Album Review

Ken is Destroyers beste sinds Kaputt: toegankelijk maar tegelijkertijd onverminderd ongrijpbaar


2 november 2017

Muziek moet anno 2017 meer en meer verdeeld worden in hapklare stukjes. In het tijdperk der streamingservices is tijd immers geld: wie de luisteraar geen dertig seconden vast weet te houden, kan fluiten naar zijn schamele loon. Sommige dingen duren daarentegen langer dan dertig tellen: coupletten van Destroyer bijvoorbeeld, die juist nu nog meer tot de verbeelding spreken. Op Ken klinkt Dan Bejar toegankelijker dan ooit, maar is hij tegelijkertijd onverminderd ongrijpbaar.

Dat Dan Bejar zijn teksten op zijn twaalfde album als Destroyer relatief bondig houdt, zegt dan ook meer over de normale lengte van die zinnen dan over Ken. “Het blijft mij vervelen hoe de woorden in songteksten 99 procent van de tijd variëren van nutteloos tot slecht”, vertelde hij onlangs nog aan Pitchfork. En dat hebben we geweten. ‘Come one, come all, dear young revolutionary capitalists’, opent Bejar met Sky’s Grey. ‘The groom’s in the gutter and the bride just pissed herself! I’ve been working on the new Oliver Twist.’ Elders is zijn poëzie effectiever, maar minstens zo prachtig. ‘In Berlin it’s sunny’, zingt Bejar in A Light Travels Down The Catwalk. ‘In Barcelona it snows.’

 

Het zijn rare tijden, lijkt hij te willen zeggen. Ongeveer net zo vreemd als de laatste jaren van het bewind van Margaret Thatcher in Groot-Brittannië, waarop Ken grotendeels gebaseerd is. Volgens goed gebruik is het album dan ook doorspekt met referenties naar kunstwerken uit andere tijden. Het album zelf is zelfs vernoemd naar de werktitel van The Wild Ones, de betoverende Britpop-ballad die Suede in 1994 uitbracht. In Cover From The Sun refereert Bejar in twee zinnen aan zowel The Smiths als Shakespeare en verwijst hij bovendien naar Jim Gillespie’s film I Know What You Did Last Summer. Elders gaan we nóg verder terug in de tijd, als Bejar een nummer vernoemt naar de in 1939 verschenen romantische komedie La Règle Du Jeu. Zulke verwijzingen zijn allerminst meer vorm dan inhoud: La Règle Du Jeu handelt bijvoorbeeld over een extravagant feest aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Bejar hoeft de vergelijking met deze tijd niet eens zelf te trekken om het verband zichtbaar te maken.

Die strategie past Bejar wel vaker toe op Ken, dat tot stand kwam tijdens een akoestische tour dwars door de Verenigde Staten ten tijde van de presidentsverkiezingen. Bejar bevindt zich als het ware in het oog van de storm, maakt geen onderdeel uit van het geweld, maar observeert als een soort objectieve buitenstaander. Het is een rode lijn die door het inmiddels uitgebreide oeuvre van Destoyer loopt. Geen van Bejars albums lijkt toe te behoren aan een bepaald tijdperk, maar tegelijkertijd is de context van bepaalde periodes essentieel voor zijn platen. De Amerikaan sluipt steevast rond in de schaduw, de spotlight mijdend, maar continu meekijkend over je schouder. En als hij dan spreekt, prikt Bejar met speels gemak door alle poses heen. ‘Srike an empty pose’, beveelt hij op het eerdergenoemde hoogtepunt A Light Travels Down The Catwalk, voor hij beseft: ‘A pose is always empty.’

 

The world is fucked, but just romanticize. Find beauty in this dance with death”, filosofeerde Bejar onlangs in een interview met Spin. En dat is precies wat hij doet op Ken, zijn beste album sinds meesterwerk Kaputt. Een van de redenen waarom Ken zo toegankelijk klinkt is dat Bejar terugvalt op de jaren tachtig, met zijn schaamteloze melodieën en bezwerende baslijnen. Het resultaat is een geluid vol glitter en glamour dat tegelijkertijd al tekenen van verval vertoont, net als nostalgie naar tijden waarvan je wist dat ze niet voor altijd zouden duren. Het beste nummer van het album, Tinseltown Swimming In Blood, doet denken aan New Order en Pet Shop Boys, terwijl de titel verwijst naar een uit 1984 afkomstige culthit van The Blue Nile, Tinseltown In The Rain. Ken is, kortom, een zorgvuldig in elkaar geknutseld zoekplaatje. Maar wie door zijn wimpers kijkt en een poosje niet knippert zal, tussen de regels van dit rijke document door, de contouren van Dan Bejar terugvinden.