‘Een vierdaags-koppig-monster’, noemt Indiestadt-programmeur Ben Kamsma het. En daar is niets aan gelogen. Vier dagen op rij, drie in Paradiso en één in de Tolhuistuin, betreedt de ene na de andere indietopper de Amsterdamse podia, van Everything Everything en Portugal. The Man tot Clap Your Hands Say Yeah en Ducktails. Wij gaan het monster verslaan, want we zijn het hele weekend op het festival te vinden.

Tekst Ruben van Dijk
Foto’s Tess Janssen

Aan een echte The Daily Indie-darling de eer het mini-festival in de Grote Zaal te openen. En meteen toont Beach Fossils zich op deze avond, waarbij de spierballen regelmatig aangespannen worden, de vreemde eend in de bijt. Het vijftal tengere jongens doet op de laatste show van de Europese tour zijn uiterste best zo nonchalant mogelijk over te komen: rugzakken en jassen op het podium, gegiechel en gegein tussen de tracks door, gerotzooi met de setlist. Gelukkig lukt het die nonchalance niet om af te leiden van de muzikaal weergaloze performance. De scherpe hooks en onweerstaanbare grooves die Clash The Truth kenschetsten zijn vier jaar later nog altijd alom en onverminderd overtuigend. De energie die zich manifesteert in de postpunkexplosies van In Vertigo en Careless wordt nergens op de avond geëvenaard.

Met alle prijsnummers van Clash The Truth zou je bijna vergeten dat Beach Fossils afgelopen zomer nog een nieuwe plaat uit heeft gebracht. Bijna dus, want ook songs als This Year en het live bijna Beatlesque St. Ivy worden luidkeels meegezongen door eenieder die van Somersault zijn zomersoundtrack heeft gemaakt. Die fans worden nu door de shoegazers uit Brooklyn de astronomische herfst ingetrokken: verstopt in rook en halfduister blijkt dit opeens dé herfstband bij uitstek. Is het even geen tijd om te dansen, dan wikkelt Beach Fossils zijn publiek liefkozend in een dekentje van zoete riedels, trompetgeschal en dromerige vocalen. Lief of stoer, dansen of zwieren: het is hoe dan ook genieten vanavond.

En dan zijn we pas net begonnen, want terwijl wij ons omhoog wurmen galmt Elephant Stone al door het trapgat van Paradiso. Juist: de band die in de vroege jaren 10  indiehits scoorde met Love The Sinner, Hate The Sin en Masters of War, en al talloze malen in ons land speelde, is nu veroordeeld tot de Kleine Zaal. Deze loopt na Beach Fossils razendsnel over, om bij aanvang van A Place To Bury Strangers een uur later opeens nog maar vijftig koppen te tellen. Elephant Stone is niet één van de favorieten vanavond, en daar is het wellicht ook de tijd niet meer voor. De band rondom Rishi Dhir heeft zich in de loop der albums ontwikkeld tot een popband met psych-invloeden in plaats van andersom, en dat terwijl songwriting nooit Dhir’s allersterkste punt geweest is. Hoewel er muzikaal geen steekje valt, verwateren songs als Andromeda (waarvan Dhir naar eigen zeggen steevast de tekst vergeet) en zelfs bovengenoemde hitjes, in de massa. Echt overtuigen doen de Canadezen pas als de frontman zijn sitar erbij pakt en z’n Indiase roots vrij spel geeft. Alle popconventies vliegen plots de deur uit, in zijn plaats vervangen door onvervalste kraut. Het lijkt zelfs voor de band een opkikker te zijn, óók als de zaal overduidelijk en onverbiddelijk leegloopt.

Sløtface kampt een uur later met hetzelfde fenomeen en verliest de helft van zijn publiek uiteindelijk aan de hoofdact van de avond, maar niet voor Paradiso even goed van z’n sokken geblazen is. Het olijke folkliedje dat de poppunkers uit Bergen aankondigt, wordt binnen no time uiteen gereten. Hup, de beuk erin. Sløtface, een band die zijn oorsprong kent in een Noorse feministische beweging, heeft geen tijd verliezen en speelt tune na tune na tune, de één nog vuriger dan de ander. Agressief wordt het echter nooit, daarvoor kijken de drie jongens die frontvrouw Haley Shea bijstaan te onschuldig en is de popfactor te behoorlijk. Past een band als dit dan wel op Indiestadt? De vraag schiet ons meerdere malen te binnen, maar wordt steeds weer weggewuifd door de dansgrage Shea, of simpelweg vergeten door wéér een catchy/hoekig/funky/punky refrein.

En dan de hoofdact. De enkeling die er níét voor The Black Angels gekomen is, wordt met het instarten van Death Song ieder vraagteken ontnomen. Deze band uit Austin, Texas vernoemde zichzelf én zijn laatste album naar de Velvet Underground-track en iedereen zal het weten. Zodra Lou Reed postuum zijn zegje heeft gedaan, is het woord aan The Black Angels. Met een vijftienjarig repertoire van onstuimige en bombastische psychrockplaten kunnen Alex Maas & co diep graven bij het opstellen van hun setlist. Het gevolg is een set die allerminst makkelijk te noemen is, hetgeen de headlinerstatus van de band vanavond enkel bevestigd.

Zeker in de eerste helft, na het uitrazen van opener Currency, is het kraut dat de klok slaat. De geoliede locomotief dendert voort, song na song, en pas met Black Grease van debuut Passover horen we weer een echo van de songsmid die Maas stiekem is. Vele gigantische tracks heeft The Black Angels in zijn mars (Indigo Meadow, The Executioner, etcetera) maar slechts een handjevol passeert de revue. En toch heeft The Black Angels, niet per se de meest charismatische band, het publiek anderhalf uur lang bij zijn lurven met hypnotiserende projecties, bulderende baspartijen en een kickdrum die (letterlijk) mensen omver blaast. Een show voor de liefhebbers, maar wat voor een.

Onze onvolprezen fotografe Tess maakte ook nog foto’s in en om Paradiso, bij A Place To Bury Strangers en de afterparty met BARTEK. Check ze hieronder!

In het staartje van afgelopen winter verblijdden vier heren uit Brooklyn ons met hun terugkeer. Het mocht even duren, maar anders hadden we ook niet verwacht. Terwijl geestverwanten Real Estate en Wild Nothing het succes na hun debuut in rap tempo uitbouwden, bleef Beach Fossils jarenlang zijn eigen kabbelende koers varen – wars van alle mode. Een gapend gat van drie jaar viel tussen de eerste en de tweede en vier jaar na de tweede is er nu Somersault. Het lange wachten is beloond. Toch?

Dat de heren stonden te popelen om hun nieuwe geluid te delen, bleek wel aan de ongekende hoeveelheid singles die vooraf reeds het daglicht zagen. This Year, Saint Ivy, Down The Line, Tangerine, Social Jetlag – nagenoeg de helft van Somersault stond al lang en breed te schitteren in onze lenteplaylists, en dan moest het album nog komen. Het lijkt een gewoonte te worden in de muziekindustrie, ook voor Beach Fossils, maar daarin schuilt gevaar.

Beach Fossils is namelijk nooit de band geweest om je met de kracht van songs uit je sokken te blazen, en ook op Somersault is het slechts een viertal tracks dat écht beklijft: de eerste drie, waarna het gemoedelijk wegdromen is met enkel nog het sterke staaltje Slowdive-esque shoegaze Be Nothing om je aan het slot weer wakker te schudden.

Als scheikundigen der shoegaze zijn de boys uit Brooklyn duidelijk track voor track te lijf gegaan. Ieder element lijkt bijna formulair te zijn toegevoegd, zonder een druppel te verspillen. Een ‘expanded sonic palette’ beloofde de band in maart en daar is weinig van gelogen. Op Social Jetlag klinkt meditatieve piano à la Emahoy Tsegué-Maryam Guèbrou, terwijl terloops ook low key hiphopinvloeden zich een weg naar de oppervlakte banen. Orgels, strijkers en klavecimbels duiken her en der op – zo lichtvoetig dat je bijna zou vergeten dat Beach Fossils niet altijd zo geklonken heeft. Enkel de bijdrage van rapper Cities Aviv op Rise doet binnen het universum van de band vreemdsoortig aan.

Teleurstellen heeft Beach Fossils nooit gedaan en het is dan ook fijn ze terug te hebben. Toch knaagt er iets aan de kantjes, want hoewel er niets op het album aan te merken is, neemt Somersault, afgezien van het genoemde Be Nothing, nimmer een kijkje boven het maaiveld. Bij gebrek aan de intensiteit van het debuut en de dynamiek van voorganger Clash The Truth, resteert zo een dromerig, wonderschoon en meeslepend, maar ook wel heel egaal geheel. Voldoende voor de zomer is het zeker, maar of het voldoende is voor nog vier jaar…

Deze week komen er geen ladingen aan nieuwe platen uit, maar wat er dan uitkomt, is dan wel weer echt de moeite waard. Zo is de debuutplaat van Cende uitgekomen,een soort indiesupergroep met bandleden van LVL UP en Porches waarover je eerder al las toen we over de single Bed schreven. Maar ook de nieuwe plaat Watercourse van Sea Pinks en Popular Music van de punkers die LIFE vormen. 

Op het gebied van singles zitten we deze week wel lekker in de slappe was. Zo heeft All We Are een nieuwe single, Alt-J, TOPS, Washed Out, Beach Fossils, Febueder, BadBadNotGood, Benedict October, Hooded Fang en The KVB. Klik op play, ga lekker in de zon hangen en geniet ervan.

 

 

Cende – #1 Hit Single

 

Sea Pinks – Watercourse

 

LIFE – Popular Music

the snow memory loss captured tracks

 

 

Yes, we hebben er een indie-supergroep bij! The Snow is het nieuwe wapenfeit van het Captured Tracks-label (onder andere bekend van Mac DeMarco), DIIV en The Soft Moon.

 

Verwachting
The  Snow, bestaande uit Beach Fossils‘ Dustin Payseur, Jack Tatum van Wild Nothing en Holograms‘ Andreas Lagerström. Eén van de vruchten die deze samenwerking heeft afgeworpen is Memory Loss, welke precies zo klinkt zoals je kan verwachten van een dergelijk drietal. Jack Tatum vertelt er overigens het volgende over.

 

Warme deken
Memory Loss voelt als een warme, grijze Dream Pop deken die een klein beetje kriebelt door de raffelende shoegaze-randjes. Met constante drumpartijen, vloeiende en melodieuze baslijnen, genoeg echo op de gitaren en Langerström’s Curesque zang is het een heerlijk compact liedje geworden. Een klein minpuntje is dat de warme waas nog niet eens drie minuten duurt, maar gelukkig hebben we daar de repeat-knop voor.

 
Captured Tracks brengt Memory Loss officieel op 7” uit op 19 april tijdens Record Store Day, waarvan de  b-kant Joy of Life heet. Zet meteen even bij 20 maart in je agenda dat om 19:00 alle nog onaangekondigde unieke RSD-releases tegelijkertijd bekend worden gemaakt.

 

 

 

 

 

traumahelikopter2

 

 

Alle synoniemen voor de woorden: ‘leuk’, ‘gezellig’, ‘mooi’ en ‘intiem’ waren weer afgelopen weekend weer van toepassing op Into The Great Wide Open op Vlieland. The Daily Indie was aanwezig in de vorm van fotografe Anne Steenbergen om een fotoverslag te maken en het weekend vast te leggen. Klik rustig door de foto’s en zet de Spotify Playlist nog eens aan om na te genieten van ITGWO.

 

 

The Daily Indie Issue #06

 

Foto Cover: Melissa Houben

The Daily Indie is een gratis en interactief muziekmagazine dat zich richt op nieuwe, alternatieve muziek. Vol interviews, muziektips, fotoseries, columns, albumrecensies, een concertagenda en een hoop losse rubrieken.

The Daily Indie | Issue #06
In de zesde editie zijn er interviews te lezen met Mikal Cronin, SPLASHH, Beach Fossils, The Black Lips, The Wytches, Bass Drum Of Death, Childhood, , MMOSS, Charlie Boyer And The Voyeurs, Cousins, Melted Toys, Miles Kane en Jackson Scott.

Verder zijn er losse rubrieken als The Daily Video en Best Of The Blog, zijn onze wegwerpcamera’s deze editie door meerdere handen gegaan op ons eigen feestje in Paradiso, hebben we WOLVON gevraagd een Spotify Mixtape te maken. Verder hebben we uiteraard een mooie playlist met kersverse nummers, een hoop albumrecensies en een bomvolle concertagenda.

Daarnaast zijn we naar Brighton geweest om een uitgebreide special te maken over het Engelse showcase-festival The Great Escape, lichten we het literaire tijdschrift Das Magazin uit, is er een fotoserie over de band HEALTH en kun je de winnaars van de fotografische wedstrijd I Shot The Band in ons blad zien! Vermaak in de vorm van columns komt deze keer van Thomas Snoeijs en Joris Postulart. Dat, en nog veel meer!

Luisteren waar je over leest
The Daily Indie is speciaal ontworpen als interactief muziekmagazine. Waardoor je niet alleen over de artiesten kunt lezen, maar dat je ze ook direct kunt beluisteren op Spotify/Bandcamp/SoundCloud, de band kan liken op Facebook of een videoclip van ze kunt bekijken op YouTube. Zo weet je ook echt waar je over leest!

 

—————————————————————————————————————————————————––

 

Download de app
Via de volgende link kan je The Daily Indie downloaden op je iDevice: The Daily Indie | App Store 

icon-Available-on-the-AppStore

—————————————————————————————————————————————————––

Android?
The Daily Indie is ook beschikbaar voor Android-gebruikers. Download ‘m hier in de Google Play Store.


google-play-logo1

—————————————————————————————————————————————————––

 

Lezen via Issuu
Geen smartphone of tablet? Geen probleem! Je kan The Daily Indie hieronder gewoon lezen via Issuu.

 

 

—————————————————————————————————————————————————––

 

Preview Gallery Issue #06

 

artworks-000038437844-lv12w5-large

 

Vandaag gaan we keihard aan de slag om de derde editie van The Daily Indie helemaal af te ronden. Maar voordat ‘ie naar onze digitale drukker gaat om vervolgens richting de App Store te gaan, willen we je natuurlijk nog wel even met een paar fijne nummers de week insturen.


Girls Names – Pittura Infamante




Beach Fossils – Generational Synthetic




Youth Lagoon – Dropla




Pien Feith – Oh Radical Me




Childhood – Bond Girls




SUUNS – Edie’s Dream




Ty Segall – Thank God For Sinners




Unknown Mortal Orchestra – So Good At Being In Trouble



Work Drugs – Delta

 

Nadat je in de nieuwe issue al had kunnen lezen dat Beach Fossils begin volgend jaar met een nieuw album zou komen, is er nu een nieuw nummer en zijn er meer details bekend. De plaat zal namelijk ‘Clash The Truth’ gaan heten, het artwork ziet er als hierboven uit en half februari zal de plaat in de winkels te liggen. Als voorproefje heeft de band Careless uitgebracht, een ouderwets lo-fi, maar tegelijkertijd toch up-tempo klinkend nummer, met scherpe gitaarpartijen en een hoop bakken galm.