Ook dit jaar staat de Rotterdamse binnenstad – en aanpalende creatief gevonden locaties – weer in het teken van Motel Mozaique. Ieder jaar wordt het festival zichtbaarder in de Maasstad, maar wat nooit verandert, is de immer scherpe programmering. Een kolfje naar de hand van uw favoriete muziekmagazine. We doen dan ook trouw verslag van het festival. Hieronder wat er zoal te zien was op de laatste festivaldag, de zaterdag.

In tegenstelling tot vrijdag is het koud en druilerig in de Rotterdamse binnenstad. Na een kort nachtje slaap, een kop koffie en wat moed verzamelen, begeven we ons naar het tropische en überfoute nachtparadijs dat de voormalige Baja Beach Club is. De inmiddels lege, betonnen bunker midden in het centrum is decor voor de Subbacultcha x Roodkapje Day Party, zo langzamerhand een begrip in indieland. Hier zien we de piepjonge Rotterdammers van Goodnight Moonlight, het altijd hoogstaande Mountain States, de awkward emopop van Geertruida-coryfee Floris Bates  & Rented Friends en Santa Fé. We kunnen er weer tegen.

Op naar Rats On Rafts, dat is beloond met een plekje in de Kornuit, de één-na-grootste festivallocatie. De Rotterdamse band releasete onlangs de nieuwe, alom geprezen plaat Tape Hiss. Maar werkt die geïmproviseerde postpunknoise ook in een minder intieme locatie? Ja: vanaf opener Sweet Little Child heeft de band geen enkele moeite met de volle tent. Sterker nog: de geluidsmuur blijft uit, waardoor de hooks en vocalen van David Fagan beter hoorbaar zijn. Gestuwd door waarschijnlijk Nederlands beste ritmesectie van het moment worden de songs moeiteloos gerekt, maar verder speelt de band vooral een ‘festivalset’, met de songs Powder Monkey en Jazz verplaatst naar het sluitstuk. Rats lijkt momenteel niet te stoppen. Hier ook weer een lust om naar te kijken, tot en met het moment dat Fagan de eerste keer het publiek aanspreekt: “Doei.”

 

The Notwist draait al zo’n 25 jaar mee, maar de plaat ‘Close To The Glass’ (2014) en in mindere mate de onlangs verschenen, ronduit vage soundscape-plaat ‘Messier Objects’ hebben voor hervonden waardering voor de Duitse elektrorockband gezorgd. Vandaar dat de grote zaal van de Schouwburg vol staat met dertigers-plus, die door de zes mannen van The Notwist het publiek een uur lang volledig overdonderd worden met bombastische percussie, hyperactieve instrumentenwissels en een maniakale lichtshow. De band gaat net zo makkelijk van elektro naar hardrock. Echt gevaarlijk en ongepolijst wordt het nergens, maar zo’n band is The Notwist ook helemaal niet. Je krijgt er wel een complete show, met alles wat zo’n comeback nodig heeft, voor terug.

 

In Rotown is BC Camplight wars van zulk showing off. Amerikaan en Grote Vriendelijke Reus Brian Christinzio resideert na twee platen (2005, 2007) en samenwerkingen met Sharon van Etten en The War On Drugs tegenwoordig in Manchester, van waaruit begin dit jaar ‘How To Die In The North’ uitkwam. Christinzio is een grappige droogkloot en oogt in Rotown superontspannen, misschien iets té: de luchtige sixtiespop is vanaf opener You Should’ve Gone To School aanvankelijk nogal eentonig. Maar gedurende de goed opgebouwde set schroeft BC Camplight het tempo op, met veel percussie en samenzang en geleid door de immer aanwezige cowbell en ritmisch gespeelde pianoakkoorden van soulvolle voorganger Christinzio. De show ontaart in een uitbundige chaos bij Just Because I Love You. Pure feelgoodmuziek, dat BC Camplight.

 

We kunnen blijven staan voor Menace Beach. De band uit Leeds, met producer en gitarist MJ van Hookworms in de gelederen, is op de begin dit jaar uitgekomen plaat ‘Ratworld’ nog te betrappen op ingetogen momentjes, maar live blaast de band het dak van Rotown er zowat af. Menace Beach live is gewoon ongecompliceerd punkrocken. Desondanks blijven de aardigheden van de plaat goed overeind, vooral omdat de synths en zang van Liza Violet de muur van geluid die Ryan Needham optrekt, compenseren. De dynamische frontman is sympathiek en weet de klik met het publiek te maken, waardoor Rotown voorzichtig losgaat. Echte chaos blijft helaas uit, maar we hebben weer energie.

 

In de grote zaal van de Schouwburg mag Purity Ring het festival afsluiten. En hoe. Was debuut ‘Shrines’ nog een moeilijke, ingetogen plaat, tegenwoordig schuwt het Canadese duo het grote gebaar niet meer. We zien niet minder dan zestien dwarsbalken met aan elk een paar ritsen lichtgevende anaalkralen, een verzameling straatlampen die dienst doen als oplichtende triggers voor producer Corin Roddick, een serie buizen waar Megan James lichtstralen uittovert en een volle maan die een basdrum blijkt te zijn. Je vergeet bijna dat de twee (beide in stemmig wit) ook nog muziek maken. In de set komen oudjes Belispeak en Fineshrine nog voorbij, maar vooral songs van de nieuwe plaat ‘another eternity’ slaan de klok. In songs als repetition, bodyache en begin again (bewust zonder capitalen) zijn de breaks langer, de drops harder. Samen met het visuele geweld is het misschien makkelijk effect sorteren, maar het blijven ingenieuze liedjes die Purity Ring maakt, die ook nog eens kraakhelder gespeeld en gezongen worden – al moet de autotune James soms helpen bij hoge noten. Maar het publiek slikt het als zoete koek. We kunnen erover discussiëren of Purity Ring nog wel zo indie credible is, maar de band is een waardige headliner voor een wederom te gek Motel Mozaique.

Ook dit jaar staat de Rotterdamse binnenstad – en aanpalende creatief gevonden locaties – weer in het teken van Motel Mozaique. Ieder jaar wordt het festival zichtbaarder in de Maasstad, maar wat nooit verandert is de immer scherpe programmering. Een kolfje naar de hand van uw favoriete muziekmagazine. We doen dan ook trouw verslag van het festival, beginnende met de vrijdag.

Tekst  Robin van Essel

Foto’s Rudy Sablerolle

Het is nog vroeg, als de Londenaren van Virginia Wing aantreden in de niet-zo-heel-sfeervolle foyer van de Rotterdamse Schouwburg. De band trekt dat zich desondanks niet aan, met aardige psychy new wave als resultaat. Virginia Wing is een wat luchtigere versie van Savages, al is frontvrouw Alice Merida ook waarschijnlijk niet de vrolijkste van de klas. De band speelt zijn hooks helder, met duidelijk te onderscheiden gitaar- en synthlagen. Maar verder is Virginia Wing door de minimalistische performance en duistere sound waarschijnlijk stukken beter op zijn plek in een sfeervol, donker hol, laat op de avond.

Wat is het toch met Deense punkbands en Nederland? Yung komt weliswaar Aarhus in plaats van de Deense hoofdstad en speelt niet met de donkere wave van oud-labelgenoten Iceage en Holograms, maar juist behoorlijk authentieke ‘70s working class punk, inclusief gebalde vuist, rauwe stemmen en houthakkerhemden. Het schijnt dat de geluidsman van Rotown de band bij de soundcheck verzocht om alsjeblieft iets minder hard te spelen, maar ook tijdens Yungs optreden is het volume aanzienlijk. De band zijn eigen ruiten in door na elk nummer uitgebreid te stemmen, maar verder is Yung een alleszins vermakelijke opwarmer voor de rest van de avond.

De Belgen van BRNS (spreek uit: brains) timmeren in eigen land al goed aan de weg en het kan niet anders dan dat er meer dan een paar zielen zijn gewonnen, vanavond in zaal 1 van de Gouvernestraat. De band uit Brussel maakt het zichzelf niet makkelijk, met een complexe opstelling, vreemde instrumenten (waaronder een keyboard dat qua looks en sound het meest wegheeft van kinderspeelgoed) en veel instrumentenwissels. De catchy, percussiegedreven indierock met samenzang en -schreeuw van het vorig jaar verschenen album ‘Patine’ worden gespeeld met het plezier die een band als Local Natives ook zo charmant maakte. BRNS is een geweldige, in Nederland nog zwaar onderschatte band zoals je ze alleen op ‘MoMo’ of festivals als Le Guess Who? ziet.

Door het enthousiasme rond BRNS komen we weliswaar te laat bij TDI-darling Jessica Pratt, die met haar ingetogen, breekbare folky indie precies op haar plek is in de indrukwekkende Paradijskerk. Op Pratt’s karakteristieke stem en simpele gitaarbegeleiding na, kun je dan ook een speld horen vallen – mensen die weg willen, wachten netjes op het einde van een song voordat ze durven opstaan. De verlegen singer-songwriter is dankbaar en het zorgt voor een bijzondere sfeer. Nu is dat al snel, in een kerk die zelfs precies ruikt zoals een kerk moet ruiken, maar Pratt is hier wel echt spot on geprogrammeerd.

Omdat Ibeyi door een plots opkomende keelontsteking is geveld, gaan we naar Nimmo (voorheen Nimmo and the Gauntletts), een paar deuren verder in Rotown. Het blijkt een prima wake up call. Met elektrogitaren, afwisselende vocalen, goed getimede breaks en fijne beats, maar zonder te vervallen in platte houseclichés, is Nimmo een soort The XX-on-steroids. Of testosteron. Want met Sarah Nimmo en Reva Gauntlett heeft de Engelse band twee behoorlijk rabiaat, euh, feministische frontvrouwen, maar verder is Nimmo gewoon vooral feest. Dat tegen het einde de stemmen het een beetje beginnen te begeven, doet daar niks aan af. Rotown is dan al aan het dansen geslagen.

We kunnen lekker blijven staan voor The Districts, voorheen getipt als mustsee. De Amerikanen, onder leiding van Rob Grote, waren absolute favoriet op SXSW. En er moet worden gezegd: de band heeft die lekkere zuidelijke knauw van de oude Kings Of Leon, inclusief erg goede songs. Het probleem zit ‘em dan ook niet in de rootsrock ’n roll zelf. De performance van de band voelt gemaakt, een moetje, het enthousiasme gespeeld. Daarbij ligt het tempo laag, met iets te veel tergend trage songs achter elkaar. Het publiek is dan ook niet onder de indruk. Pas tegen het eind, bij de climax van Funeral Beds, voelt het optreden oprecht. Het redt de show van The Districts helaas niet van het credo ‘degelijk’.

Inmiddels is het na middernacht en het publiek in Rotown vertrekt naar huis of Weval, dat in Perron speelt. Een halflege zaal is niet de beste setting om met je lamme kop naar een stel opgefokte Engelsen te gaan kijken, maar het maakt Bad Breeding zelf niet zoveel uit. De band hanteert geen opbouw: het begin is al furieus en zo blijft het. Zanger Chris Dodd kronkelt krijsend over het podium, terwijl gitarist Matt Toll bovenop hem staat. Helaas komen door het oorverdovend volume de subtiliteiten, die toch echt wel in de inventieve hardcore punk van Bad Breeding te vinden zijn, aanvankelijk niet over. Maar het harde werken van de band redt het optreden. Bij het sluitstuk met singles Burn This Flag en Age Of Nothing zijn zanger en gitarist inmiddels verhuisd naar de zaal, tussen het publiek, en Rotown springt voorzichtig in de pit. We hadden een vollere, zweterigere zaal gewenst, maar al met al een indrukwekkend einde van een kwalitatief hoogstaande dag Motel Mozaique.

Op 10 en 11 april wordt Rotterdam weer omgetoverd tot één groot muzikaal en cultureel feestterrein tijdens Motel MozaïqueDe programmeurs van het festival hebben opnieuw een prachtige line-up samengesteld! Een weekend lang zullen bands als Bad Breeding, Villagers, BC Camplight, Kovacs, Ibeyi, Kate Tempest, Purity Ring, Jessica Pratt, Låpsley, Kovacs, The Indien, Menace Beach, The Mysterons, Tweak Bird, Rats On Rafts en Will Butler op de mooiste plekjes van Rotterdam te zien zijn. Daarnaast krijgen ook niet-muzikale creatieve geesten een plekje in de vorm van theater, beeldende kunst en film.

Tekst Ricardo Jupijn & Mabel Zwaan

Menace Beach
Menace Beach is een pixelig computerspelletje uit de jaren negentig, met in de hoofdrol een onbekommerde skateboarder die allerlei sores moet ontwijken om bij een meisje te komen. Luisterend naar hun debuutplaat ‘Ratworld’ wordt duidelijk dat het geen onlogische keuze was van Ryan Needham en Liza Violet uit het Britse Leeds om diezelfde naam aan hun band te geven. Samen met onder meer leden van Hookworms, speelt de band fuzzige surfrock-indiepop waarvan je klakkeloos zou kunnen geloven dat het in de jaren negentig is gemaakt. De band doet een vette knipoog naar de nineties, maar laat professioneel horen dat ze wel degelijk een eigen pad uitstippelt. De plaat is noisy en fuzzig genoeg om niet te poppy te worden, poppy genoeg om niet te noisy te worden en bevat een grote berg verrassend pakkende hooks om dit alles lekker mee aan te kleden. MB is een absolute must tijdens MM!

 

Villagers
Villagers, onder artistieke leiding van Conor O’Brien, staat altijd garant voor bloedstollend prachtige liedjes. Met het debuut ‘Becoming A Jackal’ als perfecte introductie en opvolger ‘Awayland’ als bevestiging. Op 13 april komt eindelijk de derde Villagers-plaat – ‘Darling Arithmetic’ – uit van O’Brien, die hij zelf schreef, opnam, produceerde en mixte in zijn huis in de kustplaats Malahide ten noorden van Dublin. Opnieuw een intieme en mysterieuze plaat die verlangen, lust en eenzaamheid muzikaal onder weet te dompelen in de uniek filosofische manier die we gewend zijn van O’Brien. Met de nieuwe plaat ‘Darling Arithmetic’ op zak gaat ook Motel Mozaïque ongetwijfeld voor de bijl met de hemeltergend mooie liedjes.

 

Jessica Pratt
Prachtige jaren seventies-folk, daarmee verraste folkzangeres Jessica Pratt in 2012. Haar zelfgetitelde debuutplaat werd een onverwacht internationaal succes. De oude ziel van de 27-jarige Pratt uit Californië is er dan ook eentje uit duizenden. Haar nieuwe album ‘On Your own Love Again’ staat vol met pareltjes die terug lijken te zijn gevonden op een zolder van een oude platenbaas die nog een doos vol onuitgebracht werk uit de jaren zeventig heeft liggen. Midden april komt de unieke en markante muzikante Rotterdam opluisteren met haar nostalgisch en meanderende muziek. Zeer aan te raden voor fans van Nick Drake, Linda Perhacs en Joni Mitchell. Hieronder is een goed voorbeeld van de overweldigend mooie stem en liedjes van Pratt tijdens een KEXP-sessie van de muzikante.

 

Will Butler
Will Butler besloot ongeveer een jaar geleden een solo album op te nemen en heeft dit ook meteen met flair gedaan. Debuutalbum ‘Policy’ wordt goed opgepakt en Will Butler knalt er meteen een tour achteraan. Uit het schrale aantal livevideo’s dat inmiddels is verschenen, blijkt dat energiebom Butler moeite heeft achter de microfoon te blijven staan en niet weer in de stellages te klauteren zoals hij dat vol overtuiging deed tijdens de Arcade Fire-shows. Kijken of hij zich kan bedwingen op Motel Mozaïque. Wij hopen van niet!

 

Ibeyi
In de achttiende eeuw verplaatste de taal Yoruba zich via slaven vanaf Nigeria naar Cuba. Afgelopen jaar verplaatste de bloedmooie tweeling Lisa-Kaindé en Naomi Diaz  zich vanaf de underground van Parijs naar honderden blogs, duizenden nieuwe liefhebbers en tientallen festivals. Zo ook naar Motel Mozaïque. Wat hebben deze twee gegevens met elkaar te maken? Ibeyi (ee-bey-ee) spreekt de inheemse taal vloeiend. Zij mengen deze in hun muziek met Engels. Door de magische combinatie van deze twee talen is de sfeer rondom hun live-performance een mengeling van een traditioneel stamfeest in de Afrikaanse woestenij en James Blake, King Krull en FKA twigs. Intrigerend op z’n minst.

 

Purity Ring
Een ‘purity ring’ doet nu nog het meest denken aan de religieuze ring die onder andere werd gedragen door Miley Cyrus en de Jonas Brothers, maar niet lang meer. Dit Canadese, elektronische duo is zowel grafisch als muzikaal bijster interessant. Zo ontwierp toetseniste Megan James de website, de albumcover en de outfits waar zij live in optreden. Zo zijn er naast de fijne popliedjes nog tientallen andere reden om het duo te gaan checken op Motel Mozaïque. Al is het maar voor de laatste modetrends!

 

Rats On Rafts
Begin april is hij daar dan eindelijk: album numero twee genaamd ‘Tape Hiss’ van Rats On Rafts! De jongens (mannen, inmiddels) zijn al een decennium aan de weg aan het timmeren en zijn bijzonder zuinig met werk uitbrengen. Maar als dit gebeurt, dan is het menens. Het album is analoog opgenomen en klinkt veel meer zoals de band live klinkt. Daarbovenop heeft de band een eigen label opgericht: Kurious Recordings. De mannen zijn dus op vele vlakken gegroeid, zeker ook live. See for yourself!

B.C. Camplight
Veel beloftes van het begin van de 21e eeuw zijn ondergesneeuwd. Maar niet Brian Christinzio  (AKA. BC. Campfight.) Ja, we waren hem even een tijdje kwijt (8 jaar) maar platenlabel Bella Union heeft Christinzio weer opgegraven en daar zijn wij maar wat blij mee. Zijn nieuwe album, ‘How To Die In The North’, is weer als vanouds heerlijk poppy met daaronder diepe gronden. Hij heeft de donkere onderwerpen even achterwege gelaten en het derde album van B.C. Camplight klinkt zowaar zonnig. Inclusief surfpopaspectjes en een psychedelische ondertoon. Brian Christinzio belooft een behoorlijk verrassende show ter gehore te brengen.

 

The Indien
The Indien, voorheen onder de naam Ryan, tourde afgelopen najaar niet onverdienstelijk met de Popronde en stond op Noorderslag begin dit jaar. Op hun nieuwe EP ‘Cologone’ is maar al te duidelijk te horen waarom! De band put inspiratie uit bands als Jefferson Airplane, Fleetwood Mac en Tame Impala en weet met zijn eigen muzikale visie een geluid te maken dat binnen Nederland ontzettend welkom is. Jazzy, vol met soul, psychedelica en garage-uitstapjes, is The Indien zowel op plaat als live een band om niet te missen.

 

Bad Breeding
Voor het eerst kwam deze band bij ons op de radar toen zij als support van Eagulls door ons land tourde. De band, Bad Breeding, komt uit een mini-dorpje boven Londen, en net zoals vele mini-dorpjesbewoners voor hen (Drenge, bijvoorbeeld) brengen zij uitstekende garagerock voort. Bad Breeding heeft dan ook geen debuutalbum of een EP nodig om een van de grootste beloftes van Motel Mozaïque te zijn. Twee kneiterharde singles zijn al meer dan genoeg om de adrenaline door je aderen te voelen suizen met 45km per uur. The place to be voor een goede moshpit!

Begin dit jaar verruilden negentien IJslandse bands het Noorderlicht voor de spotlight van Eurosonic Noorderslag. Hun woonplaats was dit jaar focusland tijdens het Groningens showcasefestival. Niet voor niets. Naast het landschap, de vulkaanstof en de anti-incest app is ook de muziekindustrie overweldigd. The Daily Indie spreekt de IJslandse bands Árstíðir, Sóley, Low Roar en Ylja.

Tekst & Foto’s Martine Bakker

Een paar maanden na ESNS reist freelance redacteur Martine Bakker met zangeres Qeaux Qeaux Joans en het Berlijns muziekcollectief X-Jazz naar het sneeuw overgoten eiland om een reportage te maken. Qeaux Qeaux en consorten spelen in Kex Hostel tijdens het X-Jazz Festival. De ideale gelegenheid om namens TDI Árstíðir, Sóley, Lokrijgtw Roar en Ylja in hun natuurlijke habitat te spreken. Wat blijkt? Eén grote familie daar in IJsland. De walvissound is de IJslandse palingsound.

Strenge stewardess
Vanaf Berlijn vertrekken we richting Reykjavik. In het vliegtuig komt de IJslandse humor gelijk naar de oppervlakte. Stewardess: “Aan boord zijn acht nooduitgangen.” Stilte. “Mensen, hoeveel nooduitgangen zijn er?” Iedereen kijkt verschrikt op. ‘Zes?!’ roept een gitarist tevergeefs. De rest van de vlucht worden veiligheidsinstructiekaarten verdacht goed bestudeerd. Eenmaal in Reykjavik blijkt Kex Hostel dé plek voor live muziek, biologisch eten en stapelbedden. Dit is het epicentrum van het hipsterimperium. Alle stoelen en banken zijn gesierd met baarden, knotten en schapenvacht kerst-truien.

Árstíðir
De jazzy klanken van Secret Swing Society klinken in de bar, terwijl ik toetsenist Ragnar van de vierkoppige band Árstíðir aan de tand voel over zijn akoestische indiefolk. Maar niet voordat er een strook keukenrol met tabak onder zijn bovenlip zit. “Heel normaal hier, het nieuwe roken.” Zo’n klein land. Zoveel talentvolle bands. Hoe kan dat? “Het is de psyche van IJslander: we zijn net mieren, altijd bezig met creëren. Dat stamt af van de tijd dat mensen hard werkten om in leven te blijven. Daarnaast: als je niet productief bent ’s winters, word je depressief. De liedjes die ik schrijf zijn dramatisch en gaan over spijt, verloren dromen en valse hoop. Door de duisternis worden zware emoties extra aangewakkerd.”

Árstíðir werd zes jaar geleden na één optreden in een koffiebar (zo snel gaat dat hier) ontdekt door een festivalboeker en heeft nu een achterban in heel Europa en de VS. Ze stonden in IJsland twee keer op nummer één. Het derde album ‘Hvel’ is net uitgebracht. In tegenstelling tot de eerste twee albums, gecreëerd in de natuur, is deze plaat opgenomen in een oude fabriek. “We willen nieuw leven blazen in verwaarloosde plekken, dus maken we er kunst.” Ragnar mist tijdens tours op ‘het vaste land’ de frisse lucht en het kraanwater van IJsland. “Ik eet altijd gedroogde vis bij thuiskomst en duik gelijk in een van de warme thermobaden. Björk kun je ook in het zwembad spotten als ze niet bezig is met haar liefdesverdriet opnemen.”

Soléy

Sóley
Terwijl Qeaux Qeaux Joans haar plaat ‘The Ritual’ repeteert in de backstage ruimte van het hostel, vraag ik de receptiedame hoe het is om je favoriete artiest dagelijks in de supermarkt te zien. Ik bedoel: het lijkt wel alsof één op de tien inwoners hier in een band speelt. “Niet iedereen is muzikaal hoor”, zegt ze lachend. “Maar we kijken niet op tegen artiesten en vragen ze zeker niet om een handtekening.”

De bebrilde en beknotte singer-songwriter Sóley (geboren: Sóley Stefánsdóttir, ofwel Sóley Stefan’s dochter) bestelt een koffie aan de bar. Voordat ze haar eigen nummers schreef als singer-songwriter, speelde ze in diverse bands als toetsenist. Nu tourt je jonge moeder al twee jaar de wereld rond. “Ik ontdekte pas later dat ik wilde zingen. Iedereen speelt hier in meerdere band, zo leer je veel disciplines en genres.” De IJslandse schrijft Engelse teksten, maar is grammaticaal geen genie. “De tekst zit vol simpele woorden, kinderlijk bijna. Dat maakt mijn liedjes universeel.” Sóley maakt dromerige indiepop, geïnspireerd op gedichten van de IJslandse dichter David Stefánsson. Terugkerend is het thema dagdromen. “In de winter voel ik me zo energieloos, dan sluit ik mijn ogen en denk dat ik in een warm oord zit.” Rennen langs zee helpt ook. “Langs de kustlijn voel ik een intense angst voor de diepte van de zee. Mijn album ‘Ask the Deep’ is daar naar vernoemd.” We staren naar buiten waar een gigantische besneeuwde heuvel ons brutaal aanstaart vanaf het water. Ik snap de angst.

Na de koffie stuitten we op een bierfestival in de lobby. Een baard vraagt of we een bruin goedje willen proeven. Sóley: “Sinds 1989 mogen IJlanders zelf bier brouwen. Vroeger dronken we alleen illegaal gestookte brandewijn, hartstikke dodelijk.” Om solidair te zijn met het volk probeer ik wat soorten bier. Brouwen kunnen ze zeker die Vikingen.

Low Roar

Low Roar
Na het proeven staan de mannen van het driekoppige Low Roar, Ryan Karazija en Leifur Björnsson (de IJslandse look-a-like van Falco Benz), al op me te wachten. We trekken ons terug in een klaslokaal-replica. Low Roar noemt zichzelf de enige monogame band van IJsland. “De muziekindustrie is hier heel close. Iedereen doet het hier met elkaar. Muziek maken bedoel ik. Wij houden het bij één band.” Ryan is Amerikaans en vijf jaar geleden naar IJsland verhuisd voor de liefde. Zij had een zoontje. Hij had niets om voor in de VS te blijven. De liefde is over, maar Ryan blijft omdat Reykjavik een goede uitvalsbasis is voor tours. Low Roars eerste elektronische indiefolk album heeft Ryan alleen opgenomen. “Ik was nieuw in IJsland en kende niemand die ik wilde lastigvallen.” Dus nam hij zijn plaat op in de keuken en dat resulteerde in titels als: Vampire On My Fridge. “Vernoemd naar een tekening van mijn toenmalige stiefzoontje op de koelkast.” De tweede plaat ging anders. “Het album ‘0’ heb ik samen met mijn band opgenomen in een kleine garage.” In tegenstelling tot Ryan trekt de IJslandse Leifur het winterse eilandleven minder. “Soms lijkt het net alsof ik in een onderzeeër woon: heel geïsoleerd en claustrofobisch.”

Ylja

Het bier blijft rijkelijk vloeien, Qeaux Qeaux Joans speelt in de lobby haar concert, en dan blijkt de zingende gitariste Gígja van de band Ylja ons al de hele tijd te bedienen. In haar pauze rookt ze een sigaretje in de sneeuwstorm, terwijl een peuk bietsende Amerikaan ‘s-Gravenhage uitspreekt. Ryan vraagt of ik een date voor hem wil regelen met Gígja. Ylja begon zes jaar terug met twee gitaar-spelende koorvriendinnen en is nu uitgegroeid tot een volledige band. Ook Gígja is een muzikale vreemdganger: ze speelt in diverse bands. De donkere dagen hebben weinig depressie-effect op de vrolijke Gígja. Al gaat de muziek wel over pijn, voornamelijk liefdesverdriet. “Het lastige van IJsland is dat je vrienden moet blijven met je ex. Je komt elkaar overal tegen.” Gelukkig kan ze die frustratie kwijt in muziek. Ben je niet bang dat je per ongeluk verliefd wordt op je neef, omdat het hier zo klein is? Gígja: “Nee, er bestaat een app om te checken of je familie bent.” Oh, inventief! Trouwens, weet je wie sowieso geen familie van je is? Low Roars Ryan. Wil je op date met hem? Lachend zegt ze: “Ja.”

Mocht hier iets uitkomen, dan weet jij wie aanstichter is van deze romantische bron der inspiratie. Wil je een van bovenstaande artiesten live zien? Low Roar speelt tijdens Motel Mozaique en Sóley staat op 17 mei in Paradiso Noord en op 19 mei in Rotown. Árstíðir en Ylja hebben ook wilde plannen om Nederland te veroveren. Hou ze in de gaten. 

Rats On Rafts bracht verspreid over tien jaar slechts één album uit, deze krijgt er op 2 april een vriendje genaamd ‘Tape Hiss’ bij. De heren uit Rotterdam hebben ons alvast een voorproefje toegeschoven: (Machine) 1 – 6 – 8.

Het nummer is ook meteen kenmerkend voor ‘Tape Hiss.’ Hij is scherper dan debuutalbum ‘The Moon Is Big’ en doet sporadisch claustrofobisch aan. Ook vocals zijn uiterst zeldzaam in deze nieuwe Rats On Rafts track, en als deze al voorzichtig om de hoek komen gluren worden ze in één beweging omver gewalst door de scheurende, raggende gitaren en dreunende drums. De single – en daarmee ook het nieuwe album – klinken daarmee veel meer zoals ze live klinken. Een behoorlijk prettige ontwikkeling en het was het wachten dubbel en dwars waard!

Het album is opgenomen op hun eigen label Kurious Recordings, ook zal Rats On Rafts begin april beginnen aan een tour met The Homesick als supportact.  Hiernaast zullen zij spelen op Motel Mozaïque.

Beluister ‘m hier! :

 

Data release-tour

03/04 V11, Rotterdam

04/04 Merleyn, Nijmegen

09/04 Simplon, Groningen

10/04 Ekko, Utrecht

17/04 Bitterzoet, Amsterdam

18/04 Stroomhuis, Eindhoven

24/04 Asteriks, Leeuwarden

Sean-Nicholas-Savage-large

 

Sean Nicholas Savage is een Canadese artiest wiens haren zo strak naar achteren staan dat de acteurs uit Grease er jaloers op zouden worden. Uitgedost met een verknipt hemd en een lekker hillbilly-snorretje zou je verwachten dat hij vuige rock en roll maakt. Niets is echter minder waar: Savage maakt dromerige lo-fi pop.

 

Randje van breekbaar
En hij maakt niet zomaar dromerige lo-fi pop, hij is er zelfs heel goed in. Zijn stem is op het randje van breekbaar, maar juist daardoor zo ontzettend mooi en vloeiend. Op Heartless laat hij zich weer van zijn beste kant zien, door de luisteraar figuurlijk te begeleiden langs al zijn fijnste dromen.

 

Live
Wie na het horen van Heartless Sean Nicholas Savage dondersgraag live zou willen zien, komt niet bedrogen uit. Savage speelt onder andere op Motel Mozaique (4 april), in People’s Palace te Amsterdam (5 april), als support act voor Timber Timbre in Doornroosje, Nijmegen (15 april) en op Le Guess Who? May Day in Utrecht (25 mei).

 

Het nieuwe album, ‘Bermuda Waterfall’ verschijnt op 12 mei.

 

 

 

eagulls-20131

 

Het Rotterdamse festival Motel Mozaïque staat altijd garant voor topnotch acts. Laten we er anders eens een paar noemen die begin april afreizen naar het prachtige Rotterdam: Angel Olsen, Àsgeir, Aufgang, Cashmere Cat, Eagulls, Erlend Øye Acoustic Trio, Gardens & Villa, Girls In Hawaii, Howler, Larry Gus, Jonathan Wilson, Jungle, Kurt Vile, La Luz, Nick Waterhouse, Quilt, Temples, Thumpers, Wild Beasts.

En dan hebben we het nog alleen over de muzikale line-up, want ook op het gebied van performance & art is er van alles te beleven. Afijn, het is wel duidelijk volgens mij. Het eerste weekend van april staat volledig in het teken van Rotterdam! Wij hebben alvast een playlist gemaakt met bands die je zeker te weten niet mag missen!

eagulls band

 

 

De Britse gasten van Eagulls zijn heel erg lekker bezig voor de liefhebbers van postpunk. Hun muziek klinkt beestachtig ruw, opgejaagd, angstig en lijkt wel midden in de nacht opgenomen in een spookachtig bos. Een tijdje geleden spraken we de band uit Leeds over hun heden, verleden en toekomst. 

 

Zo, wat zijn jullie allemaal uit aan het spoken?

“Niet zoveel op het moment, we hebben vooral weinig geslapen.”

 

Jullie speelden onlangs op het grote showcase-festival CMJ in New York, hoe was dat en hoe spring je eruit tussen 1.400 anders shows?

“Dat was te gek, er waren best wel wat mensen bij de shows. We hebben lang gespaard en al ons geld gestoken in een pers-guerrilla, ha ha! Nee, je weet niet hoe dat soort dingen gaan, we werden wel een keer door de New York Times en Rolling Stone genoemd, dat scheelt misschien wel. Maar je moet gewoon doen wat je altijd doet. Het gaafste was toch wel dat we vuurwerk af gingen steken van een of ander duur appartement in Brooklyn en er allerlei alarmen afging en de politie verhaal kwam halen. Good times.

 

Waarom moeten onze lezers jullie muziek zeker luisteren?

“Ik denk omdat het eerlijk en oprecht is, we houden niet van onzinnige bullshit rondom de band. We spelen en schrijven vanuit onszelf, hebben het niet over irrelevante zaken en ik denk dat mensen dat wel voelen.”

 

 

 

 

Hoe zijn jullie gegroeid als band de laatste paar jaar?

“We hebben er nog steeds veel plezier in, alleen we houden onze ogen wel goed open nu het steeds beter gaat met de band. We zijn vrij cynisch geworden, ook wel over de muziekindustrie en dat is ook wel terug te horen in onze muziek. Ik denk dat we veel realistischer en minder naïef zijn dan in het begin. We stoppen al onze energie nu vooral in de muziek en het toeren, want we werken hiernaast nog steeds helaas, dus we hebben echt geen tijd voor onzin.”

 

Ik ken jullie pas net, maar jullie komen over als aardige gasten. Waar komt die rauwe energie en gemene sound vandaan?

“Dit is de enige kans om dat te doen denk ik. Om alle adrenaline te laten stromen, niet na te hoeven denken, alles eruit te gooien en ontzettend veel plezier te maken.”

 

Hoe creëer je spanning in de studio?

“Dat is moeilijk te zeggen eigenlijk… Sommigen van ons wonen en werken ook nog eens samen, dus we zien elkaar soms veel te veel. En misschien ook wel omdat we, vanwege de financiën, maar een bepaalde tijd hadden om op te nemen in de studio. Op dat moment moest het simpelweg gebeuren. Ik (George Mitchell, zanger red.) had ook nog een flinke infectie op mijn borst en dat had ik pas veel te laat door, maar toen moest ik dus nog de zang opnemen.”

 

Volgens mij heeft dat juist wel gewerkt als ik zo naar die nummers luister!

“Misschien is dat ook wel goed geweest voor dat scherpe randje, ha ha. Toen was het in ieder geval verschrikkelijk, dat kan ik je wel vertellen.”

 

 

Nieuws single Possessed

 

 

Hebben jullie al zin in de release volgend jaar?

“Poeeeee, we spelen al die nummers al live, we kunnen echt niet wachten tot die uitkomt, man! Het is een diverse plaat geworden, wij zijn er echt heel erg blij mee.”

 

Wat zijn de volgende stappen?

“Heel veel toeren, de plaat uitbrengen en hopen dat we hiernaast kunnen stoppen met werken. Of ontslag krijgen, dat zou misschien ook wel prima zijn. Dan hebben we de perfecte reden om hier volledig voor te gaan.”

 

 

De zelfgetitelde debuutplaat van Eagulls komt 3 maart uit via Partisan Records

 

 

Concertagenda week 14

Tijdens de Paasbrunch is het een mooi moment om even in te laten zinken wat voor moois er deze week naar de lage landen afreist. Zowel nieuwe acts als oudgedienden zijn deze week te bewonderen. En dan zijn er ook nog festivals en clubavonden. No joke.

 

Eels

Marc Everett en zijn kompanen staan al twintig jaar bekend als de band Eels. Dat leverde tien albums op, gekenmerkt door een mix van rustige pop en stevige rock, afgetopt met mooie (vaak zielige) teksten. Ditmaal zelfs in Limburg te bewonderen!

  • Maandag 1 t/m woensdag 3 april, Paradiso Amsterdam
  • Donderdag 4 april, Limburgzaal Heerlen

 

Torre Florim & Roos Rebergen: De Tweede Speeldoos

Iedereen kent Torre van De Staat, iedereen kent Roos van Roosbeef, en waarschijnlijk kent iedereen ook hun gezamenlijke project De Speeldoos uit 2009: een verzameling liedjes, gebaseerd op gedichten van verstandelijk beperkte mensen. Dit keer zijn ze terug met een Tweede Speeldoos. Wederom bijzonder, catchy tunes en rake teksten. Gaat dat zien.

  • Maandag 1 april, Tweetakt Festival Stadsschouwburg Utrecht
  • Woensdag 3 april, Melkweg Amsterdam
  • Vrijdag 5 april, Luxor Live Arnhem
  • Zaterdag 6 april, Motel Mozaïque Rotterdam

 

Inc.

De twee broers Andrew en Daniel Aged hebben ongeveer met iedereen samengewerkt die belangrijk is (denk aan Elton John en Pharrell Williams), maar hebben nu besloten hun eigen album uit te brengen. Het album ‘no world’ is een goed voorbeeld van een cross-over tussen indie en r&b met fijne soul-elementen.

Donderdag 4 april, Paradiso Amsterdam

 

Motel Mozaïque

Motel Moizaïque is het festival van Rotterdam waarbij het ontdekken van de stad zelf, nieuwe muziek en andere kunstvormen voorop staan. Door de jaren heen hebben er enorme grote namen gestaan en ook dit jaar is de line-up weer top. Zo komen onder meer: Jacco Gardner, Broeder Dieleman, Mister and Mississippi, SX, Stornoway en nog veel meer. En een passe-partout kost maar 65 euro.

Vrijdag 5 en zaterdag 6 april, diverse locaties in Rotterdam

 

Incubated

Incubate is het festival in Tilburg waar je nieuwe muziek ontdekt. En gelukkig hoeven we niet steeds een jaar te wachten, maar zijn er door het jaar heen meerdere concertavonden waar je voor nog geen prikkie het nieuwste van het nieuwste ontdekt. Met dit keer de noiserockers Sightings, no-wave punk van Divorce en de Nederlandse indiepoppers Nouveau Vélo.

Vrijdag 5 april, 013 Tilburg

 

Subbacultcha! x YCR unofficial Motel Mozaïque Party Day

Mocht je geen geld of zin hebben in Motel Mozaïque, dan is daar altijd nog Subbacultcha!. Zij organiseren samen met YCR een onofficieel MM-feestje voor overdag met muziek en pannenkoeken. Ook geschikt dus om je kater vakkundig weg te werken. Herrek, Nouveau Vélo, Yoshimi en Space Sirens zullen act de présence geven.

Zaterdag 6 april, Roodkapje Rotterdam

 

The Growlers

Wederom een band uit Californië die psychedelische surfrock maken. Niet origineel, maar wel heel leuk deze enorm opgewekt en aanstekelijke rock ’n roll.  En vergis je niet, in het verleden werkte dit viertal al samen met Dr. Dog, Julian Casablancas en Night Beats.

  • Vrijdag 5 april, Merleyn Nijmegen
  • Zaterdag 6 april, Motel Mozaïque 
  • Zondag 7 april, Paradiso Amsterdam

 

Verder deze week

  • Teen + Octo Octa + The Secret Love Parade. Donderdag 4 april, Melkweg Amsterdam.
  • Karin Park. Donderdag 4 april, Paradiso Amsterdam.
  • Stornoway. Zondag 7 april, Bitterzoet Amsterdam.
  • Daughter. Zondag 7 april, Melkweg Amsterdam.