New Music

Het geluid van een hardnekkige schim: Will Johnson keert terug met de grauwe gospel van Cornelius


26 juni 2019

De vrouw met uitgehard-grijzig haar heeft een tatoeage over de volledige breedte van de linkerpols. De tatoeage zegt ‘love’. Dat was een medepassagier, en als ze opstaat, dom-glimlachend voordringt en de trein verlaat denk ik: ‘Die zie ik nooit meer terug.’ Dat was een figurant, inmiddels een herinnering.

De liedjes van Will Johnson worden bevolkt met soort figuranten; schimmen. Als ze niet opduiken in materiaal van Centro-matic, South San Gabriel of in de samenwerking met zaliger Jason Molina, dan verschijnen ze wel onder Will Johnsons eigen naam. Nu is het podium voor vier minuten en beetje voor Cornelius. De man is bezig met een groot werk, maar oogst zowel bij toehoorders als hemzelf weinig meer dan teleurstelling: “Cornelius, I was hoping with anticipation / now I ain’t got nothing left to do with you.” 

En dat was dat.

Cornelius bevindt zich, in tegenstelling tot de vrouw met grijs haar, niet in een rumoerige treincoupé, maar in de grauwe gospel van Will Johnson: knarsende gitaar, slagwerk in een holle kamer en de rauw-aangetaste stem van de man zelf. Volgens Johnson zelf heeft het nummer tien jaar in de wegkant moeten liggen voordat het nu eindelijk vorm heeft gekregen: aangereden, aangedaan en na een heel decennium opgepakt en opgelapt met kippengaas en draad.

Als een hardnekkige schim, die weigert vergeten te worden: