Album Review

ALBUM REVIEW (week 40): FKA twigs, The Skygreen Leopards, Ty Segall en Homeshake


1 oktober 2014

The Skygreen Leopards – Family Crimes
Voor The Daily Indie-begrippen gaat het uit San Francisco afkomstige The Skygreen Leopards way back. Debuutplaat ‘One Thousand Bird Ceremony’, uitgebracht op Soft Abuse, dateert alweer uit 2004. Dat fijne schijfje was voor label Jagjaguwar de reden om het duo te benaderen voor een samenwerking.

Onder dit sterrenlabel bracht de band vervolgens in vier jaar tijd vier albums uit, waarna een stilte volgde van vijf jaar. Het psychedelische folkduo vond het tijd voor wat anders en megde zich in andere muzikale projecten, om vervolgens terug te keren op het label Woodsist met het meest poppy album tot nu toe.

Want hoewel de voorganger van ‘Family Crimes’, ‘Gorgeous Johnny’, al een stuk toegankelijker was, is het nu allemaal nog  fijner te luisteren en een stuk makkelijker mee te neuriën. Van de veertien tracks (maar 32 minuten!) die op het album staan, doet er eigenlijk geen één onder voor de ander. Het album werkt prettig als geheel en kent geen echte uitschieters, maar een constant niveau.

De voorliefde voor sixtiespop en psych komt op ‘Family Crimes’ sterk naar voren, met een nadruk op de pop. De relaxedheid viert over het gehele album hoogtij en dat maakt van dit album een leuke toevoeging aan je muziekkast, die per luisterbeurt sneller voorbij zal zijn dan je zou willen.
Rob Verkerk

 

Childhood – Lacuna
De jonge Britse band Childhood slingerde afgelopen zes maanden regelmatig een nieuwe song de interwebs op. Deze werden stuk voor stuk enthousiast opgepikt door hipsterblogjes als de onze. In deze stukjes werd de muziek van Childhood net zo vaak omschreven als ‘zomers’ als de NME een willekeurige band ‘nieuwe belofte’ noemt – een eer die ook deze jongens ten deel viel, trouwens.

Nu is er dan debuutalbum ‘Lacuna’, waarop we dan eindelijk kunnen horen of de hype wordt waargemaakt. Om u maar meteen uit uw lijden te verlossen: grotendeels. Childhood tourde met landgenoten Temples en Palma Violets, maar de invloed op regelrechte prijsnummers als Blue Velvet, You Could Be As Different en Solemn Skies klinken cripsy, melodieus en zomers als een strandpretpark in een Californische stad, eerder schatplichtig aan Real Estate en Painted Palms.

Die zomersigheid strijdt op ‘Lacuna’ echter om voorrang met de andere grote invloed van Childhood: de sound van de pastelkleurige waterverf op de hoes, met psychedelische soundscapes en spacy reverb op de gitaren. Songs als Tides of When You Rise slaan te ver door in het zoeken van een sonische LSD-trip en dan is de melodie, die Childhood juist zo onweerstaanbaar maakt, ver te zoeken. Maar zolang de balans er is, zijn de songs comfortabel als de warmte van de zon en is ‘Lacuna’ simpelweg een heerlijke plaat.
Robin van Essel

 

FKA twigs – LP1
Knakkende armen en benen bewegen staccato op het ritme van de muziek, een onderwerping aan ratelende ritmes. De danseres blijkt Tahliah Barnett te zijn, oftewel FKA Twigs, een zacht sprekende half Jamaicaanse geboren in Gloucestershire. Een combinatie die de vreemde, maar geweldig mooie muziek van FKA Twigs gelukkig mogelijk maakt. Barnett verhuisde naar London om een als danseres te werken, wat maar al te goed lukte. Als je haar gezicht herkent: ja, ze is het meisje van de Jessie J videoclips (daar gaan je indie-creds).

Barnett bleek toch liever muziek te maken. Gelukkig maar, want ‘LP1’ is een adembenemend album, dat zelfs de ongelovigen meesleurt in Barnetts wereld van elektronica. Desoriënterend worden we met Preface gelanceerd, stemmen door elkaar heen, wisselende ritmes, chaos: “I love another, and thus I hate myself”. Een masochistische contradictie die haar kwetsbaarheid toont en die instrumenteel wordt ontkend. Dit zet de toon voor de rest van ‘LP1’: kwetsbaarheid en kracht. Hoogtepunten zijn de nummers waarin Barnett zichzelf helemaal verliest, zoals Lights On, Pendulum en Give Up.

‘LP1’ is bijzonder aangezien het album zich precies plaatst tussen pop en avant-garde, zonder af te doen aan één van beide. Het doet je zelfs vergeten dat deze genres bestaan.
Domenico Mangione

 

Ty Segall – Manipulator
Het is geen geheim dat Ty Segall één van de de hardst werkende mannen in de business is. Zijn productiviteit en creativiteit grenzen aan het onwaarschijnlijke. De output die hij sinds het gezegende jaar 2007 bij elkaar heeft gespeeld en gezongen, is ongezien in de huidige muziekindustrie. Zo zit hij nu aan zijn zevende soloalbum sinds 2008 en speelde hij verder bij onder andere Fuzz, The Traditional Fools, Epsilons, Party Fowl, Sic Alps, The Perverts en Ty Segall Band.

Het allerstrafste is dat al Segall’s output van meer dan behoorlijke kwaliteit is. Al in 2012 al schudde hij het uitstekende ‘Slaughterhouse’ uit zijn sloffen met Ty Segall Band (met daarin onder andere ook Mikal Cronin) en ook zijn nieuwste telg ‘Manipulator’ verzamelt alweer zeventien(!) garagerocksongs van het hoogste niveau. Zoals het een goede garagerocker betaamt, gaan de songs nooit over de vijf minuten en zo klokt de plaat alsnog af op een respectabele 57 minuten.

Echte uitschieters staan er niet op, het is eerder de plaat als geheel die van een prima niveau is. Het vermelden waard zijn It’s Over, The Faker, het geweldige Susie Thumb en Don’t You Want To Know (Sue). Snel naar deze plaat luisteren, is dus de boodschap. Voor je het weet heeft Segall alweer een nieuwe plaat klaarstaan. Waarbij je je wel afvraagt waar hij nu nog naartoe kan in zijn immense en diverse muzikale carrière.
Arnout Coppieters

 

Homeshake – The Homeshake Tape
‘Wat de fuck is dit nou weer?!’ is de algemene reactie als ik The Homeshake Tape opzet. ‘Wie the fuck is Homeshake?!’, het klinkt vreemd maar jullie kennen hem al. Het meesterbrein achter Homeshake is namelijk Peter Sagar, de drummer van Mac DeMarco. Doordrenkt met Dragon Ball Z samples is dit project van Peter Sagar niet bepaald normaal. Typisch slechte humor typeert de muziek van alle bands die gerelateerd zijn aan Mac DeMarco, zoals Walter TV en Alex Calder, maar bij Homeshake overheerst het zeker niet. Dit vanwege de overvloedigheid aan groovy beats en rinkelend riffjes.

Ondanks de vage samples doet Homeshake minder vreemd aan dan verwacht. Alle nummers voortgestuwd door een gruizige drumpartij, even pulserend als de drums op een Motown plaat. Een rinkelende gitaarpartij die gelijk doet denken aan Mac’s term Jizz Jazz, en de lichtelijk lethargisch zang van Sagar getypeerd door serieus gebrachte komische teksten als ‘I follow her anywhere that she goes, her gaze makes my balls so cold’. Helemaal fijn.

Het is alweer een flinke tijd geleden sinds Sagar The Homeshake Tape uitbracht op Fixture Records met het absurd hoge aantal van tweehonderd turquoise cassette bandjes. Toch kwam zijn eigen bandje onlangs weer in de aandacht doordat Sinderlyn, het nieuwe label van Mike Sniper (de man achter Captured Tracks), proclameerde het debuut album van Homeshake in Oktober uit te brengen. Kortom ernstig goed nieuws, want bij The Daily Indie begint het flink te kriebelen naar nieuwe muziek van Homeshake.
Domenico Mangione

 

Reigning Sound – Shattered
Reigning Sound: een dertien jaar oude band op cowboylaarzen, met bebaarde frontman Greg Cartwright uit Tennessee en een puike oldschool sound. En garagepunk, volgens de band zelf. Toch staat dit zevende album vol folky, bluesy, catchy, cowboyesque farmermusic. Een misverstandje? Een meningsverschil? Een inside joke? ‘Shattered’ staat in ieder geval stijf van de nostalgie en klinkt behoorlijk heerlijk.

De garagepunk van Reigning Sound voelt alsof het op een zonnig, houten terras is geschreven. Met verrotte gitaren op schoot, terwijl de bandleden pitten in potjes spugen. De elf absoluut-geen-garagepunksongs klinken als een goed gelukte jamsessie tussen een paar getalenteerde, plaatselijke boeren. Dus met het punk gedeelte terzijde, gewoon een behoorlijk goede country-folkband met een bluesrockrandje.

Gesandwicht tussen Never Coming Home en If You Gotta Leave, vol met treurige strijkers en verhalen over sippe gebeurtenissen, staat het sprankelende Falling Rain. Het duizelingwekkende hoogtepunt met hitpotentie van ‘Shattered’, waarin Catwright een Bob Dylan-en-zijn-band-chemie weet te creëren. Dat er niet veel nieuwe elementen vergeleken de vorige zes albums te horen zijn, nemen we dan maar voor lief. Toch weer een lekker luisteralbumpje voor de zondagmiddag. En wat de garagepunk betreft? Ja, dit is zeer zeker het verkeerde adres.
Mabel Zwaan

 

Exocomet – Exocomet
De band Exocomet uit Brooklyn, New York omgeeft zowel zichzelf als hun muziek met een mysterieuze sfeer. Wie dit duo dat deze repetitieve, uit vele lagen feedback opgebouwde postpunk maakt is, is bovendien nergens te vinden. Maar dat deze debuutplaat een verpletterende indruk maakt, staat als een paal boven water.

Cyclops is met razendsnelle drums en dissonante gitaarpartijen één van de prijsnummers van de plaat. Een vleugje van de abstracte gekte van Women, gecombineerd met de voortdenderende en stuwende noisy opbouw die een band als Disappears ook veelvuldig toepast, met daar ergens boven zwevend de mijmerend gezongen teksten. Knap is hoe Exocomet met de minimale bezetting (slechts gitaar en drums) toch een vol en intens geluid neerzet.

De plaat luistert weg als een veertig minuten durende trip, met snelle explosieve stukken die opgebroken worden door de psychedelisch soundscapes. Deze adempauzes zorgen ervoor dat de impact van de hardere nummers nog groter is, met bijvoorbeeld Counterpoint en Dive als hoogtepunten.  Exocomet heeft zeer knap een plaat gemaakt die net zo spacend en ongrijpbaar is als de kometen buiten het zonnestelsel waar het duo zichzelf naar vernoemd heeft.
Wymer Praamstra

 

The Wytches – Annebel Dream Reader
Warning. Due to unexpected high demand we have ordered an emergency second pressing of the album’, stond er daags voor de release van ‘Annabel Dream Reader’ te lezen op de site van Heavenly Recordings. En dat is mooi, want het uit Brighton afkomstige The Wytches geldt al een tijdje als de nieuwe belofte in de boze garagerock. Wel zo fijn als dat dan ook uitkomt. Door een album uit te verkopen voordat het uit is, bijvoorbeeld.

Muzikaal opent ‘Annabel Dream Reader’ met de song Digsaw, een furieuze explosie van de schreeuwzang en overstuurde surfgitaren van frontman Kristian Bell, die ronduit disturbed klinkt. Het is een aardige voorbode voor de rest van het album, ware het niet dat daar ook genres als grunge (Fragile Male), psychedelica (Burn Out The Bruise) en zelfs metalcore (Robe For Juda) om de hoek komen kijken. Bell heeft een immer getergde stem en intelligente teksten, waardoor de muziek van The Wytches nergens zo kil en emotieloos als Eagulls of METZ wordt, maar dat maakt het juist des te beangstigender. Anderzijds klinkt de band ook niet Black Sabbath-ish occult, voornamelijk dankzij de altijd aanwezige surfinvloeden.

Of The Wytches met ‘Annabel Dream Reader’ het volgende bandje boven de jongemeisjesbedden wordt, valt nog te bezien. Daar is dit een wat te furieuze, duistere plaat voor. Ook de softere songs (ja, die zijn er) als Summer Again en Track 13 beklijven pas na meerdere luisterbeurten. ‘Annabel Dream Reader’ is geen makkelijk album, eentje voor de liefhebber zelfs. Wél een van de fijnste die je dit jaar gaat horen als je zo’n liefhebber bent.
Robin van Essel