Interview

EP-première plus interview met Charlie And The Lesbians: “Wij zijn beter geworden dankzij ons publiek”


8 september 2017

Charlie And The Lesbians gaat dit jaar met een knal(!) de Popronde in, want vandaag brengt de band zijn gloednieuwe EP The Lost Boy uit. Aan The Daily Indie de eer om deze in première te laten gaan mét ook nog een prachtig interview van TDI-interviewer Jasper Willems. 

Samen met Ernst-Jan van Doorn (Mozes And The Firstborn) en Patrick Delabie (Studio 195) heeft de band zijn The Lost Boy EP opgenomen. Op zaterdag 9 september brengt de band de EP officieel uit in Eindhoven (met Those Foreign Kids en Moar) en vanavond speelt de band tijdens The Gravel Pit (met oa. Iguana Death Cult, Tusky en Steve French) in Rotterdam. (Introtekst Ricardo Jupijn)

Het interview vind je onder de EP-stream!


 

“Toen ik het met de band ging proberen, bleek dat ik inderdaad niet kon zingen.”

Sommige bandjes komen met een waarschuwingslabel. Het Eindhovense Charlie And The Lesbians bijvoorbeeld. Dit geruchtmakende Brabantse kwartet beetje de protopunk/garage-variant op de expliciete foto’s die je op sigarettenpakjes gedrukt staan: confronterend, smerig en zo lomp dat het bijna grappig is. Wie een show van de band bijwoont, wordt – vrijwillig of niet – deze Popronde onderdeel van een chaotisch schouwspel. Het maakt niet uit of er nu vier personen in de zaal aanwezig zijn of vierhonderd, deze band zorgt altijd voor zo’n moment dat eeuwig op je netvlies gebrand staat.

Tekst Jasper Willems

Tijdens het Zadelpijn-feestje van traumahelikopter, bijvoorbeeld. In Groningen kon je slechts een glimp opvangen van de kraaiende frontman binnen de kolkende mensenmassa. Vaak betrof zo’n glimp een microfoonkabel om zijn nek als een strop. In een halflege Gebroeders de Nobel te Leiden eindigde Hoeben uitgeput op zijn rug na een speelse worstelpartij met Marc ‘The Avonden’ van der Holst. Iemand vond het nog een leuk idee om op dat moment, heel nauwgezet, een biertje in Charlie’s mondhoek te gieten.

Charlie And The Lesbians is ontstaan door een ‘toevallige’ samenloop van omstandigheden, aldus drumster Soesja Hoeben, de zus van Charlie. Het aanvankelijke idee: Soesja en haar partner, bassiste Noor Pullens, wilden samen een herriebandje beginnen. Al snel kwamen de twee Lesbians tot dezelfde conclusie: er moest een zanger bijkomen. Soesja dacht gelijk aan haar broer Charlie. “Ik had nog nooit in mijn leven gezongen”, grinnikt laatstgenoemde met een wat infantiel klinkende, Daniel Johnston-achtige tongval. “Toen ik het met de band ging proberen, bleek dat ik inderdaad niet kon zingen.”

 

“We denken zelf niet bewust na over ‘het lesbisch zijn’. Veel mensen zeggen dan ‘Oh, wow… dat je dát durft!”

 

Pullens en gitarist Mees Welmers speelden voorheen samen in de band No Waves & Sunrays, die op dezelfde plek repeteerden als Charlie And The Lesbians. Toen Welmers als laatste bandlid werd gerekruteerd was het laatste puzzelstukje gelegd. De combinatie van persoonlijkheden en invalshoeken vormen tot een spijkerharde gitaarband met een vrij originele invalshoek: ergens binnen het spanningsveld opererend tussen protopunk, post-hardcore en lo-fi garagepop. Soesja: “We moesten vooral niemand na proberen te doen. En niet meer proberen dan wat wij zelf konden spelen.”

 

Barbaarse energie
Liever jezelf blijven dan achter een of andere edgy gimmick schuilen, zo lijkt het credo. Dat gezegd hebbende: Charlie And The Lesbians is een coole bandnaam, ongeacht of er wel of niet een Charlie en twee Lesbians in de band zitten. De band loopt er niet mee te koop, want, tja, het is toch gewoon zo? Charlie: “Dat is dus het leuke… dat het gewoon klopt! Heel veel mensen vragen aan ons of Soesja en Noor ook écht lesbisch zijn.” Soesja: “We denken zelf niet bewust na over ‘het lesbisch zijn’. Veel mensen zeggen dan ‘Oh, wow… dat je dát durft!”

Opvallend hoe de barbaarse energie van Charlie And The Lesbians op het podium in schril contrast staat met de typisch Brabantse nuchterheid die ieder bandlid als persoon uitstraalt. Iedereen heeft buiten de band om een baan en/of studie: Charlie is bezig aan zijn tweede opleiding, Soesja werkt in de zorg en bij een café, Pullens heeft een kantoorbaan bij de NS en Mees werkt met familieleden binnen een bedrijf.

In de vrije tijd punkshows spelen is voor geen van hen een fulltime queeste tegen het anti-establishment. Pullens: “Toen de punk begon was het allemaal fuck-de-wereld, fuck alles. Dat is tegenwoordig niet echt nodig meer.” Charlie: “Mensen zullen altijd tegen de mainstream blijven aantrappen.” Een pamflettenstrijd tegen de regering of de rijke elite is volgens hem ‘niet relevant meer’. Welmers, die zelf meent helemaal niet naar politieke punkbands te luisteren, antwoordt eerlijk: “We hebben het allemaal veel te goed om ons daarmee bezig te houden.”

 

Adrenalinekicks 
Charlie And The Lesbians wil het liefst die kloof tussen het publiek en band zo snel mogelijk dichten. Hoe meer Charlie het publiek opfokt, hoe intenser de band speelt. En de energie die wordt uitgestort, krijgt de band weer dubbel en dwars terug. Soesja: “Door de reacties vanuit ons publiek zijn wij als band beter geworden.”

Waar komt die agressie van deze muzikanten dan precies vandaan? In het prille begin was verheerlijking en adrenalinekick misschien hoofdzaak: in een band spelen stond altijd garant voor “een leuk weekend met gratis bier.” Die doelstelling is volgens Charlie inmiddels bijgesteld. “Natuurlijk vinden we het leuk om dit te blijven doen. Maar we worden wel steeds serieuzer. We doen niet alsof het allemaal een grote grap is.”

Optreden is voor Charlie And The Lesbians vooral een noodzakelijke uitlaatklep om een gezonde balans in het leven te bewaren. Charlie knikt: “Ik snap wel dat mensen mij op het podium als een soort karikatuur omschrijven. Het is voor mij gewoon fijn om dit te doen. Ik ben normaal een vrij rustig persoon. Met Charlie And The Lesbians gedraag ik mij heel anders dan het echte leven. Ik merk wel veel verschil tussen mezelf aan het begin van al die optredens en zoals ik nu ben. In het begin was ik zó zenuwachtig dat ik bijna in mijn broek scheet…” Hij zegt het er voor de duidelijk nog even bij: “Bij wijze van spreken!”