Frank Zappa & The Mothers Of Invention: The Mad Scientists Of Rock
26 januari 2017
Altijd zo heerlijk. Het moment waarop je een oudere artiest ontdekt en je een hele wereld aan nieuwe en briljante muziek voor je ogen open ziet gaan. Je tilt het deksel van een schatkist vol platen, afbeeldingen, concerten en verhalen. Verbanden tussen artiesten, labels, producers, popzalen en stromingen komen plots bloot te liggen. De draden van het muzikale spinnenweb in je hoofd worden dikker en sterker en de randen spinnen zich uit.
Toch is het niet alleen een beeld van de muziekgeschiedenis dat scherper wordt gesteld. Regelmatig hoor je op een vijftig jaar oude plaat ineens een gitaarsound, een tweede stem of een stijl – noem het attitude – die door de tijd heen is geschoten naar de artiesten van vandaag. Zo zal ik je vertellen wat mij is overkomen met Frank Zappa. Ik heb de muzikant namelijk nooit zo begrepen. Een man van uitersten die muziekliefhebbers in twee heersende Zappa-kampen verdeelt:
1. Gast! Hoe kun je dat nou niet begrijpen? Zappa is geniaal, dafuq!
2. Inderdaad, man. Wazig en dramatisch gedoe, ik snap er ook geen hol van.
Nu behoorde ik zelf tot Kamp 2, maar ben ik in het voorjaar overgeplaatst naar het eerste kamp. Dat ging zo: zonder aanwijsbare reden springt er weleens iets op in je hoofd. Alsof er iets uit de continu draaiende centrifuge van onderbewuste gedachten naar het bewustzijn wordt geslingerd. Zappa! Daar stond hij op mijn geestesoog, de besnorde mafketel met zijn duivelse staart en gitaar. Al sinds mijn puberteit probeerde ik me meerdere malen te wagen aan het werk van dit kennelijk ‘muzikale genie’. Ik stortte mij dan vaak in een van de tientallen albums en belandde dan blijkbaar net in de verkeerde tijd of op de verkeerde plaat. Er zijn hoe dan ook nog steeds een hoop albums van Zappa waar ik echt vrij weinig mee kan. Maar toch, er moet iets zitten in die muziek van Zappa. Waarom hebben vrienden en artiesten het anders nog steeds zo vaak over hem? Na meerdere mislukte pogingen zijn muziek te waarderen, liggen de gedachtes aan Zappa al een aantal jaar stilletjes in een hoekje te sluimeren. Te wachten om dan nog eens één keer opgeraapt te worden. Ik besloot geen dartpijl op een landkaart te gooien om te kijken waar we heen gaan. Ik besloot simpelweg eens bij het begin beginnen. En dan blijk je helemaal onderaan de stapel uit te komen bij Zappa’s eerste band The Mothers Of Invention. Ik maak een figuurlijke reis door de eerste plaat Freak Out! van The Mothers. Mijn hoofdvraag: wat voor invloed heeft Zappa gehad op de indieartiesten van nu?
White blues band(?)
Die reis brengt ons terug naar 1965, wanneer Zappa gevraagd wordt om de gitarist van de lokale rhythm-and-blues-band Soul Giants te vervangen. Zappa accepteert de uitnodiging en wordt al snel de leider van de band. Hij overtuigt de rest van de groep om zijn eigen muziek te gaan spelen, om zo meer kans te maken op een platencontract. Samen met manager Herb Cohen, speelt de band alsmaar meer shows en gonst The Mothers steeds meer rond in de bloeiende undergroundscene van LA. Begin 1966 ziet Tom Wilson (o.a. producer van Bob Dylan en The Velvet Underground) de band het nummer Trouble Every Day spelen. Als hij de groep ziet, zijn de zogenaamde ‘white blues bands’ een ontzettende hype en Wilson denkt hier met The Mothers mooi op in te kunnen haken. Na het horen van dit ene nummer tekent hij de band vol overtuiging bij platenlabel Verve.
Na een aantal opnamesessies breekt het zweet de producer toch een beetje uit en krabt hij zich nog eventjes achter de oren; het muzikale spectrum van Zappa is toch iets breder dan hij had verwacht. Wilson kijkt vanuit de control room toe hoe er bij elk nieuw nummer weer een aantal experimentele en avantgardistische laatjes open worden getrokken. En hoe meer hij hoort, hoe enthousiaster hij wordt. Wilson steekt in die maanden zijn nek uit voor de band. Hij geeft vanuit het label tussen 25.000 en 35.000 dollar uit aan het album. Dit zorgt voor meerdere managerskinnen die bij moederbedrijf MGM op de tafel klappen en voor hartkloppingen bij de penningmeester als de facturen zijn opgeteld. Tegelijkertijd weet Wilson er ook nog eens voor te zorgen dat The Mothers een – voor die tijd – extreem hoge dosis artistieke vrijheid krijgen, die zonder bemoeienis van hogere hand op zwarte plakken vinyl gedrukt wordt.
Freak Out!
Meer dan vijftig jaar geleden, op 27 juni 1966, is het project gerealiseerd en wordt debuutplaat Freak Out! wereldwijd uitgebracht. Het was de tweede dubbelelpee in de rockwereld – Bob Dylans Blonde On Blonde, dat een maand eerder uit is gekomen, was de eerste. Op het debuut van The Mothers of Invention hoor je een veelzijdigheid aan rock-‘n-roll, avant-garde en doo-wop. Zappa zoekt naar willekeurige stukjes muziek die in elkaar passen en klikt meer en meer steentjes op elkaar. Net zolang tot hij een stadje met vijftien huisjes heeft gebouwd. Een rij woningen met kleurrijke gevels en fluorescerende voortuinen, gelegen aan een bochtige weg vol hobbels en kuilen. Een verraderlijk mooi en psychedelisch sprookjesdorpje, gelegen in een geestverruimend niemandsland.
Toch weten niet veel mensen dit open-minded stukje paradijs te bereiken. Het album wordt geen commercieel of kritisch succes bij de eerste release in de Verenigde Staten en wordt vooral gezien als een drugsdoordrenkte plaat van een stelletje weirdos. In de Los Angeles Times door Pete Johnson nog omschreven als: ‘If anyone owns this album, perhaps he can tell me what in hell is going on… The Mothers Of Invention, a talented but warped quintet, have fathered an album poetically entitled Freak Out, which could be the greatest stimulus to the aspirin industry since the income taks.’
Aan de andere kant katapulteert de band zichzelf linea recta naar de toppen van de Amerikaanse underground, waar hij als held wordt ontvangen. De band legt een compleet nieuw geluid in de schaal van rockmuziek en biedt een tegengif voor de meedogenloze consumentencultuur van Amerika. Ondanks de vrij obscure zweem die rond de band hangt, wordt de plaat in Europa relatief goed verkocht. Als een van de eerste conceptalbums, belandt het zelfs op de draaitafels van The Beatles, die deze vernieuwende ideeën van Frank Zappa wel zien zitten.
McCartney tot Ariel Pink
Volgens voormalig Rolling Stone-journalist Chet Flippo, heeft het album een grote invloed op Paul McCartney. Hij ziet Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band als de Freak Out! van The Beatles. Niet alleen Paul trouwens; de outsider-anthems van Zappa zoemen al sinds de jaren zestig door de speakers van vele artiesten. Zo ben ik begonnen bij het begin en dan vertrek je op Freak Out! bij het nummer Hungry Freaks, Daddy. Begint allemaal bluesy, groovy, er is direct kritiek op de maatschappij in het eerste couplet. Oké, oké, klinkt als Zappa. Curieuze en botsende samenzang, een kazoo. En binnen een anderhalve minuut valt er meteen een kwartje bij Zappa’s eerste solo. Dit is waar Tim Presley, ook wel bekend als White Fence, de mosterd haalt! De sound, de stijl. Dat hoge en snelle gepriegel, inhouden, versnellen, laag naar hoog naar laag en weer gas terug om even uit te rekken voordat er een volgende duik in de slangenkuil wordt genomen.
In zo’n beetje elk nummer dat volgt, hoor je Ariel Pink terug – hij is in feite de Zappa van de 21ste eeuw. Op andere plekken hoor je de artpop van Cate le Bon. Bij de stevige rock-‘n-roll op het album moet je soms twee keer controleren of je niet naar The Black Lips aan het luisteren bent. In de gladglijdende en retestrakke grooves hoor je de basis van talloze Foxygen-nummers. In het twaalf minuten durende slotnummer denderen de opgefokte spoken word-vocalen van Parquet Courts door de gekheid heen. Ben ik de enige die dit gemist heeft? Kennelijk, want ook door de talloze, zeer contrasterende platen van King Gizzard & The Lizard Wizard is een rode draad te vinden, die door alle lagen van de muziekgeschiedenis een splitsing naar Zappas brein heeft.
Rare rockmuziek
Vanaf het moment dat Zappa en zijn Mothers keurig gesloten deuren in aan het trappen zijn, schijnt er een schimmig lichtje over een voorheen verstopte scene. Uit vochtige en donkere schuilplaatsen krioelen midden jaren zestig allerlei obscure bandjes naar de oppervlakte. Ze krijgen meer kansen in goede popzalen en bij platenmaatschappijen, die hun ivoren torens iets toegankelijker maken. Door de abstracte pop maakt Zappa ‘rare rockmuziek’ geaccepteerder. Hij pikt stukjes uit de grote brok popmuziek, die hij opvult met compromisloze muziek en kritische teksten. Zappa verandert voorgoed de rockmuziek met Freak Out!. Nog steeds luistert de plaat als een ontdekkingsreis door de trippy jaren 60 en nog steeds echoën de invloeden van Zappa en zijn crew door de popzalen over de hele wereld.