Album Review

Vitaliteit en ontspanning wisselen stuivertje op de reünieplaat van Slowdive


6 mei 2017

We spraken uitgebreid met Slowdive over de nieuwe plaat en wat vooraf ging. 

Aan het muzikale genre shoegaze kleefde lange tijd een imago van afstandelijkheid en lethargie. Maar zie: sinds ruim een half decennium hoef je je niet meer te schamen voor aan shoegaze schatplichtige hedendaagse bands als A Place to Bury Strangers, M83 of Beach House. Shoegaze maakte als muzikale invloed een comeback, en het wachten was op het hergroeperen van bands die begin jaren negentig school maakten met feedback en distortion, monotone fluisterzang en dagdromen. In 2014 gaf het dromerig, verlangende Slowdive een schitterend optreden op festival Best Kept Secret. Drie jaar later is daar de reünieplaat Slowdive, en die is lang niet verkeerd. 

De verdienste van Slowdive en andere groepen zoals My Bloody Valentine en Lush was dat ze ruim vijfentwintig jaar geleden de gitaar als synthesizer gebruikten en andersom. En natuurlijk hoor je dit nog steeds terug op de titelloze comebackplaat, hoe kan het ook anders. Toch trapt de band niet in de eigen val van volledig blijven hangen in het verleden, hoewel Slowdive het avontuur en minimalisme van laatste plaat Pygmalion uit 1995 achterwege laat. Dat is wellicht ook wat te veel gevraagd, zo lang na dato.

Wat wel overduidelijk aan de oppervlakte komt, is een band die niet meer zo nodig wil overdonderen met uitbarstingen van gitaargeluid, maar ontspannen en zonder topzware romantiek muziek maakt. Het levert soms schetsmatige songs op die net zo goed door bijvoorbeeld M83 gemaakt kunnen zijn, en ook een albumhoogtepunt als het fijn zweverige Don’t Know Why, om tegen het eind van de plaat weer plaats te maken voor een ander hoogtepunt: het zomers melancholieke Go Get It. Hier horen we een band die niet meer zo nodig de wereld hoeft te veroveren, en juist daarom met zulke fraaie nummers op de proppen kan komen.

Toegegeven: de gitaarlijnen lopen niet over van originaliteit en klinken bij tijd en wijle zelfs voorspelbaar. Toch wint de variatie en vitaliteit van de acht songs op punten van platgetreden muzikale paden, zoals in de magnifieke pianogeleide afsluiter Falling Ashes, waarin Slowdive op de valreep het muzikale avontuur nog even aantikt. Het acht minuten durende nummer is fraai opgebouwd, maar komt nergens tot een ontlading. Het is illustratief voor Slowdive anno 2017. En dat is ook wat waard, want het levert veel fraais op.