De Ierse jongens van het best genaamde – en bij Rough Trade getekende – noiseviertal ooit: Girl Band, staan inmiddels bekend om hun flauwe grapjes. Vanzelfsprekend te zien aan hun bandnaam, maar vooral omdat de kersverse eerste EP ‘The Early Years’ heet terwijl er niets van hun oude werk te vinden is. Wat er zeker wel te vinden is, is de gewoon fucking raggen-mentaliteit.

Met vierenhalf nummer met de meest experimentele discopunk-combinatie die wij ooit zijn tegengekomen, is de EP een karakteristiek staaltje muziek voor deze obscure band. ‘The Early Years’ heeft voor ieder wat wils: van stampende gitaarbeats op Lawman tot het gruizige werk op Why They Hide Their Bodies Under My Garage (met bijpassende clip!). Let wel: na vijf keer luisteren is hoofdpijn gegarandeerd. U bent gewaarschuwd.

 

Alles kent een keerzijde; dat hebben de likely lads van Palma Violets aan den lijve ondervonden, toen de band na welgeteld één single op de cover van NME werd gesodemieterd. Zo’n uitgebreide feature bleek namelijk geen garantie voor langetermijnsucces en debuutplaat ‘180’ kreeg nauwelijks de aandacht die het verdiende. Dat is zonde, maar de wereld draait door. En dus, twee jaar later, is daar eindelijk de opvolger: ‘Danger In The Club’.

En het is meteen gevaarlijk in de club, want het deugdzame volksliedje Sweet Violets, dat het begin van de plaat inluidt, wordt al snel op brute wijze neergesabeld door het heerlijk onstuimige Hollywood (I Got It). Ook op English Tongue en Secrets Of America rammelen de Palma Violets weer als vanouds.

 

 

Toch zijn er soundwise een aantal zaken veranderd. Veel vaker wordt er naar rustmomenten gezocht, zoals op het Bob Dylan-achtige The Jacket Song – waarachtig een oase van rust – en de enigszins teleurstellende ballade Matador. Ongeëvenaard blijven de Londenaren echter in het maken van hoogst aanstekelijke garagepopliedjes, recht uit het hart en deze keer overgoten met een speelse, nonchalante drive. Op dat vlak vertonen Palma Violets veel gelijkenissen met The Clash en de late Libertines.

‘Danger In The Club’ is een plezierige, boeiende en, met al dat gejoel en al die zwaar aangezette gitaarpartijen, ook een vrij banale plaat geworden. En dat is vooral een goed teken, want zolang de boys zich van niets en niemand iets aantrekken, is Palma Violets op zijn allerbest.

 

De tweede single van Palma Violets’ nieuwe album ‘Danger In The Club’ heet English Tongue en is een perfect voorbeeld van de heerlijk lompe feel op dit tweede album van de band, dat op 4 mei uitkomt via Rough Trade.

De opvolger van het onweerstaanbare debuut ‘180’, is opgenomen in Wales met – potverdomme niet de minste producer – John Leckie (o.a. Radiohead, George Harrison, Pink Floyd en The Stone Roses). En dat is een heel goede combinatie gebleken, want ook English Tongue weet zijn weg weer te vinden tussen lompe, scherpe en tegelijkertijd direct meezingbare refreintjes. Luister de nieuwe single hieronder en waan je in een pub vol dronken en hossende Engelsen en pullen bier zonder schuim. Lekker, hoor!

 

 

Tracklist ‘Danger In The Club’
1. Sweet Violets
2. Hollywood (I Got It)
3. Girl, You Couldn’t Do Much Better On The Beach
4. Danger in the Club
5. Coming Over to My Place
6. Secrets of America
7. The Jacket Song
8. Matador
9. Gout! Gang! Go!
10. Walking Home
11. Peter and the Gun
12. No Money Honey
13. English Tongue

Howler world of joy

 

Debuutalbum ‘America Give Up’ is de ideale ‘zon, ramen open, zonnebril, korte broek, aan het strand liggen, good vibes, vlees scheuren en bier drinken’-soundtrack van 2012. Eén van die weinige platen die alleen als je eraan denkt al een goed gevoel geeft en heerlijke herinneringen oproept. Dan is het toch wel even spannend als ‘World Of Joy’ ineens door de brievenbus komt zeilen. Een nieuwe Howler?! Uh-oh…

 

Bijna op mijn blote knieën raap ik de envelop op en laat het promo-cd’tje drie keer vallen voordat ik deze eindelijk in de cd-speler krijg. Wetende: dit kan twee kanten op… Het begint met een flink aantal tikken op de cowbell en dan zijn we onderweg met Al’s Corral. En ja hoor, al na 24 seconden kickt het refrein in met rechtoe-rechtaan gitaarpartijen die catchy af worden gemaakt met jaren ‘80-plingelpartijtjes en heerlijk hoge tweede stemmetjes. Godzijdank: Howler is terug! Gelijk wordt het stokje overgedragen aan het chaotische en raggende Drip.

 

 

 

 

De band is ontketend en die typerende, dikke sound slaat je van alle kanten voor je smoel. Iedereen wakker? OK, mooi! Via de galmende single Don’t Wanna pakt de band een lekker tempo op, dat met Yacht Boys trippend en puntig beetgehouden wordt. Titelsong World Of Joy trekt het geheel weer wat richting de spannende, donkere kant van de band. Bij Louise is het ouderwets galmen en swingen met de gitaarlicks. Dat doorgaat tot het met oohtjes en aahtjes gevulde Indictment en Aphorismic Wasteland Blues, waar waarschijnlijk wel een betere demo voor uitgewerkt had kunnen worden.

 

Of er een klassieker als Back Of Your Neck opstaat, valt te bezien. Maar het is wel een ‘ouderwetse’ knaller van de band uit Minneapolis. Met dezelfde ‘fuck you- en the-world-is-ours-vibe’. En dat kunnen we deze zomer wel gebruiken, ik kijk door deze plaat alweer uit naar een zon-, bier-, road trips- en vol slechte grappen geladen zomer.
Ricardo Jupijn