De zomer is officieel begonnen, dus dat betekent natuurlijk dat het nu écht tijd is voor festivals. Dat zullen we weten ook, want op de allereerste editie van Loose Ends was het meteen kokend heet. Nu willen we natuurlijk niet klagen over mooi weer, maar voor een festival als Loose Ends waren deze omstandigheden misschien niet ideaal. Want in de brandende zon heb je toch minder snel zin om te moshen, toch?

Tekst Renier van der Zouw
Foto’s Michael Kattenbeld

Dat er toch vrij veel moshpits ontstonden, is bewijs dat er duidelijk nog een behoefte is aan een dag vol herrieschoppers als deze. Laten we beginnen met de feiten: Loose Ends is dus een spiksplinternieuw festival op de NDSM-werf in Amsterdam, dat ze delen met Strange Sounds From Beyond de dag ervoor, komt uit de koker van Friendly Fire en staat geheel in het teken van de betere (gitaar)herrie. Deze eerste editie heeft genoeg klinkende namen op de line-up: relatief oudgedienden als Sleaford Mods en Metz vullen nieuwe beloftes in de scene als Sports Team en Fontaines D.C. goed aan.

Het terrein is erg klein en biedt naast een pop-up winkel waar concertposters en ander artwork gekocht kan worden geen randzaken, dus het is duidelijk; op Loose Ends gaat het om de muziek. Met die muziek zit het gelukkig wel snor. De verhouding Nederlandse en buitenlandse bands is precies fifty-fifty en het aanbod is breed genoeg dat iedereen wel aan zijn trekken moet kunnen komen. Tenzij je fan bent van het écht harde werk, heel veel hoger dan bij Metz of Ploegendienst sloeg de decibellenmeter niet uit vandaag.

Indiefeestje
Nadat we het terrein verkend hebben – wat je dus in een minuut of vijf kan doen – beginnen we bij Personal Trainer. Deze Canshaker Pi-afsplitsing was ook al te zien op Best Kept Secret, dus de formule is bekend: Willem Smit en een hele hoop vrienden zorgen voor een ongeremd indiefeestje, waarbij de muziek net iets minder hard schuurt dan bij de grote broer. Ook vandaag op het kleine podium aan het water waar de band speelt is het weer een gezellige bedoening. Op het podium wordt er dermate veel gesprongen dat het af en toe lijkt alsof we bij een sessie ochtendgymnastiek zijn terechtgekomen. Vooral de toetsenist weet van geen ophouden. Het speelplezier is op zich aanstekelijk, maar slaat nog niet echt over op het publiek, daarvoor is het waarschijnlijk nog wat te vroeg en bovenal te heet. De springende toetsenist eindigt overigens bovenop een van de speakers, dus aan hem heeft het niet gelegen.

Ploegendienst

Daarna gaan we naar de tent voor Ploegendienst. Even geen zon dus, maar dat betekent niet dat er niet gezweet gaat worden. Ray Fuego’s punkband raast als een malle over het podium en zorgt vanaf de eerste minuten al voor de eerste pit die wij op Loose Ends zagen. Wij zijn overigens niet de enige die het heet hebben: Fuego komt al op zonder shirt, maar trekt ongeveer halverwege zelfs zijn broek uit, waarna hij ook het eerste heldenapplaus van de dag in ontvangst mag nemen. Maakt het dan uit dat zijn teksten niet te verstaan zijn en vrijwel ieder nummer hetzelfde klinkt? Mwah. Er zijn veel technisch verfijndere bands te vinden, maar er zijn er maar weinig die het publiek zo makkelijk mee krijgen als Fuego en zijn mannen.

Ploegendienst

Want dat dat niet altijd makkelijk gaat, bewijst Mozes and the Fistborn even later op het hoofdpodium. De band speelt prima, maar lijkt in de eerste helft niet helemaal hittebestendig. “Ik zie echt niks in de zon”, verzucht frontman Melle Dielesen als hij zijn gitaar probeert te stemmen en de uitroepen van ‘spéleuh!’ die daarop volgen lijken daadwerkelijk voor wat irritatie te zorgen. De sfeer is dus soms wat ongemakkelijk, wat misschien ook verklaart waarom hit Sad Supermarket Song enigszins doodslaat. In de tweede helft komt de band gelukkig meer op stoom. Vanaf een fijn meeslepend Scotch Tape/Stick With Me is het publiek mee. De aanhouder wint.

Mozes and the Firstborn

Vermakelijk
Hoewel er dus op zich genoeg verschillende bands te vinden zijn, ligt de boventoon toch duidelijk op indierock met een punk- en garagerandje. Dat is geen probleem, maar dat zorgt er soms wel voor dat het lijkt alsof je keer op keer naar dezelfde show staat te kijken. Zo kunnen we over Sports Team eigenlijk hetzelfde zeggen als over Mozes: prima band, maar het wil niet helemaal vlotten, totdat het dat uiteindelijk wel doet. Afsluiter Stanton mag zich zelfs tot de hoogtepunten van het festival rekenen. Overigens is het zelfs als de show nog niet helemaal los komt wel heel vermakelijk om naar te kijken, want Sports Team heeft met Alex Rice een frontman waar je je ogen niet vanaf kan houden. Zijn capriolen zijn ook een goed contrast met de zeer stoïcijnse toetsenist annex tamboerijn-speler Ben Mac, die op het podium staat alsof hij voor iedere beweging die hij maakt belasting moet betalen. Als het met de band niks wordt, kunnen ze altijd nog als komisch duo op tour gaan.

Yak

Yak in de tent heeft vervolgens alle in zich om een kolkend hoogtepunt te worden. De live-reputatie van deze Britten is met recht ijzersterk en hun nieuwe album Pursuit of Momentary Happiness behoort tot de fijnste herrieplaten van dit jaar (lees hier het interview dat we onlangs met de band deden terug). Helaas blijkt de tent een maatje te groot voor Yak. In de zaal van een poppodium is het heerlijk zweten op de schurende riffs en slepende zang van Oli Burslem, maar hier komt het niet helemaal over. Het is ook jammer dat prijsnummer Harbour The Feeling wordt overgeslagen. Een band hoeft natuurlijk niet te pleasen, maar Yak heeft nou ook weer niet zó’n geweldige discografie dat de grootste hit niet gemist wordt als die niet voorbij komt. Een heerlijk venijnig Victorious (National Anthem) in de slotfase maakt een hoop goed, maar gezien de hoge verwachtingen mag dit optreden toch de boeken in als een gemiste kans.

Als de middag op zijn einde begint te lopen, beginnen er toch wat kinderziektes op te vallen. Dat het terrein vrij kleinschalig is, is op zich lekker knus, maar zorgt er wel voor dat het gedeelte waar je eten kan halen rond etenstijd volledig volloopt, waardoor je makkelijk een half uur in de rij staat en er voor de langste rijen niet eens echt ruimte is. Daar komt dan ook nog bij dat het aanbod qua eten vrij beperkt is, al zijn we misschien gewoon verwend door de Best Kept Secrets en Down The Rabbit Holes van deze wereld.

(De tekst gaat door onder de afbeeldingen)

Dead on arrival
Niet dat wie in de rij staat heel veel mist, want precies op dit punt begint het programma wat in te kakken. Indian Askin en Iguana Death Cult spelen gelijktijdig degelijke shows, maar wel shows die we van beide bands al wel vaker hebben gezien, zonder dat er echt iets aan opvalt in positieve of negatieve zin. Dat geeft tijd om na te denken, waarna we tot de conclusie komen dat de line-up toch wel iets avontuurlijker had mogen zijn. Op een paar nieuwe talenten na, zien we toch vooral veel namen die al váák in ons land te zien geweest zijn.

Indian Askin

Dat de shows van Nederlandse bands niet echt uniek zijn is natuurlijk onvermijdelijk, maar je kan je bijvoorbeeld best afvragen wat precies de toegevoegde waarde is van deze show van Sunflower Bean. Diens album Twentytwo in Blue stamt alweer uit maart 2018 en de band was sindsdien al twee keer te zien in ons land. Daar komt dan nog eens bij dat het drietal qua sound hier niet enorm op zijn plek is en frontvrouw Julia Cummings er vocaal wel eens naast zit en je hebt een show die eigenlijk dead on arrival is.

Sunflower Bean

Gelukkig is daarna Iceage de optater die we wel konden gebruiken. Oké, de laatste worp van deze Denen is ook al weer meer dan een jaar oud en ook hebben we ze sindsdien al wel een paar keer kunnen bewonderen, maar muzikaal gezien past hun theatrale postpunk Loose Ends als een handschoen. Frontman Elias Bender Rønnenfelt struint over het podium alsof de duivel hem op de hielen zit en sleurt de tent moeiteloos mee in het duistere universum die de band met zijn muziek creëert, waar het een klein uur lang goed toeven is. Al kan dat blijkbaar niet iedereen goed smaken: de tent loopt al vrij snel leeg, maar voor de liefhebber is dit onvervalst genieten.  

Iceage

Aan METZ vervolgens de taak om het publiek klaar te maken voor de eindsprint. Dat lukt redelijk, maar toch zien we ook deze band veel liever in pak hem beet de bovenzaal van Paradiso, dan op een open veld in de zon. Aan de Canadezen ligt het niet. Zoals we van ze gewend zijn voeren ze hun stuwende noise-rock met enorm veel passie op. Je voelt het zweet bijna op het podium druppelen, maar vanaf een afstandje is het toch minder meeslepend dan in een setting waar je echt up close and personal met de band mee kan zweten.

METZ

Beste rockshow in tijden
Op het dipje rond het avondeten na hebben we ons prima vermaakt hoor, maar een echt hoogtepunt zijn we nog niet tegengekomen. Enter Fontaines D.C. Dit Ierse vijftal dat we onlangs interviewden heeft waarschijnlijk ook wel de meeste buzz rond zich hangen van alle bands vandaag, met name dankzij het ijzersterke debuutalbum Dogrel. In april zagen we ze nog op Motel Mozaique, waar de show helaas niet helemaal uit de verf kwam. Vanavond gaat gelukkig wel alles goed. Sterker nog, de band geeft een van de beste rockshows die ondergetekende in tijden gezien heeft.

Fontaines D.C.

Fontaines D.C. is simpelweg de juiste band op de juiste plaats. Frontman Grian Chatten is een bijzondere podiumpersoonlijkheid,  heeft dankzij zijn Ierse accent een stem uit duizenden en wordt bijgestaan door een band in bloedvorm. Heel Dogrel komt voorbij, waardoor duidelijk wordt dat die plaat eigenlijk geen zwak nummer kent. Tranentrekkende meezingers voor in de pub (Roy’s Tune, Dublin City Sky) worden afgewisseld met krakers (Chequeless Reckless, Liberty Belle, Boys In The Better Land) die zorgen voor de grootste moshpit van heel Loose Ends. Maar bovenal is Fontaines D.C. vanavond een band die verbroedert. Grote, zweterige mannen vallen elkaar zingend in de armen en pinken bij de ballads misschien zelfs stiekem een traantje weg. Soms zagen we vandaag een bewijs dat de moderne gitaarmuziek een beetje saaiig aan het worden is, maar dit was rock op zijn mooist.

Helaas is na dit zinderende hoogtepunt headliner Sleaford Mods juist de verkeerde band op de verkeerde plaats, want wat geeft dit dynamische duo een strontvervelende show. De formule – Jason Williamson spuwt in zijn zware Britse accent venijnige teksten uit in een gedesinteresseerd toontje, terwijl zijn kompaan rustig de beats op het publiek afvuurt – kan best leuk zijn, maar op Loose Ends slaat het in als een lul op een drumstel. Nummer na nummer komt voorbij zonder dat er maar een enkele klik met het publiek ontstaat. Na een minuut of veertig begint het geheel eindelijk een beetje tot leven te komen, maar dan is voor Sleaford Mods de wedstrijd al lang verloren.

Als afsluiter is dat dus een beetje een domper, maar verder beleefde Loose Ends een degelijke eerste editie. Een echte identiteit heeft het festival nog niet gevonden – geen van deze bands had misstaan op een Best Kept Secret of Down The Rabbit Hole – maar het was aangenaam om even een dag lang ondergedompeld te worden in, meestal, de betere herrie. Een tip van ons: zowel in de aankleding als in de programmering mag het allemaal best wat meer schuren. We waanden ons maar op een paar selecte momenten echt op een ode aan de betere herrie, nog iets te vaak was het een wat brave bedoening. Om de wijze woorden van Fontaines D.C. maar even te citeren: ‘you’re not alive until you start kicking‘.


Na twee dagen waar we al lekker tot het gaatje gingen, is de derde dag van Motel Mozaïque aangebroken. Of nou ja, derde dag, het festival lijkt tegenwoordig één lang en aangeschakeld moment te zijn, met een uitgestrekte nachtprogrammering en een programma dat van start gaat als je net weer op je benen kunt staan. De belachelijk goedgevulde zaterdag vroeg dat ook het uiterste van ons team, maar we trokken nog één keer door Rotterdam en beleefden erop los.

Tekst Robin van Essel, Ricardo Jupijn & Leni Sonck
Foto’s Jan Rijk & Leni Sonck

Verslag van de donderdag is hier terug te lezen, van de vrijdag hier.

MOMO lijkt dit jaar nog meer op een soort pretpark voor cultuurliefhebbers, waarbij je continu van de ene in de andere belevenis valt. Dat begint al op het Schouwburgplein waar hordes mensen op het zachte kunstgras genieten van lokale bands, een temperatuur die niet beter had gekund en een optreden van de overal aanwezige Gil The Grid. De terugkeer naar het plein voor de Schouwburg is absoluut een van de beste stappen die MOMO dit jaar heeft gezet. Het terrein is ruimer, voelt vrijer en de inkapseling door de unieke Rotterdamse architectuur als decor maakt het een heerlijke ontmoetingsplek.

Foto: Leni Sonck

Tegen een uur of vijf wandelen we door de deuren van de Schouwburg om Kokoroko te aanschouwen. Helaas haalt niet iedereen het, voor de ingang van de zaal is iemand onwel geworden en daarmee gestrand op de finishlijn. Een gemis, want de band bouwt het komende uur een dikke fissa die onze vermoeide festival-lichamen schoonspoelt en klaarmaakt voor nieuwe avonturen. Het Londense jazzcollectief slaat zijn vleugels steeds verder uit en bereikt sinds de jazzscene-verzamelplaat We Out Here van Shabaka Hutchings een groter wordend publiek.

Wij snappen die Hutchings wel, de achtkoppige band staat met grote glimlachen van oor tot oor te swingen in de Schouwburg en de epische crossover-jazz schalt door het theater. Bij tijden is de muziek van de meeslepend en zit je erin vastgezogen, maar met momenten kan het nogal overdadig en bombastisch worden. Als er zo heel af en toe gas terug wordt genomen, komt er een balans in de show die het nodig heeft. Dan zweven de muzikanten op het podium en krijgen ze de zaal in beweging met hun aanstekelijke dansen. Want wat de groep ook doet, de goede sferen van Kokoroko hebben we tot in onze tenen gevoeld en dat was een bijzonder fijne kennismaking. (RJ)

In juni sluit BAR voorgoed de deuren en het zou best kunnen dat we met de zaterdag van Motel Mozaïque de laatste bandjesavond in de club gehad hebben. Die avond werd ingezet door TESSEL, de garage-surfband waarvan we een tijdje terug de eerste single in première lieten gaan. Met Beach House trapt de band de avond af, waarmee het er na gister opnieuw eentje voor de boeken zou gaan worden. (LS) Ondertussen hobbelt 1/3 van het team richting WORM om zich onder te dompelen in de elektro-jazz van Bendik Giske, de eigenzinnige queer-saxofonist die kwetsbaarheid, lichamelijkheid en uithoudingsvermogen als thema’s in zijn indrukwekkende muziek verwerkt. Eerder dit jaar verscheen zijn album Surrender, waar hij vanavond doorheen zweeft tijdens MOMO. Tijdens een wandeling naar de bar hoor ik iemand in het publiek zeggen: ‘dit doet mij wel denken aan…’, terwijl de verlossende woorden vervliegen in de golfbad-geluidsgolven van Giske. Jammer, want daar was ik nou wel nieuwsgierig naar.

Tessel / Foto: Leni Sonck

Onder het mom ‘laat je verrassen’, zien we in WORM een buitenaardse en avantgardistische set. Een verzameling geluiden die onze oren in deze vorm nog nooit hebben bereikt. Giske zijn muziek klinkt als een stoomtrein die in de verte blaast en piept, terwijl hij schittert in een glanzend zwart pak dat uit de toekomst lijkt te komen. Zijn saxofoon hangt vol draadjes en microfoontjes die zijn aangesloten op de meest uiteenlopende triggers met geluidseffecten. Bakken van geluid die uitmonden in drones vol getik van de kleppen en scheurende noten. (RJ)

Geen band die dit jaar al zoveel tongen losmaakte als black midi. Het piepjonge viertal uit Londen werd vorig jaar (nadat Shame de band tipte op zijn social media) al lekker Engels gebombardeerd tot beste nieuwe band ooit en op showcasefestivals wereldwijd waren de zalen bij lange na niet groot genoeg voor de toegestroomde nieuwsgierigen. En dat allemaal op basis van één vaag YouTube-clipje van een jamsessie. Ziehier: het recept voor een flinke hype. De Europese programmeurs buitelden over elkaar om de band vast te leggen voor de festivals deze zomer (onder andere op Lowlands). Maar omdat wij niet zo zijn van dom achter hypes aanlopen en er (afgezien van inmiddels twee studio-opnames op Spotify en een KEXP-sessie) simpelweg nog nauwelijks muziek van black midi te horen is, was MOMO een uitgelezen kans om met ons eigen ogen en oren te gaan zien en horen what all the fuss is about

black midi / Foto: Jan Rijk

Nu geeft de bandnaam al enigszins weg wat te verwachten: een midi is een audiobestand dat veel wordt gebruikt door producers en dat zelf geen audio bevat maar een (elektronisch) instrument vertelt welke noot op welk moment te spelen. Het genre ‘black midi’ komt van Japanse ‘bullet hell’-games waarbij de hoeveelheid noten en geluidseffecten zo complex is, dat de visuele weergave ervan een geheel zwarte notenbalk is. In de Arminiuskerk wordt die referentie inderdaad bevestigd, want we weten bijna niet hoe we moeten beginnen met dit omschrijven. ‘Onnavolgbaar’ is niet toereikend, black midi speelt in één song makkelijk van een jazz-intro langs mathcore naar een funky bruggetje. Deze bizarre clusterfuck van stijlen werkt alleen dankzij de ritmesectie van bassist Cameron Picton (met Sparta-shirt, zijn opa schijnt fan te zijn) en zijn drumkit geselende drummer Morgan Simpson, die met mathematische precisie een basis leggen die op het eerste gehoor zo verwarrend is dat je er even in moet komen, voordat je hoort dat de timing juist wel klopt. Daaroverheen liggen repetitieve stukken waarin steeds een paar nootjes veranderen en die elke seconde kunnen ontaarden in een noise-explosie, waarbij zanger Geordie Greep van knauwende country-achtige praatzang ontaardt in maniakaal gekrijs. Zo ongeveer.

Daarbij heeft de band een soort cartooneske act ontwikkeld die voor nog meer verwarring zorgt. De band komt op met Since U Been Gone van Kelly Clarkson en als de over het podium stuiterende gitarist Matt Kelvin (gekleed in een poncho, mondkapje, zonnebril en cowboyhoed) zijn versterker opblaast en nijdig zijn gitaar neergooit, hebben we aanvankelijk geen idee of dit nu bij de act hoort of dat er daadwerkelijk iets misgaat. Het zorgt ervoor dat we een uur lang met ons bek open staan kijken en ons afvragen of we dit nu heel goed, of vooral fascinerend vinden. We besluiten het eerste: black midi slaagt er namelijk wel in om de verwarring die de intens complexe muziek creëert, daadwerkelijk goede liedjes te verstoppen. Bovendien straalt het viertal uit dat ze ronduit goed door hebben wat ze aan het doen zijn. Wij zijn om: dit is een meer dan terechte hype. (RvE)

Maar wil je alles gezien hebben op MOMO, dan moet je jezelf minstens een paar keer klonen. Dat is ongeveer wat we deden om Prairie WWWW in de Schouwburg te zien. In de aanloop naar Motel Mozaïque spraken we artistiek directeur Harry Hamelink nog over de Taiwanese band en in de Schouwburg kunnen we het zelf ervaren. En ja, het is betoverend. Verstaan doen we het niet, maar de muziek spreekt voor zich, die wordt ondersteund door visuals die uit een andere wereld lijken te komen. Er worden instrumenten gebruikt waarvan je nooit gedacht had ze op het podium van de Schouwburg te zien en het draagt allemaal bij tot de psychedelische sound van Prairie WWWW. De avond is nog maar goed begonnen of we hebben mogelijk al dé ontdekking van MOMO 2019 gevonden. (LS)

Prairie WWWW / Foto: Leni Sonck

Club Vibes wordt tijdens MOMO afgesloten door de Zuid-Koreaanse band Say Sue Me. Mocht je bij het woord Zuid-Koreaans meteen denken aan K-pop, dan moeten we je teleurstellen: de indiepop van Say Sue Me valt op geen enkele mogelijke manier onder deze noemer te plaatsen. Het viertal speelt prettig doorkabbelende, aan Beach House schatplichtige feelgoodmuziek. Heel spannend is het allemaal niet, maar de band geniet duidelijk van de overvolle Club Vibes. Dat er ook nog neonletters met good vibes aan de muur hangen, lijkt de sfeer alleen maar te onderschrijven. (LS)

Say Sue Me / Foto: Leni Sonck

‘Feelgood’ is om de hoek niet aan de orde, in een overvol en snikheet Rotown bij Fontaines D.C., ook al zo’n veelbesproken hype. In ons interview vertelde het vijftal onlangs dat ze de rauwheid van hun stad Dublin op de plaat Dogrel hebben proberen vast te leggen, en dat is wel spot on, horen en zien we bij de show op MOMO. Zanger Grian Chatten ijsbeert gejaagd over het podium, terwijl de band het publiek de trommelvliezen eruit probeert te blazen. Dat gaat eigenlijk te ver: de bas staat zo hard afgesteld dat ‘ie regelmatig overstuurt en de mix compleet zoek is. De geluidsproblemen zorgen ervoor dat de band lange breaks tussen de songs moet nemen, waardoor de energie en het tempo elke keer in een dipje raken. Fontaines D.C. is een goudeerlijke en keihard werkende band met een ontzettend goede plaat, maar het optreden in Rotown voldoet niet helemaal aan de verwachtingen. (RvE)

Fontaines D.C. / Foto: Jan Rijk

De hele wereld leek zijn adem een tijdje geleden in te houden met de eerste beelden van een zwart gat, terwijl wij in de Schouwburg ontdekken hoe die dan precies van binnen klinkt, als je erin opgezogen wordt. Over wie we het dan hebben? Noah Lennox AKA Panda Bear natuurlijk. Dit jaar kwam zijn nieuwe album Buoys uit, waarop hij ons meeneemt tijdens een van zijn ruimteavonturen waarop hij nieuwe werelden ontdekt. Thuis luister je dat lekker op je speakertjes, maar in de Schouwburg krijg je het effetjes tien keer zo hard binnen en is het een ‘andere ervaring’, om het licht uit te drukken. Vanuit zijn cockpit stuurt Lennox zijn surrealistische composities de zaal in, zingt hij zijn gekke en vervormde vocal-trappetjes en weet hij een bepaalde basfrequentie uit zijn instrument te toveren waarmee je bang bent dat je ziel uit je lichaam trilt.

De show van Panda Bear is een soort continue loophole waarin je maar rondjes blijft draaien en je lichaam en ziel in en uit de muziek vallen. Het is daarnaast uitkijken dat je niet zomaar je verstand verliest tijdens de show, het woord intens dekt nog niet de halve lading van dit kleurrijke en geestverruimende spektakel. (RJ)

Panda Bear / Foto: Jan Rijk

Voor het nachtprogramma in WORM ingezet wordt, wordt de temperatuur alvast naar exotische hoogten gedreven met Sylvie Kreusch (bekend van onder meer Warhaus) gehuld in een soort goudkleurige kamerjas. Denk: dansbare ritmes met Afrikaanse invloeden. En of er gedanst werd. Flesjes water op het podium worden al snel omgegooid, daar gaat de setlist. Alles moest en zou plaats ruimen voor een zo groot mogelijke dansvloer voor Kreusch. Wanneer meest recente single Please To Devon ingezet wordt, barst het feest helemaal los. Uit het publiek worden een paar achtergronddanseressen gehaald die vervolgens meedansen alsof ze bezeten zijn. En dat is ook een beetje hoe de muziek van Kreusch voelt: alsof je onder invloed bent en beweegt op de ritmes van een of andere Afrikaanse stam. (LS)

Sylvie Kreusch / Foto: Leni Sonck

Zo dansen we de nacht in, richting de laatste uren van Motel Mozaïque. Althans, dansen? In Rotown vragen we ons af: is het een vogel? Is het een vliegtuig? Is het Courtney Barnett on crack? Nope, het is Amyl & the Sniffers die zich aan de schone taak heeft gewijd het laatste beetje energie uit het publiek te beuken. En hoe: het optreden is één grote moshpit. Muzikaal is de seventies-punk met hardrocksolo’s niet bijzonder spannend, maar wel doeltreffend: het biedt zangeres/publieksmenner Amy Taylor de ideale basis om het publiek te bespugen met dan wel haar seksistische teksten, dan wel een bek vol bier.

Foto: Kamiel Scholten

Mocht je daarna nog echt energie over hebben gehad, kon je nog naar een van de vijf (!) nachtprogramma’s die MOMO dit jaar op zaterdag telt. Wij kiezen voor het non-descripte Club K op een ‘secret location’, dat Rotterdams onbekendste zaal PinkPank blijkt te zijn, een voormalige vesting van de Vrijmetselarij. Gelijke hoeveelheden drugs, snoeiharde Electronic Body Music en dragqueen-dansers genereren een duistere, Berlijnse vibe in de kleine ruimte, genoeg om de meest hardcore bezoeker van MOMO dit jaar voor op zijn minst de rest van het Paasweekend knockout te slaan. En na te laten genieten natuurlijk, van een weekend dat er zoals elk jaar in slaagde om zelfs de meest doorgewinterde bezoeker te verbluffen, verrassen, fascineren, vermaken en volledig af te peigeren. (RvE)

Met de toevoeging van alweer een lichting nieuwe namen is bijna de helft van de line-up van het Belgische festival Dour bekend (of zoals ze het zelf zeggen: DOUREUHHH). Eerder werden onder meer Damso, A$AP Rocky, IAMDDB en George Fitzgerald aangekondigd. Inmiddels is bekend dat ook Parov Stelar, Apparat, Fontaines D.C. en Ama Lou deze zomer in het Waalse dorp te vinden zijn.

De enige reden dat we het Waalse dorp Dour kennen, is omwille van het festival. De programmering voor dit jaar begint stilaan zijn definitieve vorm te krijgen en het belooft – zoals eigenlijk altijd – een ontzettend vette editie te worden.

De grootste onder de nieuwe lichting namen is zonder twijfel de elektroswing van het Oostenrijkse Parov Stelar. De Ierse band Fontaines D.C. stond in oktober op London Calling en deed Groningen al even op zijn grondvesten daveren tijdens ESNS en mag dat deze zomer nog eens overdoen bij onze zuiderburen. In de vorm van Ama Lou en de Zweedse Fatima krijgen we ook wat muziek uit de R&B-hoek.

Dansen doen we deze zomer op de tonen van DJ Marcelle, Denis Sulta, Deen Abdelwahed en de Koreaanse 박혜진 park hye jin. Om al dat DJ-geweld een beetje in balans te brengen, werden ook Gus Dapperton, Namdose en Viagra Boys (lees hier een interview met de band) aan de line-up toegevoegd. Zij zullen ongetwijfeld voor de nodige portie gitaren zorgen.

Check alle namen op een rijtje op de website van het festival.


WEBSITE DOUR | FACEBOOK-EVENT | TICKETS

DDW Music Festival
20 tot en met 28 oktober

Tussen al de designers die zich bezighouden met het vormgeven van zaken als games, interieurs, kunst en mode op de Dutch Design Week, is er ook een steeds groter wordende groep muzikanten te vinden op het festival. Zo groot zelfs dat het een eigen naam heeft gekregen: DDW Music Festival. Om je te helpen kiezen welke van die muzikanten jij gaat zien tussen 20 en 28 oktober, hebben wij vijf packages geselecteerd die volgens ons écht niet te missen zijn. 

Tekst Ricardo Jupijn & Midas Maas

Naast al deze avonden spelen dit onder meer Khruangbin, Whispering Sons, Flying Horseman, Black Acid, Palace Winter, Garrett T. Capps, Van Common, SONS, Alligator, Christof van der Ven, A Giant Dog, Hater, Mourn, The Tubs, Gengart, Sam Evian, Ploegendienst, Mark Lada’s Golden Arches en er is een avond met Bearcubs en Tin Fingers, waar het The Daily Indie DJ Team bij aanwezig is! Afijn, jezelf onderdompelen in alle namen kun je hier nog even op je gemak doen.

Tussen die data spelen er ruim negentig acts op locaties als Altstadt, Dynamo, Effenaar, maar ook in kunstcentrum TAC of café ’t Rozenknopje. Over die ‘als paaseieren verstopte pareltjes van locaties’ schreven we onlangs al een uitgebreid artikel. En op al die mooie locaties kun je ook nog eens de onderstaande namen gaan checken.


 

Borokov Borokov + Stippenlift + Karel
Dinsdag 23 oktober in Dynamo

‘Alle gekheid op een stokje op een Eindhovense dinsdagavond’, moesten ze gedacht hebben bij DDW Music Festival. De programmeurs hebben die avond de Dynamo uitgekozen om op zijn kop te gaan zetten. Niet alleen Borokov Borokov wordt Eindhoven binnengehaald, Stippenlift én Karel gaan dit feestje bijzonder smeuïg afromen.

Die eerste act zagen we dit jaar al vaker voorbijkomen, onder meer Grasnapolsky en Valkhof Festival moesten gingen voor de bijl van deze absurdistische synthesizer-goeroes. Met ‘Nedertronische dans- en levensliederen’ heeft BB er dan ook geen enkele moeite mee om in Eindhoven met muzikale acid de Dynamo te veranderen in een waanzinnige geel-rood-blauw-groene kermis. Check hier alvast het album Eerlijk Delen, geen mogelijkheid dat je niet als een blok valt voor de knoppendraaiers.

 

Iemand bij DDW Music Festival heeft alle puzzelstukjes op zijn plek weten te krijgende 23ste, want onze grote (en tegenwoordig heerlijk geblondeerde) held is die avond van de partij: Stippenlift. Leer ons deze depri-waver kennen, want wij waren er vanaf het eerste moment bij om de videoclips van project-verwekker Hugo van de Poel het levenslicht te laten zien. Beste quote uit die artikelen: ‘Het is nieuw, het is lekker en het is een constante herinnering aan al je onbeantwoorde vragen in het leven. Stippenlift is terug met een hit waar je binnen een kleine vier minuten opnieuw in een innerlijke crisis beland.’ In de tussentijd heeft Hugo met zijn project nog veel meer gedaan, zo bracht hij in juli nog het album Gender, Je Rivier uit en nam hij Chaos In Het Universum uit in samenwerking met Faberyayo. Gelukkig is het ook weer bijna Kerst, kunnen we zijn emo-hit Huilen nog eens een goede spin geven.

 

De klap op de vuurpijl dan: niemand minder dan de man met de vorstelijke naam en de royale hits. iPhone-keizer Karel, Karel de Grote, Popronde-slayer Karel, Stuiterbal Karel, Klimkoning Karel,. Mocht je hem nog nergens gezien hebben, dan weet je niet alleen wat je mist, maar is het nu ook gewoon klaar. Dinsdag 23 oktober zet je maar in je agenda, dan ga je Karel checken en ondersteboven in de Dynamo op de bar staan. Om je nog wat muzikale referenties van deze nieuwe indiekid on the block te geven: liefhebbers die van Ariel Pink- en John Maus-aangelegenheden houden verliezen hun shit al snel tijdens de show van deze hyperactieve beatmaestro. (RJ)


 

Ancient Shapes + Fontaines D.C.
Woensdag 24 oktober in Stroomhuis

Dat lees je straks nog wel, maar hoe het ontstaan van DDW Music-act Viagra Boys eigenlijk vrij standaard is: biertje + vrienden = punkband. Ancient Shapes ontstond op een net wat ongebruikelijkere manier. Daniel Romano tunnelde een onbestuurbare drang in zeventien minuten van vuige punk en voilà: Ancient Shapes was geboren. Lekker vlot, zoals dat wel vaker gaat bij Romano. Want wie Romano langer volgt, weet dat hij graag van het ene naar het andere project huppelt. “Zo snel mogelijk”, zegt hij zelf om er geen emotionele band mee op te bouwen en het als een kritische luisteraar te kunnen beoordelen. Het soloproject van de Canadees is misschien wel het bekendste: Romano die met een cowboyhoed op en een (akoestische) gitaar lekkere americana speelt . Daarnaast is Ancient Shapes niet zijn eerste band: hij heeft tot 2010 punkband Attack in Black aangevoerd. Bovendien heeft hij een platenlabel met de (toepasselijke) naam You’ve Changed Records.

Inmiddels bestaat Ancient Shapes twee jaar, maar, zoals je met Romano als frontman mag verwachten, is hij druk geweest. Naast de eerste EP (de zeventien fameuze minuten) die als extraatje bij Romano’s laatste soloplaat zat, heeft de band al twee elpees uitgebracht. Volgens de zanger kon hij het gewoon niet helpen om weer met een punkproject te komen, zo vertelde hij deze week nog aan een NRC-verslaggever voor zijn concert in Vera: “Ik ben nou eenmaal een punkrocker, in alles wat ik doe. Zelfs mijn countryplaten zijn punk in hun naakte essentie. Mijn opnames maak ik grotendeels in mijn eentje, thuis op een viersporenrecorder. Ik ben zo productief dat ik mezelf altijd drie stappen vooruit ben. Nu kom ik naar Nederland om de nieuwe van Ancient Shapes te promoten. Maar in mijn hoofd zit ik alweer bij het volgende Daniel Romano-album Finally Free dat in november verschijnt.” Dat zegt alles over ‘m. ‘Onvergetelijk’, was dan ook de de conclusie van de verslaggever.

Romano geeft zijn muziek nog de deftige titel ‘poetry punk‘, de band Fontaines D.C. heeft misschien wel een vergelijkbare aanpak: hij pakt waarnemingen vanuit ‘het oogpunt van de gewone mens’ en ‘misschien een stress die komt vanuit je omgeving en de overlading van media en social media’, aldus gitarist Carlos O’Conell aan DIY Mag en verwerkt het in poëzie. Die omgeving is overigens het Ierse Dublin. Met veel geluk (aldus de band) is het Fontaines D.C. gelukt om buiten Ierland te raken. De band tourde samen met wel een van de tofste punkbands van het moment: Shame. De gelijkenissen zijn dan ook onomstotelijk: punk, jong, maatschappijkritisch en zeer brutaal. Dit jaar maakt Fontaines D.C. wederom de oversteek naar Europa en mag DDW Music Festival uiteraard niet overslaan. Een package om niet te missen, dus.


 

Nausica + Ohslo
Donderdag 25 oktober in De Oude Rechtbank

Nog een mooie avond vol muzikaal talent is die met Nausica en Ohslo op donderdag 25 oktober in De Oude Rechtbank van Eindhoven. Beginnend met de groep die zichzelf heeft vernoemd naar zijn favoriete film en wij vorig jaar nog spraken toen de Duits/Nederlandse band meedeed aan Popronde. Daar wisten de bandleden ons te vertellen dat ze inspiratie halen uit ‘koffie, falafel, Future Islands’ en ons eveneens meedeelde hoe zij de band vonden klinken: “Licht, vrolijk, dansbaar en sexy! Met veel gave vocalen, sixties-drums en tape-delays.” Na de heerlijke debuut-EP Yours verscheen eerder dit jaar nog de single Black & White, die ongetwijfeld opbouwt naar die debuutplaat waar de band het vorig jaar al over had en ‘die snel zou verschijnen’. Als je meer werk wilt horen (dat wil je), bel dan even je beste vriend of vriendin op en ga 25 oktober lekker naar Eindhoven. Zo simpel is het soms!

 

Altijd als we Ohslo ergens op een affiche zien staan, weten we dat het goed zit met de betreffende venue of festival. Deze transcendente ambient-duo is een van onze favoriete acts, zo schreef ondergetekende eerder over de band toen ze hun hypnotiserende krachten loslieten: “Ik weet niet wat het is met ohslo, maar ik schiet een compleet andere dimensie binnen als ik naar de muziek van het duo luister. Het is helend, reinigend en bijzonder goed voor je ademhaling. Laat je daarom op de kleurrijke vleugels van het duo zijn knisperende en hallucinerende wereld binnenvliegen.” (RJ)


 

Viagra Boys + Jagd
Vrijdag 26 oktober in Stroomhuis

De geboorte van Viagra Boys begint zoals zoveel ideeën ontstaan: frontman Sebastian Murphy trof in zijn geboorteplaats Stockholm twee vrienden: Benjamin Vallé en Henrik Höckert, dronk daar een biertje mee in een donker café en *pats boem*: een overdonderende punkband was geboren. De ‘ietwat flauwe’ naam is er een met meer diepte dan je mogelijk zou denken: een heuse kritiek op hypermasculiniteit. Sebastian Murphy heeft absoluut geen middelen nodig. Naast zijn werk als tattoo-artiest overdag, maakt hij ook het kekke artwork voor de albums (zijn designs check je hier), is hij op het podium een beest. Het is bijna intimiderend hoe hij met zijn rauwe stem, zijn joggingbroek, vol getatoeëerde bovenlijf en zijn gouden ketting over het podium raast. De brutale punkers gebruiken punk zoals het vroeger werd gebruikt: met een middelvinger richting de politiek, zoals ze wel lieten horen op net uitgebrachte en allereerste album Street Worms.

 

Deze boys zie je samen met de boys en girl van Jagd. Hoe die te werk gaan, is terug te lezen in het stuk dat we schreven toen we een dagje met de band meetourde. En alsof het toeval is, schrijft ook dit Amsterdamse kwartet over de door masculiniteit gedomineerde samenleving, zoals ze ons vertelden over het nummer Civic. De bandleden beklaagden zich er toen al over hoe het feit dat ze een frontvrouw hebben ongewild de bands unique selling point werd. Waar de aandacht naar zou moeten uitgaan, zijn de strakke riffs en verrassende songstructuren schreven we in deze première al. Het is misschien ‘indierock’ volgens de Facebook-pagina van de band, toch klinken deze goedgebekte Amsterdammers bijzonder vlotjes en met tijden zelfs best wel punk.


 

Honey Harper & Wildwood Kin
Vrijdag 26 oktober in ‘t Rozenknopje

De terugkeer van Honey Harper in Nederland: eindelijk! Ja, wij zijn namelijk wel fan van een potje country en zeker als het zo goed wordt gebracht als door Honey. Zo schreven wij al eerder over de Amerikaanse snarentrekker: ‘Honey Harper wakkert de countryliefde aan, waarvan je niet wist dat het in je zat.’ En zo is het maar net, let maar op. Deze held speelt vrijdag 26 oktober in ’t Rozenknopje, het knusse café waar wij langs zijn geweest tijdens ons Rondje Eindhoven. Tot nu heeft William Fussell – zijn echte naam – alleen nog een EP uitgebracht, maar wel via het ultrahippe Arbutus Records waar ook bands als TOPS en Blue Hawaii muziek uitbrengen. Hij zal vast nog meer liedjes in zijn bagage meenemen naar Europa. Ga dus met al je hoop en verdriet op de vrijdagavond naar Eindhoven, want daar zal Honey zachtjes je hart strelen met zijn licht snikkende stem en een mijmerende steelguitar.

 

In dezelfde lijn, maar toch wel even iets anders, is Wildwood Kin op het affiche gezet. Als invloeden noemt de band Fleetwood Mac, Simon & Garfunkel en in hedendaagse muziek kun je de band tussen Fleet Foxes en The Civil Wars scharen. Met percussie die klinkt als bliksem in de verte van een adembenemend Amerikaans landschap zonder horizonvervuiling en warme akoestische gitaren waar de twee zussen en hun nicht kabbelend overheen en onderdoor zingen.


 

WEBSITE DDW MUSIC | FACEBOOK-EVENT | TICKETS

London Calling Festival
Vrijdag 26 & zaterdag 27 oktober

De intellectuele indiepunkers van Fontaines D.C. hebben overduidelijk hun roots in Dublin liggen. Een stad die ze zelf bestempelen als poëtisch en levendig, maar waar eveneens een hoop problemen voorkomen. Dakloosheid, drugsverslavingen, armoede, een onderdrukkende kerk… Niet zo gek dat de Ierse pubs volstromen en menig inwoner reageert door, naast drinken, ook een liefde voor sarcasme te ontwikkelen. 

De heren van Fontaines D.C.? Zij uiten hun liefdesdrama met Dublin door middel van hun rauwe en authentieke muziek. ‘You know I love that violence, that you get around here’, klinkt door de speakers. ‘That kind of ready steady violence.’ Het vijftal ontmoet elkaar vijf jaar geleden op de universiteit van Dublin. Dankzij een gezamenlijke liefde voor de stad en interesses in dezelfde schrijvers en kunstenaars zoals W.B. Yeats en James Joyce, hebben ze gelijk een klik. Enthousiast delen ze hun werk en de literatuur die ze ontdekken. Tel daar een gelijkluidende muzieksmaak bij op en de uitkomst is in dit geval een nieuwe indiepunkband die al gauw lovende kritieken krijgt vanwege de aanstekelijke liveoptredens.

Beïnvloed door The Pogues, The Rolling Stones en de obsessie voor traditionele Ierse muziek heeft Fontaines D.C. dit jaar acht nummers uitgebracht, allemaal over de glorie en de gebreken van de stad. Zo is de band zijn debuutsingle Liberty Belle een ode aan de lokaal beroemde working class-wijk The Liberties. En ook op de cover pronkt een Dubliner met de naam Bang Bang, een man uit Ierse verhalen die deed alsof zijn oude kerksleutel een pistool was en daarmee op voorbijgangers ‘schoot’. Bang Bang staat daarmee symbool voor het korte maar krachtige rock-‘n-roll nummer dat een beetje doet denken aan The Strokes en The Stooges.


Johnny Fortycoats
Op de cover van de daaropvolgende release Hurricane Laughter staat het personage Johnny Fortycoats, een dakloze man uit de jaren dertig en veertig. Hij zou door de stad Dublin geslenterd hebben met meerdere jassen aan, de zakken gevuld met krantenknipsels vol strips en grappen die hij uitdeelde aan kinderen. Volgens de band is hij het perfecte embleem van de single die bestaat uit onsamenhangende stukjes informatie die samenkomen tot één geheel.

En met de laatste releases van Chequeless Reckless en Boys In the Better Land lijkt de band alleen maar beter te worden, dankzij toevoegingen van hypnotische krautrock en poëtische teksten met een heerlijk Iers accent. Inmiddels heeft Fontaines D.C. bij Partisan Records (Dilly Dally, Eagulls, The Black Angels) getekend en speelde de band onder meer met Girl Band, The Lemon Twigs, IDLES en binnenkort met Shame.


WEBSITE LONDON CALLING | FACEBOOK-EVENT | TICKETS