Album Review

Splashh gaat van hot naar her op het bij vlagen prachtige Waiting A Lifetime


25 april 2017

Vier jaar na de release van Splashh’ heerlijke debuutalbum Comfort is daar dan eindelijk de opvolger. De lange pauze is te verklaren door het vertrek van drummer Jacob Moore en het annuleren van het album Honey + Salt. Het geduld van de mannen van Splassh raakte blijkbaar op. Het nieuwe album is dan ook toepasselijk Waiting A Lifetime getiteld

Direct bij het opzetten van openingstrack Rings valt de kenmerkende stem van frontman Sasha Carlson op: een hoog stemgeluid, dat in scherp contrast staat met de laag gestemde, gedisciplineerde gitaren. Meteen wordt duidelijk dat Splashh bij dit album weer voor het vertrouwde poppy garagerockgeluid van Control is gegaan. Op Honey + Salt flirtte de band met synthdance, maar met het annuleren van dat album zijn die ambities schijnbaar verdwenen.

Toch is er zeker wel een rol weggelegd voor de synthesizer op Waiting A Lifetime. Deze wordt vaak niet al te subtiel ingezet, wat zorgt voor een onderbreking in de feel van het betreffende nummer. Het belangrijkste voorbeeld daarvan is Come Back: tot halverwege een van de betere songs van deze plaat, totdat de synthesizer op botte wijze de relaxte vibe van het nummer om zeep helpt en resulteert in een creepy soundtrack van een cliché horrorfilm.

Waiting A Lifetime is wel vaker wat grillig: zo begint Honey And Salt – in plaats van een albumnaam nu dus de titel van één nummer –  met drums die niet zou misstaan op een obscure trapplaat, om vervolgens te veranderen in een conventionelere indiesong.

Zo is Splashh behoorlijk in zijn comfortzone gebleven. Op de debuutplaat ontbrak de samenhang tussen de verschillende tracks regelmatig en ook qua sound ligt Waiting A Lifetime op één lijn met zijn voorganger. Enerzijds misschien een gemiste kans voor meer ontwikkeling, anderzijds zorgt dit natuurlijk wel voor ervaring en zekerheid, en dat hoor je terug bij Splashh.

Want wanneer je de gedachte dat een album een geheel moet zijn opzij zet, valt er absoluut veel moois te ontdekken op deze plaat. Zo is het met een computergesproken monoloog beginnende Look Down To Turn Away prachtig. De synths hebben de juiste rol aangemeten gekregen en dragen bij aan een lange en duistere opbouw, waarbij je flink geduld moet hebben tot het hoogtepunt wordt bereikt. Dat wachten wordt absoluut beloond door een ietwat rommelige, maar heerlijk trippy climax. Ook de titeltrack, Gentle April en No. 1 Song In Hell behoren absoluut tot de betere indiepopnummers van dit jaar.

Al met al zet Splashh met Waiting A Lifetime een plaat neer die, wanneer je stopt hem te beschouwen als een geheel, zeer sterke momenten kent waarop de band tot de betere in zijn soort behoort. Hoewel het niveau op het album te wisselvallig is om als geheel grote indruk te maken, is dankzij de kracht van de indivuele songs deze plaat absoluut de moeite waard.