Album Review

Hypeband Communions kleurt de wereld Blue, maar doet dat iets te veel binnen de lijntjes


10 februari 2017

Communions is een van de meest gehypete bands van het moment. De Denen maken gitaaranthems volgens Britse receptuur en brachten eind vorig jaar met Got To Be Free nog een dijk van een single uit. Onze verwachtingen voor Blue, hun debuutalbum, waren dan ook hooggespannen. Helaas weet de band die niet geheel waar te maken. Waar het lekker uitgesponnen Got To Be Free nog een fijne bombastische inslag had, is de rest van het album vooral gevuld met middle of the road-poprock. Communions leunt namelijk iets te hevig op invloeden van Britse gitaarbands uit de jaren negentig.  

Het ene moment horen we Oasis, het andere Blur, en ga zo maar door. Dat is jammer, want op de momenten dat de band wel als zichzelf klinkt, klinken ze ook écht goed. Zo is openingsnummer Come On, I’m Waiting misschien ook niet heel origineel – het refrein had niet misstaan op een album van een van de twee bovengenoemde bands – maar klinkt het door de lekkere tegendraadse gitaarriff toch enigszins nieuw. Dat dat refrein dan ook nog eens een van de fijnst meeschreeuwbare refreinen is die we in tijden gehoord hebben is een zeer aangename bijkomstigheid. Het probleem is dus zeker niet dat de band geen goede nummers kan schrijven, het probleem is dat ze er daar nog niet genoeg van hebben. Te vaak blijft het bij dertien in een dozijn-popsongs als Today en Midnight Child.

 

 

Een ander probleem is de wat nasale stem van zanger Martin Rehof. Vaak klinkt hij aangenaam zeurderig, maar soms, zoals in het springerige It’s Like Air, gaat hij net over de irritatiegrens heen. Gelukkig blijkt dat de band twee van de beste nummers voor het laatst bewaard heeft. Op het een-tweetje Eternity en Alarm Clocks dat de plaat afschuift komen de shoegaze-invloeden die het hele album lang al onder grond bubbelen eindelijk naar boven, met sterk resultaat. Dan horen we de band weer die Communions zou kunnen zijn als de heren iets minder zouden blijven hangen in het verleden. Als de band zich daarop focust voor hun tweede plaat, zou dit half geslaagde debuut zomaar een ijzersterke opvolger kunnen krijgen.