel ranzige gothic.”

Tour
Bij een album hoort een tour. Twee jaar geleden stond Wolf Alice op Best Kept Secret en in juni leidde het tourschema wederom naar de Beekse Bergen. Muzikaal is de band tussendoor flink gegroeid. “We hebben veel geoefend”, zegt Rowsell “Tijdens Best Kept Secret waren we erg slecht, maar ik hoop dat we nu beter klinken.” Ellis: “Slecht? We waren hungover as fuck.” Maar, zo vertelt hij: Wolf Alice speelt nu ook heel anders. Zo zijn de synthesizers vervangen door gitaren. Live wil de band zo dicht mogelijk bij de sound van het album blijven. De in creepers gehulde voeten van Ellis beginnen enthousiast op de grond te tikken: “Het gaat uiteindelijk om het plezier van zo’n show. Al blijven we dicht bij de sound van de plaat, we gaan nooit een replica spelen. Onze livemuziek bevat subtiele verschillen. Bands die replica’s spelen hou ik niet van. Dat is saai.”

Hollywood-set
Touren kan zwaar zijn: je bent lang weg en maakt vreemde uren. Hoe is dit voor Wolf Alice? “Als je het een tijdje doet, weet je wat het beste voor je werkt”, zegt Rowsell “Je weet wat je moet ontwijken, wat je wel en niet moet zeggen. Zo moeilijk is het niet. Je bent continu met dezelfde groep mensen. Net als bij bureauwerk, eigenlijk. Maar goed, natuurlijk voelt dit ook als een gigantische vakantie met vrienden. De tour door de Verenigde Staten was eigenlijk één groot avontuur. Niet erg wild, maar toch voelde ik me een beetje als Jane in the jungle. We waren er nog nooit geweest en ineens tourden we van de oost- naar de westkust. Het leek wel alsof we door een Hollywood-set reisden. Van een ijskoude toendra via de woestijn naar de regen, de zon, en dat in twee weken tijd! Weet je, in een band zitten is gewoon het leukste wat er is.”