Feature

Cross-Linx-voorpret: hypnotiserende harpmuziek op een Amsterdams industrieterrein


21 februari 2017

Een kruisbestuiving van indie en klassieke muziek, dat is Cross-Linx in een notendop. Een band als Efterklang waagt zich aan opera, terwijl klassiek geschoolde coryfeeën als Gwyneth Wentink het experiment zullen opzoeken met visuals en elektronica. In de aanloop naar het reizende festival (2-5 maart) gaan wij nog een stapje verder en maken we de oversteek naar een nieuwe wereld. 

Het is kwart voor acht op een vrijdagavond als uw fotograaf en verslaggever van dienst over een verlaten industrieterrein in Amsterdam-Noord lopen. Pikdonker is het, het weinige licht is afkomstig van de maan en enkele tl-balken. Hier zou je geen enkele huiskamer verwachten, laat staan eentje waar we getuige zullen zijn van een intiem concert van een beroemde harpiste. We rammelen aan wat deuren, lopen nog een hoekje om en zien dan Brendan Jan Walsh staan, naast een grote poster van Cross-Linx. Hier is het.

Walsh is cellist, dirigent, dj, presentator, producer en artistiek directeur van Classical Music Rave, om maar een aantal functies te noemen. Hij is sinds kort ook ambassadeur van ‘indie-classical’ en van de Amsterdamse editie van Cross-Linx (daarover vind je zeer binnenkort een interview op onze site), maar vanavond vooral onze gastheer. Via een krakkemikkige trap leidt hij ons naar een huiskamer die nauwelijks sfeervoller gekund had. De kaarsjes branden, de rode wijn vloeit en pontificaal prijkt de harp. Met vijftien man zijn we vanavond: vooral bekenden van elkaar en dus voelt het een beetje alsof we bij een familieborrel binnenwandelen, maar dan eentje met een exclusief optreden van Gwyneth Wentink. En dát is de kern van indie-classical, laten we ons door Walsh vertellen: “We bevinden ons in de periferie van de klassieke muziek. Alles is mogelijk: klassieke stukken met elektronica spelen, of met een band, en optredens van grote artiesten in een huiskamer bijwonen in plaats van op afstand in het Concertgebouw.”

 

 

Om twee voor half negen verplaatst het gezelschap zich naar de VIP-lodges: de hoekbank, de leunstoelen en de pianokruk. Wentink geeft eerst een mini-spreekbeurt over de harp. Hoe de harp werkt (met 47 snaren en zeven pedalen), wanneer de eerste harp met pedalen werd uitgevonden (eind zeventiende eeuw) en welk stuk de Utrechtse voor ons zal gaan spelen: Canto Ostinato van de Nederlandse componist Simeon ten Holt. “Wie kent dit stuk níét?,” vraagt Wentink, en met enige schaamte steken wij onze hand op. We zijn de enigen. Einde spreekbeurt: Wentink doopt haar handen in warm water, zetelt zich achter haar harp en begint, na optredens voor uitverkochte zalen in Venetië, New York, Tel Aviv, Tokio en Barcelona, aan een concert voor welgeteld vijftien man.

 

 

“Mediteer, geniet en ontspan”, was het advies voor aanvang en dat zullen we weten. Canto Ostinato is minimal music ten voeten uit. Minutenlang klinkt dezelfde loop, gevolgd door loop na loop, op gevoel afgewisseld door Wentink. De zoete klanken vullen de ruimte, meer nog dan je van zo’n instrument zou verwachten, en toch is ieder geluid oorverdovend, mede dankzij de akoestiek van het voormalig kantoorpand: het niesen van de neuzen, het sluiten van de camera, het klikken van de pen, het kraken van het zand onder onze voeten, het schrapen van de nagels in het schaaltje olijven, het piepen van de deur bij binnenkomst van de twee laatkomers (de pont gemist) en het flikkeren van de kaarsjes… Sommigen zitten op het puntje van hun stoel, anderen leunen comfortabel achterover en turen naar het plafond. Afwisselend romantisch en duister is Canto Ostinato in deze uitgeklede versie (het stuk werd in 1976 geschreven voor vier toetsinstrumenten) vooral aangrijpend en hypnotiserend.

 

 

Wentink speelde het stuk eerder al eens zes uur achtereenvolgens, maar het stuk zou ook enkele dagen kunnen duren, waarschuwde ze, maar “gelukkig hebben we genoeg wijn!” Zo ver komt het niet, en niemand neemt ook maar één slok van zijn wijn. Na bijna veertig minuten komt Canto Ostinato zacht maar zeker tot een einde. Een enigszins ongemakkelijke minuut heerst de stilte, maar dan klinkt applaus. Oorverdovend, afkomstig van vijftien paar handen. “Alsof je een heel fijne massage krijgt en iemand plotseling stopt”, merkt iemand op. Het gezelschap ontwaakt uit zijn transcendente meditatie, praat wat na over kleuren, dissonante klanken en thema’s, en dan stelt Wentink voor nog een klassiek stuk te spelen. Een ‘klassiek’ klassiek stuk: Carnaval de Venise, van de in 1897 gestorven Belgische harpist Félix Godefroid. Je kent ‘m wel. Het is een dynamisch stuk en Wentink laat ons alle hoeken van de harp zien, maar zo grijpend en hypnotiserend als het voorgaande arrangement wordt het niet. Achter ons lacht Brendan Jan Walsh meermaals hardop. “Er komen in dat stuk zó veel clichés bijeen dat het hilarisch is, maar ook héél goed natuurlijk”, verklaart hij zich naderhand.

 

 

Gevangen in de hogere sferen van Wentinks harpmuziek wordt na afloop uitgebreid nagepraat. Met een glas in de hand verzamelt men zich rond de kaasplankjes én het instrument van de avond. Enigszins decadent is het wel, zeker in de wetenschap dat wij morgen weer vol overgave ergens in het land in een moshpit zullen duiken. Met die tegenstelling in het achterhoofd wisselen we muzikale inzichten uit met enkele aanwezigen, veelal diep geïntegreerd in de klassieke ‘scene’. Waarin verschilt Canto Ostinato van de andere muziek die bij The Daily Indie voorbijkomt? Uw verslaggever kan geen band noemen die één track tot een urenlang uitvoering zou kunnen rekken, zonder dat het gaat vervelen. Föllakzoid misschien, hooguit King Gizzard of LCD Soundsystem. Hoe houd je zoiets überhaupt spannend? Ook Wentink kan het onmogelijk uitleggen. “Je wordt soms onbewust beïnvloed door, tsja, de ‘chemische omstandigheden’. Helemaal in een intieme setting als deze, als iedereen bijna bij je op schoot zit.”

Het is verfrissend, zo’n avond uit in een andere zone en in andermans huiskamer. Verfrissend omdat maar weinig bands zich aan de harp wagen. Verfrissend omdat je zo mensen spreekt die níéts weten van de nieuwe plaat van The Orwells, maar vol vuur vertellen over klassieke componisten én nieuwe ontwikkelingen in die wereld. Vooral dat laatste is noemenswaardig en de kern van Cross-Linx, het festival dat de aanleiding is voor dit alles. Aan de andere kant van het IJ zal over anderhalve week, op 5 maart, die kruisbestuiving van indie en avant-garde met klassieke muziek nog uitgebreider gevierd worden, zij het met meer dan vijftien man.

 

Wil je The Daily Indie steunen door lid te worden én naar Cross-Linx? Dat kan! Word nu lid en win twee kaarten voor een avond naar keuze. Meer informatie vind je hier.